Naar inhoud springen

Gebruiker:Wiki-bijdrage/Kladblok: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Wiki-bijdrage (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Wiki-bijdrage (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3: Regel 3:


Cursusleiders kunnen hun effectiviteit afmeten aan het percentage inschrijvingen per avond{{Bron?|Graag betrouwbare bronvermelding|2014|11|18}}. Landmark beschouwt 20 procent inschrijvingen als een "satisfactory performance". 25% van 150 aanwezigen geldt als "outstanding performance". Bij de vrijwillige cursusleiders wordt het halen van deze percentages gebruikt voor de beoordeling of ze geschikt zijn om programma's te gaan leiden voor meer gevorderden.
Cursusleiders kunnen hun effectiviteit afmeten aan het percentage inschrijvingen per avond{{Bron?|Graag betrouwbare bronvermelding|2014|11|18}}. Landmark beschouwt 20 procent inschrijvingen als een "satisfactory performance". 25% van 150 aanwezigen geldt als "outstanding performance". Bij de vrijwillige cursusleiders wordt het halen van deze percentages gebruikt voor de beoordeling of ze geschikt zijn om programma's te gaan leiden voor meer gevorderden.

== Maatschappelijke context ==
In de maatschappij hebben in de afgelopen paar decennia grote verschuivingen plaatsgevonden in hoe de bevolking aankijkt tegen geloof, spiritualiteit en persoonlijke beleving. Dit is parallel gelopen met een steeds verder lopende individualisering in de maatschappij. Hierbij is men vanuit een voornamelijke kerkelijke indeling met bijbehorende dogma's, overgegaan naar meer individueel geörienteerde belevingsvormen. Zelfspiritualiteit is inmiddels wijdverbreid en geïnstitutionaliseerd geraakt in Nederland.<ref name="scp">[[Sociaal en Cultureel Planbureau]], Joep de Hart, studie: Geloven binnen en buiten verband, mei 2014</ref> In deze context is er in Nederland vanaf begin jaren '90 een sterke opkomst geweest van cursussen in persoonlijke en zakelijke groei. Landmark en de basiscursus Landmark Forum passen in deze ontwikkeling.

In Australie is er een studie gedaan naar de componenten van Landmark die in bovenstaande beeld passen. Dit zijn:<ref>Rennee Lockwood, [https://www.academia.edu/3789932/Religiosity_Rejected_Exploring_the_Religio-Spiritual_Dimensions_of_Landmark_Education 'Religiosity Rejected: Exploring the Religio-Spiritual Dimensions of Landmark Education'], ''International Journal For the Study of New Religions'' 2.2 (2011) p.225–254 (conclusie op p. 248-249).</ref> (i) het gebruik van Oosterse spirituele concepten voor geestelijke groei; (ii) het streven naar verlichting, wedergeboorte, verlossing om de gebreken van de moderniteit te boven te komen; (iii) het creëren van een sacraal gemeenschapsgevoel; (iv) de schepping van een afzonderlijke taal voor de ervaringen die worden opgedaan; (v) het geven van een transcendente kleur aan het programma, de doelstellingen en de gehanteerde begrippen; (vi) het geloof in doorbraken en wonderen te kunnen veroorzaken; (vii) De voorstelling van het begrip Zelf als iets dat heilig is en richting geeft aan het streven om niet alleen de persoonlijkheid, maar ook de wereld beter te maken.

== Activiteiten in Europa en controverses ==
De regeringen van [[Frankrijk]] (in 1995)<ref>[http://www.assemblee-nationale.fr/dossiers/sectes/r1687anx.asp#P2210_34603 'Rapport fait au nom de la Commission d'Enquête sur la situation financiere, patrimoniale et fiscale des sectes, ainsi que sur leurs activites economiques et leurs relations avec les milieux economiques et financiers'] (Rapport nr. 1687, bestemd voor de Assemblée Nationale).</ref> en [[Oostenrijk]] (in 2006)<ref>[http://www.state.gov/j/drl/rls/irf/2005/51539.htm 'International Religious Freedom Report 2005' (onderwerp: Oostenrijk), US Department of State].</ref> hebben Landmark Education als [[sekte]] geclassificeerd. De regering van [[Zweden]] heeft de organisatie als "actieve religieuze groep" ingedeeld. In Nederland heeft de rechter uitgesproken dat de benaming sekte te ver voert (en daarmee onrechtmatig is) en de organisatie enkel sekte-achtige componenten bevat.<ref>[http://www.hansmelchersfonds.com/?page=uitspraak&mediarecht=1&uit_id=224&uit_om=belediging-vrijheid-van-meningsuiting-hoor-en-wederhoor-waardeoordelen-feitelijke-aannemelijk-gemaakte-feitelijk-onderbouwde-berichtgeving Vonnis van de Rechtbank Haarlem van 4 mei 1999].</ref> In vele landen waar het bedrijf actief is zijn artikelen in de pers en vakbladen verschenen over de werkwijze en de risico's voor sommige deelnemers. Kritiek is er op de structuur van de cursus, de gebruikte [[psychologie|massapsychologie]], de wervingsmethoden, het afhankelijk maken van cursisten en het gebrek aan gekwalificeerde docenten. Volgens psychiater Peter Hanneman van het Amsterdamse [[Riagg]] is, vanwege de opzet om een dramatische verandering in korte tijd te bewerkstelligen, gebruik makend van dubieuze psychologische technieken gericht op gedragswijziging, het bijwonen van Landmark-sessies 'niet zonder risico's'.<ref>Chantal van Wees, [http://www.stelling.nl/landmark/ESTA_essence.pdf 'De geluksindustrie. Hoe slimme mensen makke schapen worden', ''ESTA'' 8, april 2009.]</ref> Landmark kende in de jaren negentig een opkomende populariteit in Nederland maar deze is daarna teruggelopen.

Het bedrijf was op haar hoogtepunt actief in 21 landen, maar dat was in 2008 teruggelopen naar 15.<ref>Fred van Gunst (De Redactie), [http://www.intermediair.nl/carriere/doorgroeien/competenties/groeiende-kritiek-op-awareness-trainingen 'Groeiende kritiek op awareness-trainingen'], ''Intermediair'', 7 mei 2008.</ref> Het bedrijf heeft zich in 2004 teruggetrokken uit Frankrijk nadat een televisieprogramma de trainingspraktijken van de organisatie in een kwaad daglicht had gesteld.

