Convexe functie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Concave functie)
Convexe functie op interval

In de analyse, een deelgebied van de wiskunde, wordt een reëelwaardige functie , gedefinieerd op een bepaald interval, een convexe functie genoemd over dat interval als voor twee willekeurige punten en in dat interval en voor elke in geldt dat

Een functie is convex dan en slechts dan als de verzameling van alle punten die op of boven de grafiek van de functie liggen een convexe verzameling is. Dat is hetzelfde als dat alle punten op de functie in het bedoelde interval onder het lijnstuk liggen dat deze twee punten met elkaar verbindt. Een convexe functie wordt ook een bolle functie genoemd.

Een functie wordt strikt convex genoemd als

voor alle in , waarbij .

Concave functie[bewerken | brontekst bewerken]

Een functie waarvoor de tegengestelde functie een convexe functie is, wordt een concave of holle functie genoemd. De grafiek van een convexe functie heeft de vorm van een en een concave functie de vorm van een .

Eigenschappen[bewerken | brontekst bewerken]

Als convex is op het interval en het inwendige van is, dus zodat eventuele randpunten worden weggelaten, dan heeft op overal een linkerafgeleide en een rechterafgeleide . Beiden zijn stijgende functies, en . Ze zijn gelijk, dus is de afgeleide van gedefinieerd, op hoogstens een aftelbaar aantal punten na.[1]

Een functie is convex op het open interval dan en slechts dan als kan worden geschreven als integraal van een stijgende functie op dat interval:[1]