Aartsvader

Zoek dit woord op in WikiWoordenboek
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Bertrand77 (overleg | bijdragen) op 23 mrt 2020 om 22:29.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Aartsvader (Hebreeuws: אב, ab, ab) is in het jodendom en christendom een aanduiding voor Abraham, Isaak en Jakob. De term is hoofdzakelijk ontleend aan Sirach 44:19. Soms wordt ook wel de term patriarch gebruikt.

De verhalen over de aartsvaders staan in het boek Genesis in de Hebreeuwse Bijbel. Jozef wordt niet tot de aartsvaders gerekend, maar de verhalen over hem en zijn broers worden wel gerekend tot de verhalen over de aartsvaders.

Hoofdstukken
van Genesis
Thema
12–23 Abraham en Sara
24–28:9 Isaak en Rebekka
28:10–36 Jakob met Lea en Rachel
37–50 Jozef en zijn broers

In het Nieuwe Testament worden alleen Abraham en David aartsvader genoemd, namelijk in Hebreeën 7:9 (Abraham) en Handelingen 2:29 (David).

In bredere zin wordt de term wel gebruikt voor alle stamvaders van Adam tot en met Abraham.