Op 6 juni 2004 werden ook alle activiteiten in Zweden beëindigd. Ook in dat land waren de oorzaken een sterk teruggelopen interesse voor de cursussen en was er een samenhang met zeer kritische artikelen in de pers en items in televisieprogramma's, onder meer de daar op 28 oktober 2003 en 15 maart 2004 uitgezonden documentaires in het programma ''Lyckka till salu'' (Geluk te Koop) op de Zweedse zender [[TV4]].<ref>[http://web.archive.org/web/20060117062517/http://www.tv4.se/nyheter/kallafakta/286244.html Kalla Fakta].</ref>

De organisatie stond in Nederland bloot aan kritiek in de media. Landmark beantwoordde deze kritiek op een agressieve manier door advocaten te laten dreigen met juridische procedures.<ref>[http://home.zonnet.nl/arnoldensan/99C/LANDMARK.htm Aroud Marseille - ''Landmark pakt journalisten hard aan'', artikel in maandblad ''De Journalist'' nummer 17 1999].</ref> Op zondag 18 februari 2007 zond in Nederland het televisieprogramma [[Zembla]] een documentaire uit waarin de opzet van Landmark en een methode, bekend als CSA-Coaching, kritisch onder de loep werden genomen. Wat naar voren kwam in het programma, waren de nadelige effecten van de gekozen opzet op sommige deelnemers: vier deelnemers kregen na het doen van de cursus een psychose. Hoewel dit veel meer is dan statistisch te verwachten, is niet met zekerheid vastgesteld dat deze psychoses veroorzaakt werden door het doen van het Landmark Forum.<ref>[http://www.stelling.nl/landmark/ Overzichtsartikel over Landmark in Nederland tussen 1996 en 2008 op website Stichting SIMPOS].</ref>

In Nederland schreven in de hoogtijdagen van het bedrijf jaarlijks een paar duizend mensen in op cursussen. Op het hoogtepunt van de bedrijfsactiviteiten werkten er acht betaalde krachten en een paar honderd vrijwilligers, merendeels ex-cursisten en werden er vele cursussen gegeven. In 2009 sloot het kantoor van Landmark Education in Amsterdam haar deuren in verband met de sterk teruggelopen belangstelling. Met ingang van 2014 worden er echter opnieuw cursussen georganiseerd in Nederland.

== Andere activiteiten ==
Het bedrijf richt zich ook op bedrijven en organisaties met vergelijkbare cursussen en methoden. Dit gebeurde aanvankelijk onder de naam Landmark Education Business Development, maar sinds 2008 onder de naam Vanto Group.<ref>Persbericht 1 februari 2008: [http://www.prnewswire.com/news-releases/landmark-education-business-development-lebd-changes-name-to-vanto-group-56770627.html Landmark Education Business Development, LEBD, Changes Name to Vanto Group].</ref> Onder de naam The Barbados Group is een denktank actief, waarbij ook Werner Erhard betrokken is, die zich de schepping ten doel stelt van ''A New Paradigm of Performance'' (een nieuw prestatieparadigma).<ref>[http://www.wernererhard.com/barbados.html Website Werner Erhard (The Barbados Group)].</ref>





Versie van 15 mei 2016 09:13

Business model

Voor de cursussen wordt gebruikgemaakt van mond-tot-mondreclame: deelnemers worden aangespoord om vrienden, bekenden en collega's mee te nemen. Aangezien de deelnemers gestimuleerd worden vervolgcursussen te doen waarbij een hecht groepsgevoel wordt gecreëerd, heeft de organisatie volgens sommigen sektarische trekjes. In bepaalde landen wordt het bedrijf door de overheid dan ook geclassificeerd als sekte, in andere landen als godsdienst. Ook zijn er cursussen voor kinderen (zonder ouders) en tieners. Wie tevreden is over het gebodene, kan uiteindelijk ook zelf als vrijwilliger groepen gaan trainen.

Cursusleiders kunnen hun effectiviteit afmeten aan het percentage inschrijvingen per avond[bron?]. Landmark beschouwt 20 procent inschrijvingen als een "satisfactory performance". 25% van 150 aanwezigen geldt als "outstanding performance". Bij de vrijwillige cursusleiders wordt het halen van deze percentages gebruikt voor de beoordeling of ze geschikt zijn om programma's te gaan leiden voor meer gevorderden.

Maatschappelijke context

In de maatschappij hebben in de afgelopen paar decennia grote verschuivingen plaatsgevonden in hoe de bevolking aankijkt tegen geloof, spiritualiteit en persoonlijke beleving. Dit is parallel gelopen met een steeds verder lopende individualisering in de maatschappij. Hierbij is men vanuit een voornamelijke kerkelijke indeling met bijbehorende dogma's, overgegaan naar meer individueel geörienteerde belevingsvormen. Zelfspiritualiteit is inmiddels wijdverbreid en geïnstitutionaliseerd geraakt in Nederland.[1] In deze context is er in Nederland vanaf begin jaren '90 een sterke opkomst geweest van cursussen in persoonlijke en zakelijke groei. Landmark en de basiscursus Landmark Forum passen in deze ontwikkeling.

In Australie is er een studie gedaan naar de componenten van Landmark die in bovenstaande beeld passen. Dit zijn:[2] (i) het gebruik van Oosterse spirituele concepten voor geestelijke groei; (ii) het streven naar verlichting, wedergeboorte, verlossing om de gebreken van de moderniteit te boven te komen; (iii) het creëren van een sacraal gemeenschapsgevoel; (iv) de schepping van een afzonderlijke taal voor de ervaringen die worden opgedaan; (v) het geven van een transcendente kleur aan het programma, de doelstellingen en de gehanteerde begrippen; (vi) het geloof in doorbraken en wonderen te kunnen veroorzaken; (vii) De voorstelling van het begrip Zelf als iets dat heilig is en richting geeft aan het streven om niet alleen de persoonlijkheid, maar ook de wereld beter te maken.

