Pijpenstrootje-orde

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Pijpenstrootje-orde
Laat zomeraspect van een blauwgrasland
Laat zomeraspect van een blauwgrasland
Syntaxonomische indeling
Klasse:Molinio-Arrhenatheretea
(klasse van matig voedselrijke graslanden)
Orde
Molinietalia
W.Koch 1926
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons

De pijpenstrootje-orde (Molinietalia) is een orde uit de klasse van matig voedselrijke graslanden (Molinio-Arrhenatheretea). De orde omvat plantengemeenschappen van bloemrijke, vochtige graslanden op mesotrofe bodems, met overwegend grassen, grasachtige planten en kruiden.

Naamgeving en codering[bewerken | brontekst bewerken]

De wetenschappelijke naam Molinietalia is afgeleid van de botanische naam van een belangrijke soort van deze orde, het pijpenstrootje (Molinia caerulea).

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Voor de kenmerken van deze orde, zie de klasse van matig voedselrijke graslanden.

Onderliggende syntaxa in Nederland en Vlaanderen[bewerken | brontekst bewerken]

De pijpenstrootje-orde wordt in Nederland en Vlaanderen vertegenwoordigd door twee verbonden. In totaal omvat de orde in Nederland en Vlaanderen zes associaties.

Vegetatiezonering[bewerken | brontekst bewerken]

In de vegetatiezonering kunnen de syntaxa uit de pijpenstrootje-orde in contact staan met tal van andere syntaxa. Zo kunnen andere graslanden uit de glanshaver-orde contactgemeenschappen vormen, maar ook graslanden uit de klasse van heischrale graslanden. Ook vegetatie van de klasse van kleine zeggen en de klasse van hoogveenbulten en natte heiden kunnen de vegetatie begrenzen of vegetatiemozaïeken vormen.

Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]

Het verspreidingsgebied van de pijpenstrootje-orde omvat de gematigde en subarctische zones van Europa.

Beheer[bewerken | brontekst bewerken]

Een grasland uit de pijpenstrootje-orde dat zich ontwikkelt naar broekstruweel of broekbos.

Wanneer het beheer stopt kunnen de graslandgemeenschappen uit de pijpenstrootje-orde snel overgaan in broekstruwelen of broekbossen van respectievelijk de klasse van wilgenbroekstruwelen of de klasse van elzenbroekbossen.

Diagnostische taxa voor Nederland en Vlaanderen[bewerken | brontekst bewerken]

In de onderstaande tabel staan de belangrijkste diagnostische plantentaxa van de pijpenstrootje-orde voor Nederland en Vlaanderen.

Kentaxon Diff.soort Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking Afbeelding
Kruidlaag
kO - kale jonker Cirsium palustre
kO - lidrus Equisetum palustre
kO - gewone engelwortel Angelica sylvestris ook voor het Circaeo-Alnenion
kO - biezenknoppen Juncus conglomeratus
kO - wilde bertram Achillea ptarmica
kO - kleine valeriaan Valeriana dioica
kO - pijpenstrootje Molinia caerulea zwakke kensoort; ook in het verbond van heischrale graslanden
kK - gestreepte witbol Holcus lanatus
kK - scherpe boterbloem Ranunculus acris
kK - pinksterbloem Cardamine pratensis ook voor het Circaeo-Alnenion
kK - veldzuring Rumex acetosa
kK - gewone brunel Prunella vulgaris
kK - vogelwikke Vicia cracca ook in de klasse van natte strooiselruigten
kK - knoopkruid Centaurea jacea ook in de klasse van kalkgraslanden
kK - gewone hoornbloem Cerastium fontanum
kK - rode klaver Trifolium pratense
kK - beemdlangbloem Schedonorus pratensis
kK - grasmuur Stellaria graminea
kK grote pimpernel Sanguisorba officinalis
kK veldlathyrus Lathyrus pratensis
Moslaag
kO - boompjesmos Climacium dendroides

Fotogalerij[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]