Płaszów
Concentratiekamp Plaszow | ||
---|---|---|
Ingebruikname | december 1940 | |
Bevrijding | 20 januari 1945[1] | |
Locatie | Krakau | |
Verantwoordelijk land | nazi-Duitsland | |
Coördinaten | 50° 2′ NB, 19° 58′ OL | |
Beheerder | SS | |
Gevangenen | 150.000+[2] | |
Dodental | 8.000 | |
![]() | ||
Concentratiekamp Plaszów
|
Płaszów was van 1941 tot 1945 een naziconcentratiekamp nabij de Poolse stad Krakau.
Het werkkamp werd in december 1941 in gebruik genomen. De gevangenen van Płaszów werden gebruikt als werkkrachten in wapenfabrieken en een steengroeve. In maart 1943 nam het aantal gevangenen sterk toe, toen het Joodse getto in Łódź werd geliquideerd en alle nog levende inwoners naar Płaszów gedeporteerd werden.
Het sterftecijfer in het kamp lag erg hoog, vooral door de minieme sanitaire voorzieningen die besmettelijke ziekten als tyfus en difterie in de hand werkten, en de schijnbaar willekeurige executies van gevangenen door de SS. In januari 1945 werden de laatste overlevenden gedwongen deel te nemen aan een dodenmars naar Auschwitz. Zij die de mars overleefden werden in Auschwitz vergast. Op 20 januari 1945 werd het lege kamp door het Rode Leger bevrijd. Tegenwoordig geeft een monument aan waar het kamp ooit stond. Een deel van Steven Spielberg's film Schindler's List (1993) speelt zich af in Płaszów.
Vanaf 11 februari 1943 tot en met 13 september 1944 was Amon Göth de commandant van concentratiekamp Plaszow.