Activiteiten in Europa en controverses

De regeringen van Frankrijk (in 1995)[3] en Oostenrijk (in 2006)[4] hebben Landmark Education als sekte geclassificeerd. De regering van Zweden heeft de organisatie als "actieve religieuze groep" ingedeeld. In Nederland heeft de rechter uitgesproken dat de benaming sekte te ver voert (en daarmee onrechtmatig is) en de organisatie enkel sekte-achtige componenten bevat.[5] In vele landen waar het bedrijf actief is zijn artikelen in de pers en vakbladen verschenen over de werkwijze en de risico's voor sommige deelnemers. Kritiek is er op de structuur van de cursus, de gebruikte massapsychologie, de wervingsmethoden, het afhankelijk maken van cursisten en het gebrek aan gekwalificeerde docenten. Volgens psychiater Peter Hanneman van het Amsterdamse Riagg is, vanwege de opzet om een dramatische verandering in korte tijd te bewerkstelligen, gebruik makend van dubieuze psychologische technieken gericht op gedragswijziging, het bijwonen van Landmark-sessies 'niet zonder risico's'.[6] Landmark kende in de jaren negentig een opkomende populariteit in Nederland maar deze is daarna teruggelopen.

Het bedrijf was op haar hoogtepunt actief in 21 landen, maar dat was in 2008 teruggelopen naar 15.[7] Het bedrijf heeft zich in 2004 teruggetrokken uit Frankrijk nadat een televisieprogramma de trainingspraktijken van de organisatie in een kwaad daglicht had gesteld.

Op 6 juni 2004 werden ook alle activiteiten in Zweden beëindigd. Ook in dat land waren de oorzaken een sterk teruggelopen interesse voor de cursussen en was er een samenhang met zeer kritische artikelen in de pers en items in televisieprogramma's, onder meer de daar op 28 oktober 2003 en 15 maart 2004 uitgezonden documentaires in het programma Lyckka till salu (Geluk te Koop) op de Zweedse zender TV4.[8]

De organisatie stond in Nederland bloot aan kritiek in de media. Landmark beantwoordde deze kritiek op een agressieve manier door advocaten te laten dreigen met juridische procedures.[9] Op zondag 18 februari 2007 zond in Nederland het televisieprogramma Zembla een documentaire uit waarin de opzet van Landmark en een methode, bekend als CSA-Coaching, kritisch onder de loep werden genomen. Wat naar voren kwam in het programma, waren de nadelige effecten van de gekozen opzet op sommige deelnemers: vier deelnemers kregen na het doen van de cursus een psychose. Hoewel dit veel meer is dan statistisch te verwachten, is niet met zekerheid vastgesteld dat deze psychoses veroorzaakt werden door het doen van het Landmark Forum.[10]

In Nederland schreven in de hoogtijdagen van het bedrijf jaarlijks een paar duizend mensen in op cursussen. Op het hoogtepunt van de bedrijfsactiviteiten werkten er acht betaalde krachten en een paar honderd vrijwilligers, merendeels ex-cursisten en werden er vele cursussen gegeven. In 2009 sloot het kantoor van Landmark Education in Amsterdam haar deuren in verband met de sterk teruggelopen belangstelling. Met ingang van 2014 worden er echter opnieuw cursussen georganiseerd in Nederland.

Andere activiteiten

Het bedrijf richt zich ook op bedrijven en organisaties met vergelijkbare cursussen en methoden. Dit gebeurde aanvankelijk onder de naam Landmark Education Business Development, maar sinds 2008 onder de naam Vanto Group.[11] Onder de naam The Barbados Group is een denktank actief, waarbij ook Werner Erhard betrokken is, die zich de schepping ten doel stelt van A New Paradigm of Performance (een nieuw prestatieparadigma).[12]




YESDelft!

YES!Delft is een incubator in Delft die (toekomstige) ondernemers helpt om technologische bedrijven te starten en te laten groeien. YES!Delft is in 2005 als stichting opgericht door de TU Delft, de gemeente Delft en TNO. In eerste instantie opgericht als stichting is de rechtsvorm in 2010 omgezet naar een BV. [13]

Vanwege het succes en vanwege de wens van de gestartte bedrijven om verbonden te blijven aan de incubator is in juli 2010 een nieuw gebouw betrokken aan de A13. Om ook de doorgroeiers te kunnen huisvesten en bedrijven met een specifieke labortorium behoefte te kunnen faciliteren, wordt medio 2016 een tweede gebouw in gebruik genomen. [14]

Yes!Delft helpt met haar programma's zowel afgestudeerde studenten, wertenschappers, ingenieurs en professionals. De programma's zijn afgestemd op de verschillende bedrijfsfasen waar de bedrijven in zitten en laat de ondernemers focussen op klantvalidatie en lange termijn groei. YES!Delft biedt hierbij toegang tot een uitgebreid netwerk van mentoren, experts, investeerders en andere partners. Qua type bedrijven ligt de focus hierbij op cleantech, industrie, energie, medische technologie, ict, mobiel en consumenten producten. [15].

YES!Delft is inmiddels één van de leidende tech incubators in Europa. In 2015 was ze volgens de University Business Index (UBI) een top-incubator met een vierde plek in Europa en een negende wereldwijd. [16].

Vanaf haar oprichting tot aan 2016 begeleidde Yes!Delft meer dan 160 bedrijven.

[17]



Maatschappelijke context

In de maatschappij hebben in de afgelopen paar decennia grote verschuivingen plaatsgevonden in hoe de bevolking aankijkt tegen geloof, spiritualiteit en persoonlijke beleving. Dit is parallel gelopen met een steeds verder lopende individualisering in de maatschappij. Hierbij is men vanuit een voornamelijke kerkelijke indeling met bijbehorende dogma's, overgegaan naar meer individueel geörienteerde belevingsvormen. Zelfspiritualiteit is inmiddels wijdverbreid en geïnstitutionaliseerd geraakt in Nederland.[1] In deze context is er in Nederland vanaf begin jaren '90 een sterke opkomst geweest van cursussen in persoonlijke en zakelijke groei. Landmark en de basiscursus Landmark Forum passen in deze ontwikkeling.

In Australie is er een studie gedaan naar de componenten van Landmark die in bovenstaande beeld passen. Dit zijn:[18] (i) het gebruik van Oosterse spirituele concepten voor geestelijke groei; (ii) het streven naar verlichting, wedergeboorte, verlossing om de gebreken van de moderniteit te boven te komen; (iii) het creëren van een sacraal gemeenschapsgevoel; (iv) de schepping van een afzonderlijke taal voor de ervaringen die worden opgedaan; (v) het geven van een transcendente kleur aan het programma, de doelstellingen en de gehanteerde begrippen; (vi) het geloof in doorbraken en wonderen te kunnen veroorzaken; (vii) De voorstelling van het begrip Zelf als iets dat heilig is en richting geeft aan het streven om niet alleen de persoonlijkheid, maar ook de wereld beter te maken.


