Naar inhoud springen

Anna Politkovskaja

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door AGL (overleg | bijdragen) op 24 apr 2020 om 16:18.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Anna Politkovskaja
Anna Politkovskaja (2005)
Achtergrondinformatie
Geboorteplaats New York
Overleden 7 oktober 2006
Overlijdensplaats Moskou
Opleiding Journalistiek
Beroep Journalist
(en) IMDb-profiel
Portaal  Portaalicoon   Media

Anna Stepanovna Politkovskaja (Russisch: Анна Степановна Политковская), geboren als Anna Stepanovna Mazepa (Russisch: Анна Степановна Мазепа), (New York, 30 augustus 1958 - Moskou, 7 oktober 2006) was een Russische journaliste, publiciste en mensenrechtenactiviste.

Levensloop

Haar ouders waren Sovjet-diplomaten van Oekraïense afkomst die werkzaam waren bij de Verenigde Naties in New York. Ze studeerde journalistiek aan de Universiteit van Moskou waar ze afstudeerde in 1980. Ze ging vervolgens werken bij de Russische krant Izvestia. In 1999 werd ze journalist bij een andere Russische krant, Novaja Gazeta. Politkovskaja was een onafhankelijke en kritische verslaggeefster die politieke en maatschappelijke misstanden aan de kaak stelde. In haar krantenartikelen liet zij zich kritisch uit over de oorlog in Tsjetsjenië. Zij beschuldigde het Russische leger ervan in hun strijd met de Tsjetsjeense opstandelingen zich doorlopend te bezondigen aan het schenden van de mensenrechten. Het beleid van de Russische president Vladimir Poetin was ook onderwerp van haar kritiek. Politkovskaja schreef er het boek Poetins Rusland over dat ook in het Nederlands uitkwam.[1]

In 2001 was ze gedwongen naar Wenen te vluchten omdat ze een tijdlang via e-mail was bedreigd door een politiefunctionaris die zij in haar artikelen had beschuldigd van het begaan van misdaden tegen burgers.
Toen in 2002 een groep Tsjetsjenen een theater in Moskou gegijzeld hielden trad Politkovskaja op als bemiddelaarster. In 2004 wilde zij vanwege de gijzeling van schoolkinderen in de plaats Beslan naar die plaats vertrekken maar ze werd onderweg vergiftigd en moest haar reis staken.

In het voorwoord van het eerder aangehaalde Poetins Rusland schreef ze: "Het is nog te vroeg om afstand te nemen. Ik leef in het heden en noteer wat ik zie". Het boek geeft een onthutsend beeld van het beleid van president Poetin en de uitwassen waartoe dat leidt. Het is dan ook niet zomaar een biografie of een analyse van het presidentschap van Poetin. Ze schreef over de georganiseerde maffia en schandalen in de provincie, de corruptie in het leger, de overheid en rechtspraak, over de omkoping op grote schaal die het gevolg is van de opkomst van de straathandel en over het werkelijke verhaal achter de bestorming van het Moskouse theater aan de Doebrovskajastraat. Altijd staan individuen centraal: moeders van zonen die zich ophangen in militaire dienst, of vrienden van vroeger die tot moord in staat blijken te zijn.

Vermoord

Eerbetoon van burgers aan Politkovskaja bij de ingang van het appartementencomplex waarin zij werd doodgeschoten.

Anna Politkovskaja werd vaak bedreigd. Een Russische legerofficier werd in 2003 hiervoor aangeklaagd maar vrijgesproken.
Op 7 oktober 2006 werd Anna Politkovskaja op 48-jarige leeftijd dood in een lift van haar appartementencomplex aangetroffen, ze bleek te zijn doodgeschoten. De moordenaar had het moordwapen, een revolver met kogels, in de lift achtergelaten. Vijf jaar later volgde een bekentenis van voormalig politieofficier Dmitri Pavljoetsjenkov die ervan wordt beschuldigd de moord te hebben georganiseerd.[2]

Kort na haar overlijden werd ook de Russische dissident en voormalig veiligheidsdienstagent Aleksandr Litvinenko, die onderzoek deed naar de moord, gedood door de Russische overheid. Hij stierf ten gevolge van een polonium-vergiftiging op 23 november 2006.

Werken

Onderscheidingen

Politkovskaja's journalistieke en publicerende werkzaamheden werden gekenmerkt door menselijkheid, passie en haar focus op individuen. Voor haar werk werd ze diverse malen onderscheiden.

Zo ontving ze in 2004 de Olof Palme-prijs en in april 2005 de Prijs voor de vrijheid en de toekomst van de pers van de Mediastichting Leipzig; met Seymour Hersh, Hans-Martin Tillack en Britta Pedersen moest ze 30.000 euro delen. Postuum werd haar in 2007 de Guillermo Cano Internationale Prijs voor Persvrijheid van de UNESCO toegekend.

Externe links

Zie de categorie Anna Politkovskaya van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.