Naaldhout: verschil tussen versies
→Voorbeelden van naaldhout: aanvulling |
minus iw, Wikidata |
||
Regel 74: | Regel 74: | ||
[[Categorie:Hout]] |
[[Categorie:Hout]] |
||
[[de:Nadelholz]] |
Versie van 3 nov 2013 15:01
Naaldhout is hout dat afkomstig is van naaldbomen, Coniferae, horend tot de Gymnospermae, de naaktzadigen. Het wordt ook wel Zachthout genoemd, een anglicisme (Engels "softwood"). Naaldhout bevat vaak hars.
Hardheid en duurzaamheid
Gemiddeld is naaldhout aanmerkelijk zachter dan het gemiddelde loofhout. Binnen zachthout en binnen hardhout komt echter een grote variatie in hardheid voor. Zo is balsahout afkomstig van de loofboom Ochroma lagopus en dus hardhout, maar in werkelijkheid is balsahout zeer zacht, terwijl hout van de venijnboom (Taxus baccata) en de moerasden (Pinus palustris) veel harder is dan het hout van de meeste loofbomen.
Het verschil tussen zachthout en hardhout is ook gebaseerd op verschillen in de celstructuur. In zachthout komen geen houtvaten voor maar tracheïden voor het transport van water. Verder is zachthout in het algemeen makkelijk te zagen of te bewerken voor houtsnijwerk.
De hardheid van naaldhout hangt deels samen met de groeisnelheid. Zo is het hout van de grove den, het zogenaamde grenen, wanneer het afkomstig is uit gebieden met een gematigd klimaat zoals Nederland wat zachter dan wanneer het afkomstig is uit de Scandinavische landen waar het langzamer gegroeid is.
Hardheid en duurzaamheid zijn twee geheel verschillende dingen (zie duurzaamheidsklasse). Sommige naaldhoutsoorten zijn zeer duurzaam. In Nederland levert de lariks behoorlijk duurzaam hout. Het wordt onder andere gebruikt voor omheiningen, als bouwhout zowel binnen als buiten, en voor scheepsrompen.
Voorbeelden van naaldhout
De in Nederland meest gebruikte soorten naaldhout zijn vurenhout (afkomstig van de fijnspar) en grenenhout (afkomstig van de grove den). Ook wordt zachthout gebruikt voor het maken van Medium-Density Fibreboard (MDF).
Houtsoort | Boom | Wetenschappelijke naam |
---|---|---|
dennen | zilverspar | Abies |
grenen of Noors grenen | grove den | Pinus silvestris |
lariks of lorken | lariks | Larix spp. |
oregon | douglas | Pseudotsuga menziesii |
vuren | fijnspar | Picea abies |
ceder | ceder | Cedrus spp. |
hemlock | hemlockspar | Tsuga spp. |
parana pine | ||
pin des landes | Zeeden | Pinus pinaster |
pitch pine | Pinus rigida | |
southern yellow pine | Moerasden | Pinus palustris |
Ander gebruik
De term "naaldhout" wordt bij gelegenheid ook wel gebruikt voor een bos waarvan de samenstelling bestaat uit naaldbomen.
Pinetum
Een collectie (levende) naaldbomen noemt men een pinetum (naaldbomentuin), een vorm van een bomentuin (arboretum). Omdat het - anders dan de naam suggereert - om coniferen gaat, zou de naam "coniferentuin" nauwkeuriger zijn.