[19]


voor later: Zelfspiritualiteit is wijdverbreid. De zin van het leven moet je zoeken in je eigen unieke innerlijke ervaring en de ontwikkeling van je eigen vermogens: dat is een opvatting die in het huidige Nederland massaal wordt onderschreven. Zelfspiritualiteit (de goddelijke vonk in jezelf ontdekken, jouw unieke potentieel verwerkelijken enz.) is inmiddels aardig geïnstitutionaliseerd geraakt in de samenleving. Zij duikt op bij onder meer managementtrainingen en






Dit is mijn kladblok

Biodanza (Grieks βίος, bios „leven“, Spaans danza „dans“; „Dans van het leven“) is een systeem gericht op zelfontplooiing en het verhogen van de levenskwaliteit door middel van vrije dans, muziek (met name new age- en wereldmuziek) en groepservaringen hierin. Het is ontwikkeld door psycholoog en medisch antropoloog Rolando Toro Araneda in de jaren zestig in Chili (Zuid-Amerika) en is inmiddels wereldwijd verspreid in 54 landen, waaronder Nederland. [20]

In de systematiek worden door middel van danssessies, zogenaamde Vivencias, de ontwikkeling en integratie van vijf zogenaamde levenslijnen gestimuleerd[21]. Deze lijnen zijn vitaliteit, seksualiteit, creativiteit, affectie en transcendentie.[22]

Biodanza in Nederland

Biodanza in Nederland wordt op rond de 200 diverse locaties gegeven in vaste wekelijkse groepen. De lessen worden gegeven door erkende docenten die een minimaal 4 jarig intern opleidingstraject achter de rug hebben. In Nederland zijn hiervoor 5 Biodanza scholen aanwezig.


  • www.biodanza.org - Biodanza Sistema Rolando Toro International Biocentric Foundation (Spaans/Engels)
  • [1] - Biodanza in Nederland


--

Rolando Toro Mario Araneda was docent, hoogleraar, dichter en schilder afkomstig uit Chili. Hij is het meest bekend van de ontwikkeling van de biodanza systematiek, een vorm van dansexpressie die inmiddels wereldwijd verspreid is, met name in Zuid-Amerika en Europa.

Biografie

Rolando Toro Mario Araneda werd geboren op 19 april 1924 in Conception, Chili. In 1943 was hij leraar op de school ‘Jose Abelardo Nunez’, in Santiago. Hij gaf tussen 1944 en 1957 les in Valparaiso, Talcahuano, Pocuro en Santiago (Chili).[1]

In 1964 studeerde hij af aan de School of Psychology, het Pedagogisch Instituut van de Universiteit van Chili. Hij kreeg een leerstoel van de ‘Kunsten en Uitdrukkingen Psychologie’ aan het Aesthetics Instituut van de Katholieke Universiteit van Chili. In 1965 was hij docent aan het Centrum voor Antropologische Medische Studies aan de Universiteit van Chili. In dat jaar deed hij onderzoek met muziek en dans met psychiatrische patiënten in het Psychiatrisch Ziekenhuis van Santiago. Hij deed daarbij onderzoek naar het onbewuste en verschillende staten van bewustzijn. Dat leverde hem een benoeming op als hoogleraar aan de Interamerikaanse Open Universiteit in Buenos Aires in Argentinië.

Tussen 1968 en 1973 begon hij met zijn eerste ervaring met Biodanza (dat heette in het begin nog Psychodanza). Hij paste dit systeem toe in het psychiatrisch ziekenhuis van Santiago en in het Instituut voor Esthetiek Instituut van de Katholieke Universiteit van Chili.[2]

Rolando Toro was naast docent & hoogleraar ook dichter en schilder. Hij publiceerde vele gedichten en psychotherapie boeken. Daarnaast verzamelde hij kunst en realiseerde hij ook diverse exposities in Brazilië en Italië. Volgens Rolando Toro was poëzie zijn meest intieme beroep.

In 2001 is Rolando Toro Araneda voorgedragen voor de Nobelprijs voor de Vrede voor zijn werk met Biodanza over de afgelopen 40 jaar.

Hij overleed op 16 februari 2010 in zijn geboorteland Chili. Hij is 85 jaar geworden.











Diane Gilman (1945–1998) was een schilderes, pottenbakster, schrijfster en mede-oprichtster van het Context Institute.[3] Ze speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling en coördinatie van het Global Ecovillage Network, een wereldwijd netwerk van gemeenschappen met een voorbeeld functie op het gebied van duurzaamheid, dit zowel in stedelijke, landelijke, ontwikkelde en minder ontwikkelde gebieden. In 1991 schreef ze samen met haar man Robert Gilman de studie Eco-Villages and Sustainable Communities (Ecodorpen en duurzame gemeenschappen). De studie werd geschreven in opdracht van de Gaia Trust, een Deens fonds dat zich bezighoudt met de wereldwijde transitie naar een duurzame samenleving, en is uitgegroeid tot één van de standaardwerken rondom dit thema.

Biografie

Gilman studeerde af aan de University of California met een bachelor in kunst. Ze was professioneel schilderes en pottenbakster en stichtte samen met haar man het Context Institute in 1979. Ze was hier tussen 1983 en 1995 mede-uitgever van het blad In Context en coördineerde voor het instituut de betrekkingen met de USSR. Samen richtten zij tevens de organisatie voor Russisch/Amerikaanse economische samenwerking op, gevestigd in Seattle, Washington, VS.[4]

Gilman stuurde voor het instituut het "duurzame gemeenschappen" programma aan. In 1991 schreef ze samen met haar man het rapport over ecodorpen en duurzame gemeenschappen. Dit rapport bevatte richtlijnen voor het ontwikkelen duurzame gemeenschappen en case studies hiervan. Daarnaast organiseerde ze in 1995 een groot congres rondom dit thema getiteld Sustainable Community and Ecovillage Conference, dat werd gehouden in Findhorn in Schotland. Dit congres vormde een kantelpunt in het vormen en structureren van de ecodorp beweging. [5]

Ze was zowel lid van de raad van advies van het trainingscentrum Ecovillage Training Center in Summertown, Tennessee, VS als van andere organisaties die zich bezig houden met oplossingen voor het leven in deze tijd.

Diane Gilman stierf aan kanker in 1998.

