Naar inhoud springen

Krekelzanger

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Lymantria (overleg | bijdragen) op 11 aug 2016 om 11:29. (+zang)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Krekelzanger
IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2012)
Krekelzanger
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Passeriformes (Zangvogels)
Familie:Locustellidae
Geslacht:Locustella
Soort
Locustella fluviatilis
(Wolf, 1810)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Krekelzanger op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De krekelzanger (Locustella fluviatilis) is een vogel uit de familie van de Locustellidae, uit het geslacht van de Locustella-zangers (Locustella) met nauw verwante soorten als sprinkhaanzanger en snor.

Kenmerken

De vogel is 14,5 tot 16 cm lang. De krekelzanger is olijfbruin met een vuilwitte onderzijde en de borst en keel hebben wat strepen en vlekken. De staart is lang, getrapt en afgerond. Krekelzangers zijn schuw: ze bewegen zich in dichte vegetatie met hun kop op gelijke hoogte als het lichaam. Tijdens het zingen kruipt het mannetje langzaam omhoog in de struiken. De zang bestaat uit een langdurig, snel ritme dze-dze-dze-dze, echter minder snel en lang dan de zang van de Sprinkhaanzanger.[2]

Verspreiding en leefgebied

De vogel komt voor tussen Duitsland, het zuiden van Finland, het westelijke gedeelte van de Oeral en Hongarije in het zuiden. Hij leeft in dichte rietvegetatie bij plassen, rivieren, in vochtige loofbossen en uitgestrekte rietlanden. Krekelzangers trekken in augustus of september naar de oostkust van Afrika en keren in april of mei terug.

Voorkomen in Nederland

De vogel is dwaalgast in Nederland. Er zijn 31 bevestigde waarnemingen in de periode 1924 tot 2000 en bijna jaarlijks (37 maal) tussen 2001 en 2013.[3]

Broeden

De krekelzanger broedt in dichte vegetatie dicht bij de grond, op zo'n 30-40 centimeter hoogte. Het nest bestaat uit bladeren, gras, stengels, de binnenkant uit fijn gras met wat haren. Meestal wordt het nest gesteund door een tak of een ander stevig element. In mei of juni worden 4-5 witte eieren met roestbruine vlekken gelegd, die in 13 dagen hoofdzakelijk door het vrouwtje worden uitgebroed. De jongen worden door beide ouders gevoed en verlaten na 11-15 dagen het nest. Soms wordt twee keer gebroed.

Voedsel

Krekelzangers eten insecten, larven en spinnen.

Status

De grootte van de populatie werd in 2004 ruw geschat op 6,0 tot 18,4 miljoen individuen. Men veronderstelt dat de soort in aantal stabiel is. Om deze redenen staat de krekelzanger als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.[1]