Gebruiker:Meergem/kladblok/wob

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Openbaarheid van bestuur is een algemeen rechtsbeginsel dat stelt dat de burger het recht heeft te weten hoe de overheid werkt. Dit beginsel is intussen ook in de wetgeving van meerdere landen uitgewerkt.

Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

De Wet openbaarheid van bestuur (Wob) uit 1980 regelt de inzage van bepaalde documenten van de overheid. De wet garandeert de mogelijkheid voor burgers om documenten over een bestuurlijke aangelegenheid bij een bestuursorgaan (bijvoorbeeld een ministerie, provincie of gemeente) op te vragen. Regelmatig gebruiken journalisten deze wet om informatie op te vragen.

De wet begint als volgt:

Alzo wij in overweging genomen hebben, dat het, mede gelet op artikel 110 van de Grondwet, met het oog op een goede en democratische bestuursvoering wenselijk is gebleken de regelen met betrekking tot de openheid en openbaarheid van bestuur aan te passen en deze zoveel mogelijk in de wet op te nemen.

Persoonlijke beleidsopvattingen, privacygevoelige informatie zoals strafbladen en stukken die concurrentiegevoelige informatie van bedrijven bevatten, zijn uitgesloten van de mogelijkheid om ze met een beroep op de wet WOB in te zien. Maar ook hierop zijn uitzonderingen mogelijk gemaakt door de rechter en het Verdrag van Århus.

Uitvoering door het Rijk

De Raad van State heeft een uitzondering gemaakt voor de correspondentie die tussen koning en ministerraad gevoerd wordt en in het Kabinet van de Koningin berust. De RvS beschouwt het Kabinet der Koningin niet als een bestuursorgaan. Ook correspondentie tussen de Prins van Oranje en het Kabinet van de Koningin valt volgens de bestuursrechter niet onder de WOB[1].

Wanneer een stuk van de ministerraad in het Koninklijk Huisarchief is beland kan het noch met een beroep op de archiefwet noch met de WOB worden ingezien[2].

Kosten en middelen

Voor het verstrekken van kopieën van documenten op een WOB-verzoek mag het Rijk een vergoeding in rekening brengen. Die is vastgelegd in het Besluit tarieven openbaarheid van bestuur. Voor het verstrekken van kopieën van schriftelijke stukken, bedraagt deze:

  • voor minder dan 6 kopieën: gratis;
  • voor 6 tot 13 kopieën: € 4,50;
  • voor 14 of meer kopieën: € 0,35 per kopie.

Voor kopieën van een ander materiaal bedraagt deze niet meer dan de kostprijs. Als een uittreksel of een samenvatting van een document bedraagt de vergoeding € 2,25 per pagina van het uittreksel of de samenvatting.

Dergelijke vergoedingen zijn zelden kostendekkend. Echter het aantal WOB-verzoeken is jaarlijks niet dermate groot dat de uitvoering van de wet tot grote kosten heeft geleid.

Uitvoering door gemeenten

Gemeenten moeten inzage geven in bouwverslagen met derden. Concurrentiegevoelige informatie wordt daarvan uitgesloten. Op persoonsgegevens en privacygevoelige gegevens van natuurlijke personen (ergo, geen bedrijven) geldt de Wet bescherming persoonsgegevens.

Kosten en middelen

Voor gemeenten (maar ook voor provincies en waterschappen) geldt dat als zij een vergoeding vragen er eerst vergoedingenregels moeten zijn vastgesteld en bekendgemaakt. De gemeente moet dit in een (leges) verordening vasleggen. De VNG geeft aan, dat bij het vaststellen van de vergoedingenregels aansluiting gezocht worden bij de tarieven van het Rijk. Dergelijke vergoedingen zijn zelden kostendekkend. Echter het aantal WOB-verzoeken is jaarlijks niet dermate groot dat de uitvoering van de wet tot grote kosten heeft geleid. Wel is er vanaf oktober 2009 een stijging merkbaar door de komst van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen.

België[bewerken | brontekst bewerken]

In België is de openbaarheid van bestuur in 1993 vastgelegd in de Grondwet, artikel 32:

Ieder heeft het recht elk bestuursdocument te raadplegen en er een afschrift van te krijgen, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden bepaald door de wet, het decreet of de regel bedoeld in artikel 134.

Zowel de Belgische federale wetgever als het Vlaams Parlement en de andere wetgevende instanties hebben vervolgens, ieder voor zich, een regeling uitgewerkt. Zie onder andere:

  • Federale wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur
  • Federale wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en gemeenten
  • Vlaams decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur [3]
  • Brusselse ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur

Het Waals Gewest, de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap vaardigden soortgelijke decreten uit. In het Frans spreekt men van transparence administrative.

In al deze regelgevingen wordt een onderscheid gemaakt tussen actieve en passieve openbaarheid. Actieve openbaarheid houdt in dat de overheden op een systematische manier de burgers informeren over het gevoerde beleid. Passieve openbaarheid houdt in dat de burgers mogen verzoeken bepaalde bestuursdocumenten te zien.

Vlaanderen[bewerken | brontekst bewerken]

Het decreet openbaarheid van bestuur voorziet dat nagenoeg elk voltooid document waarover een bestuur beschikt die onder de bevoegdheid valt van de Vlaamse overheid door iedereen kan worden opgevraagd. Zo is ook een studie opgemaakt in opdracht van een bestuur openbaar zodra het studiebureau dat verantwoordelijk was voor de opdracht besluit dat haar taak volbracht is en de studieresultaten geleverd zijn aan het bestuur. De beslissingsprocedure die eventueel het gevolg is van de resultaten van de studie heeft geen invloed op het openbaar karakter van een voltooide opdracht.

Elke burger kan door een eenvoudige vraag per brief, mail of fax zonder motivatieplicht mits verwijzing naar het decreet een copij opvragen van een bestuursdocument. Tevens kan de aanvrager zelf bepalen op welke wijze hij een kopij wenst te verkrijgen. Zo kan de aanvrager naast een schriftelijke copij ook een digitale copij vragen van een document. Binnen de 15 dagen na registratie van de aanvraag door het bestuur moet dit bestuur de vraag beantwoorden. Indien een bestuur niet binnen de voorziene periode antwoordt, kan de aanvrager klacht neerleggen bij de beroepsinstantie openbaarheid van bestuur. De beroepsinstantie onderzoekt de klacht en oordeelt er over binnen een termijn van 30 dagen. Alle beslissingen van de beroepsinstantie worden sinds 2004 gepubliceerd op het web [4].

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

[[Categorie:Nederlandse wetgeving]] [[Categorie:Belgische wet]] [[Categorie:Rechtsbeginselen]]