Notes

{{Reflist}}


Category:1945 births Category:1998 deaths Category:American environmentalists


Robert C. Gilman is een denker op het gebied van duurzaamheid die samen met zijn vrouw Diane Gilman onderzoek deed en schreef over ecodorp. Het werk van de Gilman's was belangrijk in het definiëren van de ecodorp beweging en in het vormgeven van het Global Ecovillage Network. In 1991 schreven de Gilmans de rudimentaire studie Eco-Villages and Sustainable Communities (Ecodorpen en duurzame gemeenschappen) voor de Gaia Trust.

Ook schreef R. Gilman, die ook uitgever was van het magazine In Context, in dat jaar een artikel getiteld “The Eco-village Challenge” (de ecodorp uitdaging) waarin een eerste definitie werd gegeven van een ecodorp als een nederzetting die:

  • een menselijke schaal heeft
  • over alle benodigde faciliteiten beschikt
  • waar menselijke activiteiten naadloos zijn geïntegreerd in de natuurlijke wereld
  • op een manier die een gezonde menselijke ontwikkeling ondersteund en tot in het oneindige gecontinueerd kan worden [2]

Deze definitie is later de standaard definitie geworden voor de ecodorp beweging en wordt door velen beschouwd als de leidende definitie.

Van astrofysica naar wereldwijde duurzaamheid

Gilman's is acedemisch opgeleid in de astrofysica. Hij studeerde in 1967 af aan Berkely, universiteit in Californië (VS) met een bachelor in astronomie. Hij krijg een promotieplaats in astrofysica bij Princeton in 1969. Gilman heeft vervolgens lesgegeven aan en onderzoek uitvoerd bij de Universiteit van Minnesota, het Harvard Smithsonian Astrofysisch Observatorium en was een toegevoegd researcher bij NASA's Instituut voor Ruimtestudies.

Een volgende fase van Gilman's leven begon in het midden van de jaren 70, toen hij besloot dat "de sterren kunnen wachten, maar de planeet niet". Hij verschoof daarop zijn aandacht naar wereldwijde duurzaamheid, onderzoek naar de toekomst en naar strategiën voor positieve culturele veranderingen. Hij en Diane ontworpen en bouwden hun eigen huis op zonne-energie in 1975. In 1979 stichtten zij het Context Institute, een van de eerste NGO's die zich bezighieden met duurzaamheid.

In 1983 begon het Context Institute een uitgave te publiceren genaamd In Context, een kwartaallijks blad over een duurzame menselijke cultuur, met Gilman als auteur. In Context won Utne Reader's prijs voor de beste alternatieve uitgave voor "Beste informatie over opkomende issues" in 1991 en 1994.

Gilman was een lid van de gemeenteraad in Langley, Washington City tot 2011. Hij is nu gefocused op het herbouwen van In Context.

Waarschuwing: de standaardsortering "Gilman, Robert" krijgt voorrang voor de sortering "Gilman, Diane". Category:American scientists Category:American astronomers Category:Sustainability advocates Category:University of California, Berkeley alumni Category:Princeton University alumni Category:University of Minnesota faculty Category:Harvard University staff Category:Year of birth missing (living people) Category:Living people

Principes

Landmark werkt volgens het large-group awareness training-concept, waarbij grote groepen mensen gedurende een groot aantal uren per dag in meerdaagse cursussen in intensief contact staan met hun trainer/coach en met elkaar. Hierbij wordt onder leiding van de trainer gewerkt aan het opbouwen van geloof in de eigen kansen, talenten en middelen om nieuwe wegen in te slaan. De nadruk wordt gelegd op bewustwording van nieuwe levensmogelijkheden, het loslaten van belemmerende patronen en het losmaken van emoties. In dat verband wordt ook gewerkt met individuele bekentenissen voor de groep. Het punt hierbij is niet zozeer bestaande onvolkomenheden af te leren, alswel zicht te krijgen op het eigen functioneren zodat men beter met deze onvolkomenheden kan omgaan [6]. De organisatie stelt dat het doel is om de deelnemers in staat te stellen hun leven te verbeteren en te verrijken, zodat het in alle opzichten succesvoller wordt zowel in ht werkzame leven als het privéleven.

Een paar van de behandelde gesprekstechnieken hierbij zijn [7]

  • eerlijk/authentiek zijn over zaken waar je tot dan toe niet recht door zee over was
  • het completeren van relaties waar nog zaken uit te spreken waren
  • het bereiken van resultaten door andere mensen erbij te betrekken

Een paar van de onderliggende ontwerpprincipes hierbij zijn [7]

  • dat integriteit dient als fundament voor werkbare afspraken met jezelf en anderen
  • dat er vaak verschil zit tussen de feitelijke gebeurtenissen in het verleden en het verhaal dat mensen vertellen over wat er gebeurd is
  • dat mensen in de loop van het leven tactieken ontwikkelen om met situaties om te gaan waarin er iets mis is, men er niet bij hoort of op zichzelf wordt aangewezen.

Veel van deze ontwerpprincipes zijn bekend uit de Ontologie. De taal die men gebruikt, vormt hierin een wezenlijk instrument om zaken helder te krijgen en uit te drukken hoe men met iets is. In cursussen van Landmark wordt een eigen vaktaal gebruikt, aangevuld met elementen uit onder meer het existentialisme, boeddhisme, christendom, de antieke Griekse filosofie en de Freudiaanse psychologie. Enkele basisbegrippen zijn "transformation" en "enrollment". Cursisten maken een "transformatie" door, die het gevolg is van op een andere manier naar jezelf en de wereld kijken. Enrollment is in deze context een geesteshouding waarbij je volledig vanuit je overtuiging werkt en die aanstekelijk werkt.

Business model

Voor de cursussen wordt gebruikgemaakt van mond-tot-mondreclame: deelnemers worden aangespoord om vrienden, bekenden en collega's mee te nemen. Aangezien de deelnemers gestimuleerd worden vervolgcursussen te doen waarbij een hecht groepsgevoel wordt gecreëerd, heeft de organisatie volgens sommigen sektarische trekjes. In bepaalde landen wordt het bedrijf door de overheid dan ook geclassificeerd als sekte, in andere landen als godsdienst. Ook zijn er cursussen voor kinderen (zonder ouders) en tieners. Wie tevreden is over het gebodene, kan uiteindelijk ook zelf als vrijwilliger groepen gaan trainen.

