Resolutie 105 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 105
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 28 juli 1954
Nr. vergadering 677
Code S/RES/105
Onderwerp Internationaal Gerechtshof
Beslissing Moment voor verkiezing nieuwe rechter.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1954
Permanente leden
Niet-permanente leden
Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.

Resolutie 105 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties was de laatste van de twee resoluties die in 1954 door de VN-Veiligheidsraad werden aangenomen. Dat gebeurde zonder stemming.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

De Veiligheidsraad betreurde het overlijden van rechter Sir Benegal Narsing Rau (India) op 30 november 1953. Er werd opgemerkt dat de hierdoor ontstane vacature volgens het Statuut van het Internationaal Gerechtshof moest worden opgevuld voor het vervolg van de ambtstermijn. Verder werd opgemerkt dat de Veiligheidsraad de datum voor de verkiezing hiervoor moest bepalen. Besloten werd dat deze verkiezing zou plaatsvinden tijdens de negende sessie van de Algemene Vergadering. Ook werd besloten dat de verkiezing moest plaatsvinden vóór de verkiezing voor vijf afgelopen ambtstermijnen die tijdens dezelfde sessie plaatsvonden.

Nasleep[bewerken | brontekst bewerken]

Op 7 oktober werd Muhammad Zafrullah Khan (Pakistan) verkozen om de vrijgekomen functie over te nemen.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]

Originele werken bij dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 105 op de Engelstalige Wikisource.