Naar inhoud springen

Die Linke

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Die Linke
Logo
Personen
Partijleider Ines Schwerdtner en Jan van Aken
Zetels
Bondsdag
28 / 736
Regionale parlementen
79 / 1.893
Duitse afvaardiging Europees Parlement
3 / 96
Geschiedenis
Opgericht 16 juni 2007
Afsplitsing(en) BSW (2023)
Algemene gegevens
Actief in Duitsland
Hoofdkantoor Karl-Liebknecht-Haus
Kl. Alexanderstraße 28
D-10178 Berlijn
Aantal leden 54.214 (2022)
Richting Links tot extreemlinks
Ideologie Democratisch socialisme
Kleuren Donkerrood
Europese fractie Linkse Fractie
Europese organisatie Europees Links
https://www.die-linke.de/
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Die Linke (Nederlands: Links) is een Duitse democratisch-socialistische politieke partij, die in 2007 werd opgericht uit een fusie tussen Die Linkspartei (eerder PDS) en WASG. De partij plaatst zichzelf aan de linkerkant van de gevestigde partijen en is vooral populair in de oostelijke deelstaten van Duitsland.

Die Linke zijn sinds 2023 met 28 van de 736 zetels vertegenwoordigd in de Bondsdag. Het voorzitterschap van de partij wordt sinds 2024 gedeeld door Ines Schwerdtner en Jan van Aken. Naar eigen opgave hebben Die Linke 54.214 leden (peildatum 31 december 2022).[1]

Internationaal behoren Die Linke tot de Europese Linkse Partij en maken ze deel uit van de Linkse Fractie in het Europees Parlement.

Op grond van vermeende extremistische opvattingen stond de partij enkele jaren deels onder toezicht van het Bundesamt für Verfassungsschutz.

Voorgeschiedenis (PDS)

[bewerken | brontekst bewerken]

Kort na de val van de Berlijnse Muur verloor de Oost-Duitse communistische partij - de Sozialistische Einheitspartei Deutschlands - 95 procent van haar leden. Zij vormde zich om tot de Partei des Demokratischen Sozialismus (PDS). De PDS behaalde in maart 1990 16,3 procent van de stemmen bij de eerste vrije verkiezingen in Oost-Duitsland, toen nog net de DDR.

Na de hereniging met West-Duitsland behaalde de PDS telkens zetels in de Bondsdag, daarbij geholpen door het feit dat de kiesdrempel van 5% sinds de Duitse hereniging niet meer nationaal, maar ook regionaal bepaald werd. Een grote overwinning behaalde zij in 1998, toen 36 zetels en 5,1 procent van de stemmen werd behaald. Vier jaar daarna werd echter een dieptepunt bereikt, toen de PDS bij de Bondsdagverkiezingen van 2002 maar 2 zetels overhield. De partij ging daarom een gematigdere koers varen en benoemde Lothar Bisky (opnieuw) als voorzitter. Daarna begon de partij weer te groeien en bouwde vooral een basis op in het voormalige Oost-Duitsland. In West-Duitsland bleef de partij klein, zowel bij verkiezingsuitslagen als in ledenaantal. Voor de verkiezingen van 2005 ging zij daarom een lijstverbinding aan met Arbeit & soziale Gerechtigkeit - Die Wahlalternative (WASG). Dit was een nieuw gevormde partij die vooral bestond uit ontevreden leden van de SPD, vakbondsleden en verschillende links-radicalen. In het kader van de samenwerking werd de naam van de partij veranderd in Die Linkspartei (ook wel aangeduid als Die Linke.PDS).

In de aanloop naar de verkiezingen voegde oud-SPD-leider Oskar Lafontaine zich bij Die Linkspartei, waarna hij samen met partijkopstuk Gregor Gysi als aanvoerder werd aangewezen. Gealarmeerd door de populariteit van de partij in de peilingen begonnen de gevestigde politici Die Linkspartei aan te vallen: ze schilderden hen af als “linkse populisten” en beschuldigden hen ervan te flirten met neonazistemmers. Om deze laatste beschuldiging te onderbouwen, werd vaak verwezen naar een uitspraak van Lafontaine vroeg in de campagne, die buitenlandse arbeiders met een term uit de nazitijd (Fremdarbeiter) omschreef als een bedreiging. Uiteindelijk behaalde de partij 53 zetels (8,7 procent van de stemmen) en werd daarmee de vierde partij van Duitsland.

