Naar inhoud springen

978

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
978
Eeuwen: 9e eeuw · 10e eeuw · 11e eeuw
Decennia: 960-969 · 970-979 · 980-989
Jaren: << · < · 977 · 978 · 979 · > · >>
Jaartelling in verschillende culturen
Ab urbe condita: 1731 MDCCXXXI
Armeense jaartelling: 426 – 427
ԹՎ ՆԻԶ – ՆԻԷ
Chinese jaartelling: 3674 – 3675
甲丑 – 乙寅
Christelijke jaartelling: 978 CMLXXVIII
Ethiopische jaartelling: 970 – 971
Hebreeuwse jaartelling: 4738 – 4739
Hindoekalenders:
- Vikram Samvat 1033 – 1034
- Shaka Samvat 900 – 901
- Kali yuga 4079 – 4080
Iraanse jaartelling: 356 – 357
۳۵۶ – ۳۵۷
Islamitische jaartelling: 367 – 368
٣٦٨ – ٣٦٧
Maçonnieke jaartelling: 4977 – 4978
Juliaanse kalender van 978
Koning Lotharius III (links) valt Otto's leger aan bij het oversteken van de rivier de Aisne.

Het jaar 978 is het 78e jaar in de 10e eeuw volgens de christelijke jaartelling.

Gebeurtenissen

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Zomer - Koning Lotharius III (II) leidt een militaire expeditie naar Lotharingen, vergezeld door zijn adviseur Hugo Capet, een van de machtigste edelen van Frankrijk. Lotharius steekt de rivier de Maas over en neemt Aken in, waarbij hij de Akener koningspalts plundert. Lotharius moet zich na vier maanden (vanwege gebrek aan voedsel) terugtrekken. Keizer Otto II ("de Rode") en zijn vrouw Theophanu weten te ontsnappen naar Keulen.[1]
  • Almanzor, Arabisch adviseur en regent, wordt benoemd tot vizier van het kalifaat van Córdoba (huidige Spanje). Hij grijpt de macht van de 13-jarige kalief Hisham II en voert strenge verordeningen door. Almanzor sluit de jonge kalief op in zijn paleis Medina Azahara, onder het voorwendsel hem een vrome opvoeding te geven. Ondertussen bereidt hij een militaire campagne voor tegen de koninkrijken Castilië en León in Al-Andalus.[2]
  • Otto II ("de Rode") laat de drie adellijke opstandelingen in Maagdenburg straffen. Hendrik II ("de Twistzieke") wordt ontdaan van al zijn bezittingen en gevangengezet onder toezicht van Folcmar (of Poppo), bisschop van Utrecht. De andere twee: Hendrik III ("de Jongere") verliest zijn hertogdom aan Otto's neef Otto I en Hendrik I, bisschop van Augsburg, wordt gearresteerd en opgesloten in de Abdij van Werden (huidige Duitsland).[3]
  • Herfst - Otto II ("de Rode") valt met een leger (ongeveer 30.000 man) het West-Frankische Rijk binnen. Hij verwoest de steden Reims, Soissons (waar hij stopt bij de Abdij van Sint-Medardus) en Laon. Lotharius III vlucht naar Parijs, waar hij wordt belegerd door de keizerlijke troepen. Otto's neef Karel van Lotharingen (verbannen uit Frankrijk) wordt in Laon door Diederik I, bisschop van Metz, uitgeroepen tot 'koning van de Franken'.[4]
  • 30 november - Otto II ("de Rode") heft de belegering van Parijs na twee maanden op (vanwege ziekte onder zijn troepen) en is gedwongen zich terug te trekken. Op de terugreis wordt de keizerlijke achterhoede door het Frankische leger onder bevel van Lotharius III verslagen bij het oversteken van de rivier de Aisne. Otto ontsnapt en zoekt samen met Karel van Lotharingen zijn toevlucht in Aken, nadat zijn voorraden zijn vernietigd.[5]
  • Winter - Prins Vladimir I keert terug uit ballingschap in Noorwegen met een Varangiaans huurlingenleger en herovert Novgorod. Onderweg naar Kiev marcheert hij tegen de Kievse troepen van zijn broer Jaropolk I.[6]
Zie de categorie 978 van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.