Trypoxylon

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Trypoxylon
Een pottenbakkerswesp sleept een verlamde spin naar haar nest.
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hymenoptera (Vliesvleugeligen)
Onderorde:Apocrita
Superfamilie:Apoidea
Familie:Crabronidae (Graafwespen)
Onderfamilie:Crabroninae
Geslacht
Trypoxylon
Latreille, 1796
Typesoort
Sphex figulus Linnaeus, 1758
nest van Trypoxylon politum
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Trypoxylon op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Trypoxylon is een geslacht van graafwespen (Crabronidae), dat wereldwijd voorkomt. De wetenschappelijke naam van het geslacht werd gepubliceerd door Pierre André Latreille in 1796.[1]

Het geslacht omvatte in 2008, volgens Buschini, Borba en Brescovit,[2] 359 soorten. De soortenlijst van het Institute for Biodiversity Science and Sustainability van de California Academy of Sciences, bijgewerkt tot 23 april 2016, vermeldt 631 soorten, plus een viertal fossiele.[3]

Het zijn solitaire wespen; elk vrouwtje maakt een eigen nest uit leem of klei, dat bestaat uit een aantal rijen van cellen die er soms als "orgelpijpen" uitzien; elke rij bestaat uit 6 tot 8 cellen. Elke cel wordt voorzien van een verlamde spin als voedselvoorraad voor de larve. Het vrouwtje legt een groot ei op de verlamde spin en sluit dan de cel af met modder. De larve die uit het ei komt voedt zich met de spin om daarna te verpoppen. Kenmerkend voor dit geslacht is dat de mannetjes gewoonlijk het nest bewaken terwijl de vrouwtjes het bevoorraden, en ongewenste bezoekers zoals mieren of parasitaire vliegen wegjagen.

Soorten[bewerken | brontekst bewerken]

Deze soorten komen voor in Europa:[4]