Overzicht van het percentage van tweede stemmen dat Die Linke ontving tijdens de verkiezingen voor de Bondsdag in 2009. De meeste stemmen werden behaald in de districten in de nieuwe Duitse deelstaten en in mindere mate ook in het Saarland.

De succesjaren van Die Linke

[bewerken | brontekst bewerken]

Die Linkspartei en WASG fuseerden op 27 maart 2007 en gingen verder onder de naam Die Linke. De nieuwe partij won snel aan populariteit in het westen van Duitsland door zetels te winnen in de parlementen van Bremen, Hessen en Hamburg. In 2009 behaalde zij tevens 8 zetels en 7,5 procent van de stemmen voor de verkiezingen in het Europees Parlement. Bij de Bondsdagverkiezingen van 2009 profiteerden Die Linke van de electorale instorting van de SPD en behaalden zij 11,9 procent van de stemmen en 76 zetels, een forse groei in vergelijking met het resultaat van Die Linkspartei vier jaar eerder.[2] In 2013 viel het zetelaantal in de Bondsdag terug naar 64, maar in 2017 steeg het opnieuw naar 69.

Federaal bleven Die Linke een oppositiepartij waarmee een samenwerking bij andere partijen gevoelig ligt. Op deelstaatniveau slaagde de partij er echter wel in om met de SPD, en eventueel aangevuld met Bündnis 90/Die Grünen, regeringsdeelnames af te dwingen. Tot 2011 was de partij vertegenwoordigd in de Senaat van Berlijn en ook in de deelstaten Brandenburg (2009–2019), Thüringen (2014–2024), opnieuw Berlijn (2016–2023), Bremen (sinds 2019) en Mecklenburg-Voor-Pommeren (sinds 2021) regeerde de partij mee. In Thüringen leverden Die Linke met Bodo Ramelow zelfs de minister-president. Bij de Thüringer Landdagverkiezingen van 2019 werden Die Linke voor het eerst de grootste partij.

Bij de Bondsdagverkiezingen van 2021 behaalde de partij 4,9% van de stemmen en bleef zo onder de kiesdrempel van 5% die nodig is voor zitting in de Bondsdag. De partij behaalde echter minstens drie directe mandaten in de kiesdistricten en in dat geval vervalt de kiesdrempel. Die Linke kregen 39 van de 736 zetels toebedeeld.

Afsplitsing door de BSW

[bewerken | brontekst bewerken]
Sahra Wagenknecht

Vanaf 2022 begonnen binnen Die Linke steeds meer meningsverschillen te ontstaan. Het progressieve standpunt ten aanzien van migratie werd door verschillende leden ter discussie gesteld, net als de partijlijn rond de Russische invasie van Oekraïne (de partij legde de verantwoordelijkheid van deze oorlog weliswaar bij Rusland, maar stemde tegen Duitse wapenleveringen aan Oekraïne). In oktober 2023 kondigde Sahra Wagenknecht aan per direct met nog negen parlementariërs uit de Bondsdagfractie van Die Linke te stappen en de nieuwe beweging Bündnis Sahra Wagenknecht (BSW) op te richten. Wagenknecht verklaarde een andere, sociaal-conservatieve en nationalistischere koers te willen varen om te concurreren met de extreemrechtse Alternative für Deutschland (AfD). Met deze stap verloren Die Linke cruciale zetels: de partij viel onder de grens van 37 zetels en raakte daarmee haar status als fractie kwijt. De partij vroeg daarop een groepsstatus aan, waarmee een deel van de debatrechten en financiële steun behouden kon worden.[3]

De BSW werd in januari 2024 officieel opgericht en voor Die Linke een geduchte concurrent. Bij deelstaatverkiezingen later dat jaar leden Die Linke forse verliezen, ten gunste van de partij van Wagenknecht. In Thüringen moesten Die Linke hun plaats in de regering na tien jaar afstaan aan de BSW en in Brandenburg behaalde de partij zelfs (voor de eerste keer in een Oost-Duitse deelstaat) geen enkele zetel.

