Naar inhoud springen

La Espero

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Taal

Akademio de Esperanto · Grammatica · Woordenboek · Esperantologie · Alfabet · Fundamento · PMEG

Verenigingen

Akademio Internacia de la Sciencoj · UEA · TEJO · BEMI · Esperanto Nederland · NEJ · Vlaamse Esperantobond · FLEJA · OSIEK · Internationale Katholieken

Geschiedenis

L.L. Zamenhof · Tijdlijn · Verklaring van Boulogne · Ata-ita-crisis · Neutraal Moresnet · Manifest van Praag · Bona Espero · Esperantostad

Esperantocultuur

Esperanto-bijeenkomst · Radio · Internacia Televido · Finvenkismo · Homaranismo · Kabei · Pasporta Servo · Politiek · La Espero · Stelo · Symbolen · Esperantist · UK · IJK · Moedertaalsprekers · Vlag · Zamenhofdag

Esperantoliteratuur

PIV · Auteurs · Esperantostrips · Esperantotijdschrift

Kritiek op het Esperanto

Hervormd Esperanto · Esperantido · Eurokloon

Portaal  Portaalicoon   Esperanto

La Espero ('de hoop') is het 'volkslied' van Esperanto. De tekst is geschreven door Lejzer Zamenhof (1859-1917), de oorspronkelijke bedenker van de taal Esperanto. Het wordt nu gewoonlijk gezongen op muziek gecomponeerd door Félicien Menu de Ménil.

En la mondon venis nova sento,
   tra la mondo iras forta voko;
per flugiloj de facila vento
   nun de loko flugu ĝi al loko.
Ne al glavo sangon soifanta
   ĝi la homan tiras familion:
al la mond' eterne militanta
   ĝi promesas sanktan harmonion.

Sub la sankta signo de l' espero
   kolektiĝas pacaj batalantoj,
kaj rapide kreskas la afero
   per laboro de la esperantoj.
Forte staras muroj de miljaroj
   inter la popoloj dividitaj;
sed dissaltos la obstinaj baroj,
   per la sankta amo disbatitaj.

Sur neŭtrala lingva fundamento,
   komprenante unu la alian,
la popoloj faros en konsento
   unu grandan rondon familian.
Nia diligenta kolegaro
   en laboro paca ne laciĝos,
ĝis la bela sonĝo de l' homaro
   por eterna ben' efektiviĝos.

In de wereld is een nieuw gevoel gekomen,
   door de wereld gaat een sterke roep;
op vleugels van een lichte bries
   moge hij nu van plek naar plek vliegen.
Niet naar het bloeddorstige zwaard
   trekt hij de familie der mensen:
aan de eeuwig oorlogvoerende wereld
   belooft hij heilige harmonie.

Onder het heilige teken van de hoop
   verzamelen zich strijders voor de vrede,
en de zaak groeit snel
   door het werk van degenen die hoop hebben.
Stevig staan er muren sinds millennia
   tussen de verdeelde volkeren;
maar de hardnekkige barrières zullen uiteenspringen,
   door de heilige liefde uiteengeslagen.

Op het fundament van een neutrale taal,
   elkaar begrijpend,
zullen de volkeren eensgezind vormen
   één grote familiekring.
Onze ijverige collega's
   zullen het vredeswerk niet moe worden,
totdat de mooie droom van de mensheid
   van eeuwige zegen zal worden gerealiseerd.