Cursusleiders kunnen hun effectiviteit afmeten aan het percentage inschrijvingen per avond[bron?]. Landmark beschouwt 20 procent inschrijvingen als een "satisfactory performance". 25% van 150 aanwezigen geldt als "outstanding performance". Bij de vrijwillige cursusleiders wordt het halen van deze percentages gebruikt voor de beoordeling of ze geschikt zijn om programma's te gaan leiden voor meer gevorderden.

ecodorp

Sieben Linden Ecovillage
An eco-house at Findhorn Ecovillage with a turf roof and solar panels

Ecodorpen zijn gemeenschappen met als doel zowel sociaal, economisch als ecologisch duurzaam te zijn. De meesten hebben een omvang van tussen de 50 en 150 personen, alhoewel sommigen wat kleiner zijn en grotere ecodorpen tot wel 2.000 mensen juist weer bestaan uit netwerken van kleinere deelgemeenschappen. De meeste mensen participeren aktief in de gemeenschap, sommigen minder.

Ecodorp bewoners delen vaak ecologische, sociaal-economische en spirituele waarden. [8] en men zoekt samen concrete alternatieven voor de gangbare voorzieningen van electriciteit, water, transport en afval(water)zuivering. Velen van hen zien het uiteenvallen van de traditionele gemeenschapsvormen, de vernietiging/verandering van de natuurlijke leefomgeving, verstedelijking, intensieve veehouderij en de volledige afhankelijkheid van fossiele brandstoffen als trends die doorbroken moeten worden om een ecologische ramp te voorkomen en tegelijkertijd een rijkere en vervullende levensstijl te creëren. Ecodorpen beweren hiervoor als kleinschalige gemeenschap een goed alternatief te bieden, met minimale of zelfs regeneratieve ecologische impact. De schaalgrootte is echter vaak iets groter dan voorgesteld, omdat de ecodorpen vaak onderling verbonden zijn in een netwerk. Het model lijkt op dat van de verspreiding van fairtrade goederen wereldwijd.

Definitie

In 1991 heeft Robert Gilman een definitie voorgesteld die de standaard is geworden. Gilman definieerde een ecodorp als:

"een volledig uitgeruste nederzetting op menselijke schaal, waarin menselijke aktiviteiten harmonieus zijn geïntegreerd in de natuurlijke omgeving. Dit op een manier die een gezonde menselijke ontwikkeling ondersteund en die succesvol kan worden gecontinueerd tot in het oneindige." [9]

In de afgelopen jaren heeft Gilman daaraan toegevoegd dat hij ook zou willen toevoegen dat een ecodorp meerdere centra van initiatief zou moeten hebben. [10]

Kosha Joubert, president van het Global Ecovillage Network, heeft een Ecodorp recentelijk gedefinieerd als een intentionele of traditionele gemeenschap die bewust is ontworpen door zijn inwoners, waarin men tevreden is met wat men heeft en hierbij innovatieve technieken integreert om het leven duurzamer te maken, waarbij het hele proces daaromheen eigendom is van de inwoners. Duurzaamheid is in deze visie niet genoeg; het doel is om zowel de sociale als de natuurlijke leefomgeving te regenereren over alle vier de dimensies van duurzaamheid heen: sociaal, natuurlijk, economisch en cultureel. [11]

Ecodorpen hebben zich de afgelopen jaren met de voortgang van de techniek ook qua structuur verder ontwikkeld. [12]

Geschiedenis

De noodzaak voor alternatieven voor het inefficient gebruiken van energie, met name in automobiele toepassingen, werd duidelijk tijdens de energie crises van de 70er jaren. Het begrip "eco-dorp" werd geïntroduceerd door Professor George Ramsey van het Georgia Institute of Technology in een lezing in 1978 getiteld “Passieve energie toepassingen voor de bebouwde omgeving”, tijdens het eerste Wereld Energie Congres van de vereniging van energie ingenieurs[13]. Hij gebruikte de term om kleinschalige, autovrije en nabije nederzettingen te omschrijven, inclusief instroom van voorsteden. Hierbij veronderstelde hij dat "de grote energieverspilling in de Verenigde Staten niet ligt aan de techniek, maar aan de leefstijl en hoe men tegen het leven aankijkt.”[14] Zijn artikel bevat reeds een schets voor een zelfvoorzienend dorp op basis van zonne-energie en met louter voetgangers, die erg lijkt op de eco-dorpen van tegenwoordig.

Het moderne verlangen naar gemeenschapsgevoel komt goed terug in de gemeenschapsbeweging van de 60er en 70er jaren, wat nog duidelijker werd in het wonen met gedeelde voorzieningen en andere vormen van samenwonen midden in de jaren 80. Vervolgens schreven in 1991 Robert Gilman en Diane Gilman een standaardwerk genaamd "Eco-dorpen en Duurzame Gemeenschappen" voor de Gaia Trust (in Denemarken), waarin de ecologische en gemeenschapsbewegingen samen werden gebracht.

De eco-dorp beweging begon samen te smelten tijdens de jaarlijkse herfst conferentie van Findhorn in Schotland in 1995. De conferentie was eveneens getiteld “Ecodorpen en Duurzame Gemeenschappen” en de organisatie moest vanwege het succes honderden deelnemers weigeren. Volgens Ross Jackson was er een "snaar geraakt die wereldwijd resoneerde". Het woord 'eco-dorp' werd onderdeel van het vocabulair van de Cultural Creatives."[15] Na die conferentie begonnen veel intentionele gemeenschappen, inclusief Findhorn zelf, zich “eco-dorpen” te noemen, waardoor een nieuwe beweging ontstond. Het Global Ecovillage Network, gevormd door een groep van circa 25 mensen van verschillende landen die de Findhorn conferentie hadden bijgewoon, liet de beweging verder uitkristalliseren door wereldwijd honderden kleine projecten aan elkaar te koppelen die vergelijkbare doelen hadden maar tot dan toe apart bezig waren zonder van elkaarts bestaan te weten. De Gaia Trust stond gedurende de eerste 5 jaar in voor de financiering van het netwerk. [15] Tegenwoordig zijn er zelfbenoemde eco-dorpen in meer dan 70 landen verspreid over 6 continenten. [16]

Sinds de conferentie in 1995 hebben een aantal van de eerste leden van het Global Ecovillage Network andere benaderingen geprobeerd voor het bouwen van eco-dorpen in een poging om nederzettingen te bouwen die aantrekkelijk zouden zijn voor het grote publiek. Dit zodat duurzame ontwikkelingen breder geaccepteerd zouden worden. Een van deze ontwikkelingen is Living Villages en The Wintles waar eco-huizen zo zijn geschakeerd dat de sociale verbondenheid maximaal is en de inwoners gedeelde akkers, bossen en huisdieren hebben.