Die Linke is democratisch-socialistisch. Er zijn verschillende stromingen binnen de partij, variërend van communistisch tot centrumlinks. De partij had lange tijd geen gedetailleerd verkiezingsprogramma, maar bij de fusie in 2007 was wel een document met de politieke hoofdpunten opgesteld. Het officiële partijprogramma werd in oktober 2011 goedgekeurd. Op financieel-economisch gebied streven Die Linke meer solidariteit en herverdeling van inkomsten na. Dit willen zij doen door arbeiders meer zelfbeschikking te geven, belastingverhogingen voor rijke bedrijven en particulieren, het tegengaan van privatiseren en de introductie van een minimumloon.

De partij is een sterk voorstander van Europese samenwerking. Ook streeft de partij naar een betere democratisering van de Europese instellingen. Daarom is zij ook tegen het Verdrag van Lissabon. Die Linke vindt dat er een sterkere rol in de internationale politiek moet zijn weggelegd voor de Verenigde Naties. Ook hekelt zij elke vorm van militarisme. Zij keerde zich tegen de oorlog in Afghanistan.

  • De partij werd vanaf de oprichting in 2007 vanwege haar programmapunten door de Duitse veiligheidsdienst (Bundesamt für Verfassungsschutz) ingeschaald als extremistisch en in de gaten gehouden. De veiligheidsdienst houdt toezicht op organisaties die een bedreiging vormen voor de vrijheid en democratie (zoals deze zijn vastgelegd in de Duitse grondwet) en brengt hier jaarlijks een rapport over uit. Die Linke stonden zowel op federaal niveau als in verschillende deelstaten onder observatie. Aanleiding hiervoor was het 'stellen van de systeemvraag', de vraag naar eigendoms- en machtsverhoudingen.[4] Vooral het marxistisch-leninistische Communistisch Platform werd genoemd als een mogelijke bedreiging. Sinds 2014 is de observatie van Bondsdagleden door de BfV opgeheven.[5]
  • Voormalig Bondsdaglid Lutz Heilmann was voorheen in dienst van de Stasi. Om bepaalde aspecten rond zijn persoon te verhullen voerde hij in 2008 een kort geding tegen de Duitse chapter van Wikimedia. Door de rechterlijke uitspraak werd de link van de website www.wikipedia.de naar de Duitstalige wikipedia (de.wikipedia.org) gedurende het weekend van 15 en 16 november 2008 tijdelijk verwijderd.

Interne stromingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Die Linke kenmerkt zich door een aantal interne stromingen, meestal platformen of fora genoemd;

  • Communistisch Platform (Kommunistische Plattform, KPF); is oorspronkelijk gevormd als een deel van de PDS. Het is minder kritisch ten aanzien van de Duitse Democratische Republiek dan andere groepen, en het heeft orthodoxe marxistische posities. Een "strategische doelstelling" van het KPF is "een nieuwe socialistische samenleving bouwen, met behulp van de positieve ervaringen van echt socialisme en het leren van fouten".[6] Op mei 2008 had het platform ongeveer 961 leden[7] - ongeveer 1% van alle leden van Die Linke.
  • Antikapitalistisch Links (Antikapitalistische Linke); vertegenwoordigt de leden die kritisch zijn ten aanzien van deelname aan coalitieregeringen. Zij zijn van mening dat regeringsdeelname afhankelijk dient te zijn van een aantal minimumcriteria, waaronder geen privatiseringen, geen betrokkenheid bij oorlogen en geen bezuinigingen op de sociale uitgaven. De groepering wil de partij stevig positioneren tegen elke vorm van het kapitalisme. Prominente vertegenwoordigers van deze groep waren onder meer Sahra Wagenknecht, Tobias Pflüger, Cornelia Hirsch en Ulla Jelpke.
  • Socialistisch Links (Sozialistische Linke)
  • Netzwerk Reformlinke
  • Emanzipatorische Linke
  • Forum demokratischer Sozialismus

Prominente partijleden

[bewerken | brontekst bewerken]
Lothar Bisky

Partijvoorzitters

[bewerken | brontekst bewerken]

Het partijvoorzitterschap van Die Linke wordt gelijktijdig bekleed door een zowel een vertegenwoordiger uit het westen als uit het oosten van Duitsland.

