Daarnaast ontvingen de uittredend wereldkampioene, de winnares van de wereldbeker (artikel 9.2.044) en de continentale kampioenen (artikel 9.2.009) een persoonlijke startplaats[2]:
De startvolgorde van het wereldkampioenschap was als volgt:
Top 8 wereldbekerklassement
UCI-ranking veldrijden
Niet gerangschikte rensters: per land in rotatie (o.b.v. het landenklassement van het laatste WK).[4]
Bronnen, noten en/of referenties
↑De UCI landen wereldbeker ranking werd opgemaakt door de punten van de beste drie gerangschikte rijdsters van een land van de betreffende categorie bij elkaar op te tellen. Bij een gelijk aan punten tussen landen, was de rangschikking van de best geklasseerde rijdster doorslaggevend (artikel 5.3.013 bis).