2e Baltische Front

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
2e Baltische Front
Vlag van het Rode Leger
Oprichting 20 oktober 1943
Ontbinding 1 april 1945
Land Sovjet-Unie
Krijgsmacht-
onderdeel
Rode Leger
Type Legergroep
Veldslagen Beleg van Leningrad, Slag om Koerland
Commandanten Markian Popov, Andrej Jerjomenko, Leonid Govorov

Het 2e Baltische Front (Russisch: 2-й Прибалтийский фронт) was een Front van het Rode Leger dat vocht in de Tweede Wereldoorlog

Veldslagen[bewerken | brontekst bewerken]

Het 2e Baltische Front werd op 20 oktober 1943 opgericht als opvolger van het Brjansk Front met als nieuw doel om de Baltische Staten te bevrijden.

Van 1 tot 21 november 1943 vocht het front in het PolotskVitebskoffensief. In januari - februari 1944 vocht het front in het LeningradNovgorodoffensief vanuit Cholm (oblast Novgorod) tegen het 16e Leger (Wehrmacht)

In het offensief bij Staraja Roessa en Novorzjev bereikte het front Ostrov (oblast Pskov), Poesjkinskije Gory en Idritsa terwijl de Duitsers zich achter de Ostwall terugtrokken. Het Eerste Stoottroepenleger van het Leningrads Front viel de Duitse troepen in de rug aan bij Dno zodat ze bij Velikaja ingesloten raakten.

In juli 1944 werd het RezjitsaDaugavpilsoffensief uitgevoerd en met de doorbraak bij Opotsjka schoof het front 200 km op naar het westen. Bij Sebezj werd de grens met Letland bereikt en Rēzekne ingenomen.

In augustus rukte het 65 km op langs de noordelijke oever van de Westelijke Dvina en nam het spoorwegknooppunt en wegenkooppunt Madona in.

In september - oktober 1944 nam het Riga in. Tegen 22 oktober 22 bereikte het de Oostzee bij de Memel en versperde samen met het 1e Baltische Front de Heeresgruppe Nord in de Slag om Koerland. Tot april 1945 blokkeerden en vernietigden ze de Heeresgruppe Kurland.

Op 1 april 1945 werd het front ontbonden en troepen werden overgedragen naar het Leningrads Front.

Slagorde[bewerken | brontekst bewerken]

Op 1 oktober 1944 bestond het 2e Baltische Front uit:

  • Derde Stoottroepenleger
    • 79e legerkorps infanterie
      • 150e divisie infanterie
      • 171e divisie infanterie
      • 207e divisie infanterie
    • 100e legerkorps infanterie
      • 21e divisie garde infanterie
      • 28e divisie infanterie
      • 200e divisie infanterie
  • 10e garde leger
    • 7e garde legerkorps infanterie
      • 7e divisie infanterie
      • 8e divisie infanterie
      • 119e divisie garde infanterie
    • 15e legerkorps garde infanterie
      • 29e divisie garde infanterie
      • 30e divisie garde infanterie
      • 85e divisie garde infanterie
    • 19e legerkorps garde infanterie
      • 22e divisie garde infanterie
      • 56e divisie garde infanterie
      • 65e divisie garde infanterie
    • 78e brigade tanks
  • 22e Leger
    • 93e legerkorps infanterie, 219e, 379e, 391e divisies infanterie
    • 130e legerkorps infanterie: 43e divisie garde infanterie, 308e divisie infanterie
    • 37e divisie infanterie, 155FR, 118e brigade tanks
  • 42e Leger
    • 110e legerkorps infanterie: 2e, 168e, 268e divisie infanterie
    • 124e legerkorps infanterie: 48e, 123e, 256e divisie infanterie
    • 118FR, 29e brigade garde tanks
  • 15e Luchtleger
  • reserve front
    • 5e korps tanks

Bevelhebbers[bewerken | brontekst bewerken]

Verliezen[bewerken | brontekst bewerken]

Het front telde in totaal 185.260 doden of vermisten en 679.168 ziek of gewond. In 1943 vielen 24.317 doden of vermisten en 81.277 ziek of gewond. In 1944 vielen 121.364 doden of vermisten en 445.794 ziek of gewond. In 1945 vielen 39.579 doden of vermisten en 152.097 ziek of gewond.