Karakteristieken

Tallebudgera Mountain and a vegetable garden at the Currumbin Ecovillage in Queensland, 2015

Met het toenemende bewijs dat het klimaat verandert door menselijk toedoen, zijn mensen wereldwijd steeds meer bezig samen de kooldioxide uitstoot te veminderen. Er zijn hierbij groepen die proberen onafhankelijk te worden van fossiele brandstoffen en van consumentisme. Er is daarbij een focus op het locaal produceren en consumeren van producten, waarmee onderlinge relaties belangrijk worden en er zo duurzaam mogelijk wordt geleefd. Er worden hierbij veel doelen nagestreefd, zoals het reduceren van energiegebruik, het creëren van een duurzaam lokaal bedrijfsleven, het lokaal houden van akkerbouw en het creëren van ecologisch geörienteerde gemeenschappen.

Er zijn verschillende kenmerken van eco-dorpen. Zo is het bijvoorbeeld een randvoorwaarde dat er een positief ingestelde gemeenschap is. Alhoewel een eco-huis vaak duur is (Kellogg, 2011) (Boyer, 2015) en de groepen klein zijn, moeten de deelnemers zich geïncludeerd voelen en vrij zijn om hun ideeën te bespreken. Ook worden culturele en spirituele aktiviteiten gestimuleerd, zoals het vormen van een begrip over de werking van de onderlinge verbondenheid van de aarde.

Ecologisch gezien stellen eco-dorpen mensen in staat verbonden te zijn met de aarde. Leden respecteren hun omgeving omdat die hen voorziet in het merendeel van hun benodigdheden. Eco-dorpen proberen het grootste gedeelde van hun eten organisch te verbouwen,lokale materialen te gebruiken voor hun gebouwen, de biodiversiteit en seizoensbouw te beschermen evenals water, aarde en lucht. Het merendeel van de aktiviteiten van een eco-dorp heeft tot doel om het land te beschermen. Eco-dorpen laten een unieke economische dimensie zien, aangezien veel van hen proberen het geld binnen de gemeenschap te houden en tussen de deelnemers te laten circuleren. Het inkomen wordt vaak gegenereerd door verkopen van het producten en diensten en wordt daarna gecirculeerd om iedereen in de gemeenschap te laten profiteren. [17]

Eco-dorpen zijn "stedelijke of landelijke gemeenschappen... die er naar streven een ondersteunende sociale omgeving te integreren met een leefstijl met een minimale impact". Ondanks dat er geen blauwdruk is om dit doel te realiseren, hebben eco-dorpen vaak verschillende aspecten in hun ontwerp gemeen: ecologisch bouwen, alternatieve energie, milieuvriendelijke manier van produceren, permacultuur (inrichting van het landschap op een manier die de natuur imiteert en de gemeenschap voorziet van voedsel, vezels en brandstof) en aktiviteiten die een gemeenschap opbouwen.[18] Soms worden de eco-dorpen gehinderd door regels rondom bestemmingen en de bouwregelgeving; dit in het bijzonder in stedelijke omgevingen. Volgens sommigen voorziet de eco-dorpen beweging in de meest relevante kennis om als mensheid een meer duurzame toekomst in te gaan. [18]

De principes waar eco-dorpen op gebaseerd zijn kunnen worden toegepast op zowel stedelijke als landelijke omgevingen en dat in zowel ontwikkelingslanden als ontwikkelde landen. Voorstanders zoeken een duurzame levenstijl met zomin mogelijk handel buiten het eigen gebied of eco-regio. Veel voorstanders zoeken ook onafhankelijkheid van bestaande infrastructuren, alhoewel anderen, vooral in de stedelijke setting, juist de integratie met die infrastructuren voorstaan. Landelijke eco-dorpen zijn vooral gebaseerd op organische landbouw, permacultuur en andere beanderingen die het functioneren van het ecosysteem en de biodiversiteit bevorderen. [19] Eco-dorpen, zowel stedelijk als landelijk, hebben de neiging om gemeenschaps- en ecologische waarden te integreren met een principe-gebaseerd streven naar duurzaamheid. [20]

Johnathon Dawson, voormalig president van het Global Ecovillage Network, omschrijft vijf eco-dorp principes in zijn boek Ecovillages: New Frontiers for Sustainability uit 2006:

  1. Het zijn geen overheids gesteunde projecten, maar ontstaan van onderaf
  2. Hun inwoners hechten aan het leven in gemeenschappen
  3. De inwoners zijn niet afhankelijk van centrale voorzieningen (overheid of bedrijf) voor water, eten, onderdak, stroom en andere benodighdheden. Ze proberen dit zelf te organiseren.
  4. De inwoners hebben een sterk gevoel van gedeelde normen en waarden, vaak ook spiritueel
  5. Ze functioneren vaak als research en demonstratie plek, waarbij ze de kennis op anderen overbrengen.[16]

Een eco-dorp bevat in de regel componenten uit de groene economie, eigen (duurzame) energiebronnen, permacultuur en of-the-grid of geclusterde bebouwing om de ecologische footprint te minimaliseren. Het doel van de meeste eco-dorpen is om een duurzame leefomgeving te vormen die ter plaatse voorziet in de meeste levensbehoeften. Toch is zelfvoorzienend zijn niet altijd het doel, in het bijzonder als het doel is om een katalysator te zijn in het veranderen van de cultuur en infrastructuur in breder verband. De organisatie van een eco-dorp wordt normaliter gevormd door een set van gedeelde normen en waarden, soms gekarakteriseerd als eco-anarchisme, waarin lokaal inkopen een rol speelt om de lokale economie te bevorderen, voedsel lokaal wordt geproduceerd en gedistribueerd, overmatige consumptie wordt tegengegaan en beslissingen in consensus genomen worden met respect voor de diversiteit. Eco-dorpen moeten niet verward worden met micronaties, wat strikt juridische entiteiten zijn.

