Robert Fripp

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Robert Fripp
Robert Fripp
Algemene informatie
Geboren 16 mei 1946
Geboorteplaats Wimborne MinsterBewerken op Wikidata
Land Verenigd Koninkrijk
Werk
Jaren actief ca. 1966 - heden
Genre(s) Rock
Beroep Muzikant
Componist
Instrument(en) Gitaar
Act(s) Giles, Giles & Fripp
King Crimson
League of Gentlemen
League of Crafty Guitarists
Officiële website
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) Last.fm-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Actief in Giles, Giles & Fripp
Functie(s) Gitarist
In deze formatie 1967 - 1968
Actief in King Crimson
Functie(s) Gitarist
In deze formatie 1969 - 1974
1981 - 1984
1994 - heden
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Robert Fripp (Wimborne Minster (Dorset), 16 mei 1946) is een Brits gitarist en componist.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Fripp werd geboren als zoon van een makelaar. Op 24 december 1957 begon hij gitaar te spelen. Van zijn zestiende tot zijn negentiende werkte hij bij het makelaarskantoor van zijn vader, daarna ging hij naar de universiteit. Maar op zijn twintigste keerde hij terug naar het makelaarskantoor en besloot hij professioneel gitarist te worden in de band League of Gentlemen. Hierna vormde hij met Peter Giles en Michael Giles de band Giles, Giles & Fripp, waarvan in 1968 een album verscheen. Uit deze band kwam in 1969 King Crimson voort. Met deze band leverde hij een in de destijds progressieve, symfonische hoek bekendstaand meesterwerk af : "In the Court of the Crimson King" , gevolgd door "In the Wake of Poseidon" en kort daarna het meer avant-garde-getinte "Lizard" en het album "Islands". Na deze relatief experimentele albums verschenen de rijpe werken Larks' Tongues in Aspic, Starless and Bible Black en Red, met o.a. slagwerker Bill Bruford. In het kader van de 40ste verjaardag is door Fripp en Steven Wilson (Porcupine Tree) een viertal albums recent geremixt en geremasterd (In the Court of the Crimson King, Lizard, Red en Islands).

Na een aantal ingrijpende bezettingswisselingen kwam er in 1974 een einde aan deze band. Fripp richtte zich hierna op studiowerk en speelde onder meer op albums van David Bowie ("Heroes") en Peter Gabriel. In 1972 en 1974 had hij al twee albums gemaakt met Brian Eno. Zijn eerste echte soloalbum, Exposure, verscheen in 1979. Aan deze experimentele plaat werd meegewerkt door onder anderen Peter Gabriel en Peter Hammill.

In 1980 werkte Fripp samen met bassist Busta Jones, drummer Paul Duskin en zanger David Byrne[1] en produceerden God Save the Queen/Under Heavy Manners. Gelijktijdig stelde hij een tweede band genaamd League of Gentlemen samen met bassist Sara Lee (Gang of Four, The B-52's, Indigo Girls), keyboardspeler Barry Andrews (XTC, Shriekback) en drummer Johnny Toobad, die later vervangen werd door Kevin Wilkinson. The LOG toerde in 1980.

In 1981 werd King Crimson heropgericht. Er werden diverse albums uitgebracht en de muziek werd gekenmerkt door de gelaagdheid van de verschillende gitaarpartijen. Bovendien speelde Fripp in deze periode korte tijd in een tweede band, die net als zijn allereerste band The League of Gentlemen heette. In 1984 werd King Crimson weer opgeheven, korte tijd later gevolgd door The League of Gentlemen. Fripp trok zich drie maanden terug uit de muziekwereld, ontmoette zijn vrouw, de zangeres en actrice Toyah Willcox, en begon weer les te geven, dit keer in de Guitar Craft Course.

Met zijn leerlingen toerde hij van 1986 tot 1991 door Europa onder de naam League of Crafty Guitarists. In 1991 spande EG Records, zijn platenmaatschappij en management, een rechtszaak tegen hem aan. In 1993 ging Fripp op tournee met David Sylvian. King Crimson werd weer heropgericht in 1994 en bestaat, in wijzigende bezettingen, nog steeds. Hij maakte ook deel uit van de G3 Tour in 1997, waar hij solo optrad. In de jaren negentig werkte hij ook samen met enkele danceartiesten. Zo leverde hij bijdragen aan albums van The Grid en The Beloved. Ook nam hij met de leden van The Orb en Thomas Fehlmann het album FFWD (1994) op. In 1999 speelt hij ook een track op het album One To Three. Overflow; Ninenine/nd van Fehlmann.

Fripps solo-werk wordt gekenmerkt door een in samenwerking met Brian Eno ontwikkelde techniek die bekendstaat als Frippertronics. Voor het eerst gebruikte hij deze techniek in 1975 op het album Evening Star. Frippertronics bestaat uit twee taperecorders die op enige afstand van elkaar staan opgesteld, waarbij de ene recorder opneemt en de andere dezelfde tape tegelijkertijd afspeelt. Het resultaat is een tape-echo met een zeer lange vertragingstijd, wat gelaagde muziek mogelijk maakt.

Fripp is onder meer beïnvloed door de muziek van Béla Bartók, Terry Riley en Igor Stravinsky.

Bij de introductie van het besturingssysteem Windows Vista in november 2006 werd bekendgemaakt dat Fripp een aantal geluiden voor Vista gecomponeerd heeft. Onder andere het opstartgeluid, dat 4 seconden duurt en uit 4 akkoorden bestaat, is van zijn hand. Daarnaast componeerde Fripp nog eens 44 muziekjes en geluiden voor Vista.[bron?]

Discografie[bewerken | brontekst bewerken]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Sid Smith In the Court of King Crimson (2001)
  • Eric Tamm Robert Fripp; from Crimson King to Crafty Master

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]