Grandidierina

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Grandidierina
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata (Schubreptielen)
Onderorde:Lacertilia (Hagedissen)
Infraorde:Scincomorpha (Skinkachtigen)
Familie:Scincidae (Skinken)
Onderfamilie:Scincinae
Geslacht
Grandidierina
Mocquard, 1894
Grandidierina op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Grandidierina is een geslacht van hagedissen uit de familie skinken (Scincidae).

Naam en indeling[bewerken | brontekst bewerken]

De wetenschappelijke naam van de groep werd voor het eerst voorgesteld door Mocquard in 1894. De wetenschappelijke geslachtsnaam Grandidierina is een eerbetoon aan de Franse natuuronderzoeker Alfred Grandidier (1836 – 1921).

De verschillende soorten werden eerder tot de geslachten Acontias en Voeltzkowia gerekend.[1]

Verspreiding en habitat[bewerken | brontekst bewerken]

Alle soorten komen endemisch voor op het ten oosten van Afrika gelegen eiland Madagaskar. De verschillende soorten komen voor in uiteenlopende delen van het zuiden van het eiland. De habitat bestaat uit drogere gebieden met een zanderige bodem. De skinken zijn bodembewoners die veel graven. Ze worden ook wel gevonden onder stenen en stukken hout.

Door de internationale natuurbeschermingsorganisatie IUCN is aan twee soorten een beschermingsstatus toegewezen. Grandidierina lineata wordt beschouwd als 'veilig' (Least Concern of LC) en Grandidierina petiti staat te boek als 'gevoelig' (Near Threatened of NT).[2]

Soorten[bewerken | brontekst bewerken]

Het geslacht omvat de volgende soorten, met de auteur en het verspreidingsgebied.

Naam Auteur Verspreidingsgebied in Madagaskar
Grandidierina fierinensis Grandidier, 1869
Grandidierina lineata Mocquard, 1901
Grandidierina petiti Angel, 1924
Grandidierina rubrocaudata Grandidier, 1869

Bronvermelding[bewerken | brontekst bewerken]