Bestuur

Effectief bestuur is belangrijk voor eco-dorpen. Het voorziet bijvoorbeeld in de mogelijkhed om inkomsten te genereren door middel van voorlichting over een duurzame levensstijl. (Cunningham and Wearing,2013). Terwijl de eerste generatie eco-bewoners de neiging hadden om beslissingen te nemen op basis van consensus, kwamen daar in de realiteit praktische bezwaren bij kijken. Het kostte extreem veel tijd, en veel beslissingen werden vaak geblokkeerd door een paar halstarrige leden van de gemeenschap. [21]. Latere eco-dorpen zijn meer sociocratisch van aard en hanteren alternatieve beslismodellen. [22]. Ook zijn er eco-dorpen die zoeken naar vormen van een bestuur waarbij de nadruk ligt op ecologie in plaats van de economie.

Referenties

{{Reflist|2}} Kellogg, W. Keating, W. (2011), “Cleveland’s Ecovillage: green and affordable housing through a network alliance”, Housing Policy Debate, 21 (1), pp. 69–91

Cunningham, Paul A. and Wearing, Stephen L.(2013).The Politics of Consensus: An Exploration of the Cloughjordan Ecovillage, Ireland.[electronic version].Cosmopolitan Civil Societies: An Interdisciplinary Journal.5(2) pp. 1–28

Meer informatie

Boeken
  • Christian, D. 2003. Creating a Life Together: Practical Tools to Grow Ecovillages and Intentional Communities New Society Publishers. ISBN 0-86571-471-1
  • Dawson, Jonathan (2006) Ecovillages: Angelica Buenaventura for Sustainability. Green Books. ISBN 1-903998-77-8
  • Hill, R. and Dunbar, R. 2002. "Social Network Size in Humans." Human Nature, Vol. 14, No. 1, pp. 53–72.
  • Jackson, H. and Svensson, K. 2002. Ecovillage Living: Restoring the Earth and Her People. Green Books. ISBN 1-903998-16-6
  • Walker, Liz. 2005 EcoVillage at Ithaca: Pioneering a Sustainable Culture. New Society Publishers ISBN 0-86571-524-6
  • Sunarti, Euis (eds.) 2009. Model of Ecovillage Development: Development of Rural Areas in Order To Improve Quality of Life for Rural Residents, Indonesia. ISBN 978-979-19278-5-7
Artikelen

{{Sustainability}}

Category:Utopian communities Category:Urban studies and planning terminology Category:Environmental design Category:Simple living



TODO Nieuw uniek NL materiaal:

nog steeds emotioneel belastend.[23][24][25]



Anstasia Landbouw

(in progress)

in de boeken van Vladimir Megre wordt uitvoerig ingegaan op nieuwe ideeen die de hoofdsrolspeelster Anastasia schets over landbouw.

dit zijn oa: - planten van zaadjes - verzorging van planten - de functie van pure voeding - de functie van bomen - de functie van de ceder - het familiedomein

Biotransmutatie

(in progress nav scriptie)

Delft spoorzone

Uit het engels:

== todo: diverse auteurs

  1. http://www.dansbiodanza.nl/wie-was-rolando-toro
  2. Biodanza, Rolando Torro, De Zaak, 2009, ISBN: 978-90-77770-40-5
  3. Context Institute. About Context Institute. Retrieved on: April 29, 2008.
  4. Context Institute. Diane A. Gilman. Retrieved on: April 29, 2008.
  5. Global Ecovillage Network. The History of GEN, 1990-1995. Retrieved on: April 30, 2008.
  6. De Complete Mens, Sander van Walsum, Artikel verschenen in De Volkskrant, zaterdag 10 mei 2014
  7. a b Henry Alford, 'You’re O.K., but I’m Not. Let’s Share', New York Times, 26 november 2010
  8. Van Schyndel Kasper, D. (2008). "Redefining Community in the Ecovillage." Human Ecology Review 15:12-24. Retrieved on: 2009-08-27.
  9. Gilman, Robert (Summer, 1991). "The Eco-village Challenge". In Context. Retrieved on: 2008-04-09.
  10. Robert Gilman on "Multiple Centers of Initiative." Ecovillages Newsletter. Retrieved on: 2011-11-09.
  11. [3] Ecovillage Conference 2012. Retrieved on 2012-12-05.
  12. Baydoun, M. 2013.
  13. George Ramsey, “Passive Energy Applications for the Built Environment”, First World Energy Conference, Association of Energy Engineers, published in Energy Engineering Technology: Proceedings of the First World Energy Engineering Congress, October 31-November 2, 1978 in Atlanta, Ga. (Fairmont Press, 1979), pp. 220-242. Zie voor de "eco-dorp" pp. 229 en 239. http://www.villagehabitat.com/resources/papers/passive_energy.pdf
  14. “Passive Energy Applications for the Built Environment”, p. 230
  15. a b Jackson, Ross (Summer, 2004). "The Ecovillage Movement." Permaculture Magazine 40. Retrieved on: 2011-08-11.
  16. a b Taggart, Jonathan (Nov-Dec, 2009). Inside an ecovillage. bNet - CBS Interactive Business Network. Retrieved on: 2011-08-11.
  17. Dimensions of an Ecovillage. Geraadpleegd op March 20, 2012.
  18. a b Bundale, Avril (Nov-Dec 2004). "Greening together: the ecovillage movement grows from grassroots to mainstream". bNet - CBC Interactive Business Network. Retrieved on: 2011-08-11.
  19. https://socialsciences.arts.unsw.edu.au/tsw/D09TheSigOfTheGEM.html Ted Trainer on ecovillages.
  20. Holmgren, David. "The Essence of Permaculture." Retrieved on: 2013-07-31
  21. Diana Leafe Christian, “Busting-the-myth-that-consensus-with-unanimity-is-good-for-communities”, http://www.resilience.org/stories/2013-03-20/busting-the-myth-that-consensus-with-unanimity-is-good-for-communities-part-ii)
  22. Buck, John; Villines, Sharon (2007). We the People: Consenting to a Deeper Democracy (First edition, second printing with corrections ed.). Washington DC: Sociocracy.info Press. pp. 31, 39. ISBN 978-0-9792827-0-6(pbk)
  23. Steven Pressman, 'Soul Revival at the Forum', San Francisco Chronicle, 16 januari 1994
  24. Henry Alford, 'You’re O.K., but I’m Not. Let’s Share', New York Times, 26 november 2010
  25. Laura McClure, 'The Landmark Forum: 42 Hours, $500, 65 Breakdowns. My lost weekend with the trademark happy, bathroom-break hating, slightly spooky inheritors of est', Mother Jones, juli/aug 2009.