Kermesiet

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Kermesiet
Kermesiet
Mineraal
Chemische formule Sb2S2O
Kleur Rood - donkerrood
Streepkleur Bruinrood
Hardheid 1 - 1,5
Gemiddelde dichtheid 4,5 - 4,6 g/cm³
Glans Diamantglans
Opaciteit Doorschijnend tot opaak
Breuk Oneffen
Splijting [100] perfect
Habitus Aciculair, columnair of veervormig
Kristaloptiek
Kristalstelsel Triklien
Ruimtegroep P1
Eenheidscel a = 10,84 Å
b = 4,07 Å
c = 10,25 Å
α = 90°
β = 101,53°
γ = 90°
Dubbele breking δ = 0,020
Pleochroïsme geen
Overige eigenschappen
Radioactiviteit geen
Magnetisme geen
Lijst van mineralen
Portaal  Portaalicoon   Aardwetenschappen

Het mineraal kermesiet (ook: antimoonblende) is een antimoon-sulfide, met de chemische formule Sb2S2O. Kermesietkristallen zijn rood en bezitten een trikliene structuur. Ze komen meestal voor als staafvormige eenheden (columnair) of naaldvormige, uitwaaierende eenheden (veervormig aciculair), die veel lijken op hydromagnesiet. Kermesiet is het resultaat van een gedeeltelijke oxidatie tussen stibniet en andere antimoonhoudende mineralen, zoals valentiniet en stibicontiet.

Het mineraal is noch magnetisch, noch radioactief.

Naamgeving en ontdekking[bewerken | brontekst bewerken]

De naam is afkomstig uit het Perzisch: qurmizq betekent krimson, verwijzend naar de typische donkerrode kleur van het mineraal. Het werd in 1843 ontdekt in de Neue Hoffnung Gottes, een mijn nabij Bräunsdorf in Saksen (Duitsland).

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]