Termijn Partijvoorzitters
2007–2010 Lothar Bisky Oskar Lafontaine
2010–2012 Gesine Lötzsch Klaus Ernst
2012–2021 Katja Kipping Bernd Riexinger
2021–2022 Janine Wissler Susanne Hennig-Wellsow
2022–2024 Martin Schirdewan
sinds 2024 Ines Schwerdtner Jan van Aken

Fractievoorzitters in de Bondsdag

[bewerken | brontekst bewerken]
Gregor Gysi
Termijn Fractievoorzitters
2005–2009 Gregor Gysi Oskar Lafontaine
2009–2015 Gregor Gysi
2015–2019 Dietmar Bartsch Sahra Wagenknecht
2019–2023 Amira Mohamed Ali
sinds 2024 Heidi Reichinnek Sören Pellmann

Ministers-presidenten

[bewerken | brontekst bewerken]

Die Linke leverden eenmaal de minister-president van een deelstaat: tussen 2014 en 2024 leidde Bodo Ramelow de regering van Thüringen.

Verkiezingsuitslagen

[bewerken | brontekst bewerken]

Bondsdagverkiezingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Die Linke behaalden de volgende resultaten bij de verkiezingen voor de Bondsdag:

Jaar Spitzenkandidaten Percentage Zetels Positie na verkiezingen
2009 Gregor Gysi &
Oskar Lafontaine
11,9% 76 / 622 oppositie
2013 8 personen[8] 8,6% 64 / 631 oppositie
2017 Dietmar Bartsch &
Sahra Wagenknecht
9,2% [9] 69 / 709 oppositie
2021 Dietmar Bartsch &
Janine Wissler
4,9% [10] 39 / 736 oppositie
2025 Heidi Reichinnek &
Jan van Aken

Landdagverkiezingen

[bewerken | brontekst bewerken]

In 7 van de 16 Duitse deelstaten zijn Die Linke vertegenwoordigd in het deelstaatparlement (in de meeste gevallen de Landdag genoemd). Bij de meest recente deelstaatverkiezingen behaalde de partij de volgende resultaten:

Deelstaat Jaar Percentage Zetels Positie na verkiezingen
Vlag van de Duitse deelstaat Baden-Württemberg Baden-Württemberg 2021 3,6% 0 / 154 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Beieren Beieren 2023 1,5% 0 / 203 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Berlijn Berlijn 2023 12,2% 22 / 159 oppositie
Vlag van de Duitse deelstaat Brandenburg Brandenburg 2024 3,0% 0 / 88 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Vrije Hanzestad Bremen Bremen 2023 10,9% 10 / 87 coalitieregering (met SPD en B'90/Grüne)
Vlag van de Vrije Hanzestad Hamburg Hamburg 2020 9,1% 13 / 123 oppositie
Vlag van de Duitse deelstaat Hessen Hessen 2023 3,1% 0 / 133 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Mecklenburg-Voor-Pommeren Mecklenburg-Voor-Pommeren 2021 9,9% 9 / 79 coalitieregering (met SPD)
Vlag van de Duitse deelstaat Nedersaksen Nedersaksen 2022 2,7% 0 / 146 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen Noordrijn-Westfalen 2022 2,1% 0 / 195 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Rijnland-Palts Rijnland-Palts 2021 2,5% 0 / 101 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Saarland Saarland 2022 2,6% 0 / 51 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Saksen Saksen 2024 4,5% 6 / 120 oppositie
Vlag van de Duitse deelstaat Saksen-Anhalt Saksen-Anhalt 2021 11,0% 12 / 97 oppositie
Vlag van de Duitse deelstaat Sleeswijk-Holstein Sleeswijk-Holstein 2022 1,7% 0 / 69 niet vertegenwoordigd
Vlag van de Duitse deelstaat Thüringen Thüringen 2024 13,1% 12 / 88 oppositie

Europese verkiezingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Die Linke behaalden de volgende resultaten bij de verkiezingen voor het Europees Parlement:

Jaar Percentage Zetels
2009 7,5% 8 / 99
2014 7,4% 7 / 96
2019 5,5% 5 / 96
2024 2,7% 3 / 96

Die Linke in Europa

[bewerken | brontekst bewerken]

Op Europees niveau behoren Die Linke tot de partij Europees Links. De volgende Linke-politici dienden als partijvoorzitter van Europees Links:

In het Europees Parlement maken Die Linke deel uit van de Linkse Fractie. De volgende Linke-politici dienden als fractievoorzitters:

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Die Linke van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.