Duikers (zoogdieren)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Cephalophinae)
Duikers
Blauwe duiker (Cephalophus monticola)
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Mammalia (Zoogdieren)
Orde:Artiodactyla (Evenhoevigen)
Familie:Bovidae (Holhoornigen)
Onderfamilie
Cephalophinae
Gray, 1871
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Duikers op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Zoogdieren
Cephalophus silvicultor (Geelrugduiker)

De duikers (Cephalophinae) vormen een onderfamilie van antilopen uit de familie der holhoornigen (Bovidae). Er zijn 20 soorten in drie geslachten.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Het zijn kleine tot middelgrote antilopen met kleine hoorntjes. Aan de zijkanten van de snuit, onder de ogen, bevinden zich klieren. Waarschijnlijk wordt de stof uit deze klieren gebruikt om het territorium te markeren. Het lichaam is zo gebouwd dat hij makkelijk een weg kan banen tussen het dichte struikgewas zonder vast te komen zitten. De voorpoten zijn korter dan de achterpoten, en de poten zijn over het algemeen vrij kort. Duikers hebben overigens relatief de grootste hersenen van alle holhoornigen.

Vrouwtjes zijn meestal iets groter dan mannetjes. Bij de meeste soorten hebben zowel de mannetjes als de vrouwtjes kleine, kegelvormige hoorntjes. De soorten verschillen in grootte van de blauwe duiker, die 59 tot 72 centimeter lang en 4 tot 6 kilogram zwaar wordt, tot de geelrugduiker, die 115 tot 145 centimeter lang en 45 tot 80 kilogram zwaar wordt.

Leefwijze[bewerken | brontekst bewerken]

Bij gevaar duiken de antilopen tussen de dichte begroeiing (vandaar de naam). Ze leven alleen of in paartjes. Waarschijnlijk zijn ze monogaam en territoriaal. Het mannetje laat de zorg van de jongen over aan het vrouwtje. Er wordt één jong geboren, dat zich de eerste weken na de geboorte verborgen houdt in het struikgewas.

Ze eten voornamelijk bladeren, scheuten, vruchten, zaden en bast. Soms volgen ze vruchtenetende vogels, vleerhonden en meerkatten, om te kunnen eten van de gevallen vruchten. Enkele soorten eten ook dierlijk voedsel. Ze vangen soms vogeltjes en knaagdieren, maar ook mieren, andere insecten en eten aas.

Duikers worden veelvuldig gevangen voor bushmeat, en in sommige delen van Afrika vormen ze zelfs het belangrijkste onderdeel.

Verspreiding en leefgebied[bewerken | brontekst bewerken]

Ze komen enkel voor in Afrika ten zuiden van de Sahara, in dichte bossen en open landschap vlak bij struikgewas.

Taxonomie[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]