Donkere rookkorst
| Donkere rookkorst | |||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| |||||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
| Soort | |||||||||||||||
| Catillaria chalybeia (Borrer) A. Massal. (1852) | |||||||||||||||
Afbeeldingen op  Wikimedia Commons
| |||||||||||||||
Donkere rookkorst op  Wikispecies
| |||||||||||||||
| |||||||||||||||
De donkere rookkorst (Catillaria chalybeia) is een korstmos die behoort tot de familie Catillariaceae die voorkomt op stenen. Hij komt voor op zuur gesteente, zoals baksteen, leisteen en graniet en is veel te vinden op muren, monumenten en begraafplaatsen. Hij leeft in symbiose met een chlorococcoïde alg. Begeleidende soorten zijn o.a. Lecidella scabra, Scoliciosporum umbrinum en Rhizocarpon reductum.
Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]
Het is een donkergrijze, korstvormige soort met kleine donkergrijze apotheciën met een zwartgrijze rand. Het thallus is klein en dun. Het oppervlak is grijs, groenachtig of grijszwart van kleur. Het heeft de volgende kenmerkende kleurreacties: K-, C-, KC-, P-. Het prothallus is meestal onduidelijk of afwezig. De apotheciën zijn meestal talrijk aanwezig en meten 0,2-0,5 in diameter.
De asci zijn (40-)45-60(-70) µm lang en bevatten acht sporen. De ascosporen zijn hyaliene, 1-septaat, langwerpig-eivormig tot langwerpig-ellipsoïde, de uiteinden afgerond tot puntig. De sporenmaat is 8-12 × 3-5 µm. De pycnidiën zijn ingezonken. Pycnosporen zijn rond of ellipsoïde en meten 50 × 80 µm of 100 µm in diameter.
Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]
De donkere rookkorst komt veel voor in Europa, Noord-Afrika, Zuid-Amerika en Noord-Amerika. In Nederland komt hij vrij algemeen voor. Hij is niet bedreigd en staat niet op de rode lijst.
| Bronnen, noten en/of referenties |