Todor Boermov

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Todor Boermov
Todor Boermov
Volledige naam Todor Stojanov Burmov
Geboren 2 januari 1834
Geboorteplaats Gabrovo
Overleden 25 oktober 1906
Overlijdensplaats Sofia
Land Vlag van Bulgarije Bulgarije
Partij Conservatieve Partij
Functies
1879-1903 Lid Nationale Vergadering
1879-1879 Minister-president
1879-1879 Minister van Volksvoorlichting
1879-1879 Minister van Binnenlandse Zaken
1883-1886 Minister van Financiën
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Todor Stojanov Boermov (Bulgaars: Тодор Стоянов Бурмо̀в) (Gabrovo, 2 januari 1834Sofia, 25 oktober 1906) was een Bulgaarse politicus en de eerste minister-president van Bulgarije.

Namens de Conservatieve Partij maakte hij tussen 1879 en 1902 uit van de I Grote Nationale Vergadering en I en II Gewone Nationale Vergadering[1][2] Lid van de Codificatie Comité (1884 – 1885) en een actieve deelnemer aan de politieke strijd (1885 – 1906).

Leven[bewerken | brontekst bewerken]

Jeugd en studie[bewerken | brontekst bewerken]

Todor Boermov werd geboren in het Bulgaarse dorp Nova Machala,[3][4] in het gezin van Stojan Lazarov en Neda Lazarova.

Boermov studeerde aanvankelijk thuis en toonde al in vroege kindertijd zeer goede vaardigheden. Dit gaf hem de kans om zich verder te ontwikkelen in Rusland. In 1857 studeerde Boermov af aan de Theologische Academie in Kiev en keerde terug in Gabrovo, waar hij als leraar begon te werken. Als docent pleitte Boermov vaak voor een radicale hervorming in het onderwijssysteem om nieuwe onderwerpen en onderwijsmethoden te introduceren. Dankzij hem werd de school in Gabrovo een van de modernste scholen destijds.[1][2]

Naast zijn docent carrière was Boermov ook publicist in kranten en tijdschriften in de periode 1860–1862. In 1860 werd Boermov redacteur van het tijdschrift „Balgarski knizjki“, waarin hij de onafhankelijkheid van de kerk bevroeg. In dat jaar drukte Boermov een speciale brochure af, genaamd „De Bulgaren en de Griekse hogere geestelijkheid“ (Българите и гръцкото висше духовенство), waarin hij de noodzaak van een onafhankelijke Bulgaarse kerk beargumenteerde.[1][2]

Schrijver[bewerken | brontekst bewerken]

Tussen 1863 en 1865 nam Boermov de krant „Savetnik“ over, het eerste Bulgaarse orgaan dat de belangen van een matige tocht in de strijd voor een onafhankelijkheid van de kerk drukte. Aanhangers van deze beweging waren ook Najden Gerov en de hoofden van het Odessa-Bulgaarse bestuur en de regiment der deugden. Zij bepleitten de these dat de Bulgaarse kwestie moest worden opgelost door middel van onderhandelingen en concessies, zonder dat dit tot een breuk in de relatie met het Patriarchaat zou leiden. In 1865 werd de krant gestopt, maar Boermov bleef zijn positie in de krant „Vremja“ (1865 – 1867) doen gelden. Hoewel Boermov geen revolutionair was, steunde hij wel het idee van een bevrijding door ingrijpende maatregelen, waarbij hij de nadruk niet op zelfbevrijding, maar op de hulp van Rusland legde.[1][2]

In 1867 trad Boermov toe tot de Russische ambassade in Constantinopel als vertaler en adviseur van Bulgaarse kwesties, en tegelijkertijd als correspondent van de kranten „Moskou“ en „Europa“, waarin hij vele materialen publiceerde, ontsluierde de positie van het Bulgaarse volk en zijn aspiraties. In 1875 werd hij benoemd tot directeur van het ziekenhuis Nikolajevsk bij de Russische ambassade in Constantinopel.[1][2]

Politicus (1878 – 1886)[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens de Russisch-Turkse Oorlog (1877 – 1878) was Boermov penningmeester van het Bureau voor civiele zaken op het hoofdkwartier van het Russische leger. In 1878 werd hij benoemd tot vice-gouverneur van de stad Plovdiv en tot gouverneur van Sofia (1879). Dit voorbestemde zijn politieke carrière.

In 1879 verkoos Battenberg hem voor de eerste premier van het land en tezelfdertijd voor minister van Binnenlandse Zaken en wnd. minister van Volksvoorlichting. Voorts was Boermov een van de leiders van de Conservatieve Partij, waaronder twee keer als minister van Financiën optrad. In 1884 nam Boermov afscheid van de conservatieven en trad toe tot de liberalen van Dragan Tsankov. Onder de liberalen werd Boermov verkozen tot lid van het XII Gewone Nationale Vergadering (1902), lid van het Hooggerechtshof van Cassatie (1881) en tot lid van de Raad van State (1881 – 1883). In 1883 was Boermov onder generaal Leonid Sobolev, en voor een paar dagen tijdens de pro-Russische Putsch (1886), minister van Financiën.[1][2]

In 1886 verliet Boermov de politiek.[1][2]. Hij overleed op 72-jarige leeftijd tijdens een treinreis van Sofia naar Constantinopel.

Persoonlijk leven[bewerken | brontekst bewerken]

Naast zijn enorme bijdrage aan de wedergeboorte van de Bulgaarse natie en de ontwikkeling van de volksjournalistiek, laat Boermov een erfgoed en waardige volgelingen van zijn soort. Hij trouwde in 1861 voor Marionka (Maria) Ivanova Parvova-Zolotovitsj (1835–1916) en had vier dochters.

  • Nadezjda (1862 – ?)
  • Anna-Ljoebitsa (1867 – 1897)
  • Rada (1868 – 1952), getrouwd met Stoyan Danev, hoogleraar Internationaal Recht.
  • Raina (22 juni 1871 – overleed op eenjarige leeftijd na een lange familiereis van Constantinopel naar Gabrovo).

Bibliografie (selectie)[bewerken | brontekst bewerken]

Todor Boermov is auteur van de volgende boeken:

  • „Българите и гръцкото висше духовенство“, 1860;
  • „Съвременните наши калугери“, 1867;
  • „Спомените ми“. Dagboek. Autobiografie, 1895;
  • „Българо-гръцката църковна распря“, Sofia 1902.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Voorganger:
Minister-president van Bulgarije
1879 – 1879
Opvolger:
Kliment Tarnovski
Voorganger:
Minister van Volksvoorlichting (wnd.)
1879 – 1879
Opvolger:
George Atanasovitsj
Voorganger:
Minister van Binnenlandse Zaken
1879 – 1879
Opvolger:
Dimitar Grekov
Voorganger:
Leonid Sobolev
Minister van Financiën
1883 – 1883
Opvolger:
Grigor Natsjovitsj
Voorganger:
Petko Karavelov
Minister van Financiën
1886 – 1886
Opvolger:
Ivan Gesjov
Zie de categorie Todor Burmov van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.