Koloniale Tentoonstelling (Parijs, 1931): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 57: | Regel 57: | ||
In augustus 1931 werd de tegen-tentoonstelling ''La vérité sur les colonies'' geopend, die was georganiseerd door de [[Franse Communistische Partij]] (PCF), die van mening was dat Frankrijk zijn koloniën exploiteerde. Deze trok in acht maanden tijd 5000 bezoekers. |
In augustus 1931 werd de tegen-tentoonstelling ''La vérité sur les colonies'' geopend, die was georganiseerd door de [[Franse Communistische Partij]] (PCF), die van mening was dat Frankrijk zijn koloniën exploiteerde. Deze trok in acht maanden tijd 5000 bezoekers. |
||
==Noten== |
|||
{{References}} |
|||
{{Commonscat|Exposition Coloniale (1931)}} |
{{Commonscat|Exposition Coloniale (1931)}} |
Versie van 17 mei 2020 19:00
EXPO 1931 Parijs | ||
---|---|---|
Het Nederlands paviljoen
| ||
BIE-classificatie | Niet erkende tentoonstelling | |
Ligging | ||
Land | Frankrijk | |
Locatie | Bois de Vincennes | |
Data | ||
Openingsdatum | 6 mei 1931 | |
Sluitingsdatum | 15 november 1931 |
De Koloniale Tentoonstelling van Parijs was een koloniale tentoonstelling die plaatsvond in Parijs van 6 mei tot 15 november 1931.
Het Franse koloniale rijk was aan het einde van de 19de eeuw behoorlijk uitgegroeid. Indochina werd opgericht en in 1893 werd Laos toegevoegd. Ook de invloed van Frankrijk in Noord-Afrika was enorm gegroeid. Na de Eerste Wereldoorlog waren nog de mandaatgebieden Syrië, Libanon, Togo en Kameroen toegevoegd.
Om aandacht te schenken aan de kolonies werd er een tentoonstelling in het Bois de Vincennes in Parijs opgericht, die de hele zomer van 1931 open was. Er kwamen 8 miljoen bezoekers. Tijdens deze koloniale tentoonstelling brak er brand uit in het Nederlandse paviljoen waardoor verschillende tentoongestelde objecten beschadigd raakten.[1]
In augustus 1931 werd de tegen-tentoonstelling La vérité sur les colonies geopend, die was georganiseerd door de Franse Communistische Partij (PCF), die van mening was dat Frankrijk zijn koloniën exploiteerde. Deze trok in acht maanden tijd 5000 bezoekers.
Noten
- ↑ Willem H. Rassers, Overzicht van de geschiedenis van het Rijksmuseum voor Volkenkunde, 1837-1937, pagina 56 (1937)