Essenzwam

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lenzites warnieri
Essenzwam
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota (Basidiomyceten)
Klasse:Agaricomycetes
Orde:Polyporales
Familie:Polyporaceae
Geslacht:Vanderbylia
Soort
Vanderbylia fraxinea
(Bull.) Ryvarden (1973 [1])
hoefijzerig gevormd vruchtlichaam
hymenofoor
Synoniemen

Perenniporia fraxinea

Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De essenzwam (Vanderbylia fraxinea) is een schimmel behorend tot de familie Polyporaceae. Hij ontwikkelt zich vooral onderaan levende Essen (Fraxinus) en in mindere mate ook andere op loofbomen.[2]

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Uiterlijke kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

Vruchtlichaam

Het vruchtlichaam is meerjarig en groeit vaak met meerdere exemplaren bij elkaar. Een enkel vruchtlichaam heeft een hoefvorm, 6 tot 20 cm breed en tot 10 cm dik. Het is consolevormig met een zeer brede zijkant aan de boom gegroeid. Soms wordt het bedekt met uitstekende delen van de plant. De zwam wordt meestal in groepen gevonden, ze zijn dan gerangschikt in een halfcirkelvormig patroon. Het bovenoppervlak is ongelijk, golvend, knobbelig en aanvankelijk licht fluweelachtig, daarna glad. Het is crème tot oker van kleur, oudere exemplaren worden donkerder en donkerder en variëren in kleur van bruin tot zwart. De scherpe of ronde rand, licht golvend en lichter; geeloranje bij jonge exemplaren, donkerder bij oudere.

Trama

Het vruchtvlees (trama) is stevig kurkachtig, bleekbruin van kleur met grijsgele buisjeslagen.

Buisjes

Buisjes van 6 mm lang, vormen vele lagen, gescheiden door lagen vlees. Ze hebben kleine, ronde of hoekige poriën. Er zijn er 3 tot 5 van per 1 mm. De hymenofoor in droge toestand is crèmekleurig met een roze tint, en wanneer ingedrukt of beschadigd, wordt hij violetbruin.

Geur

De geur is onaangenaam.

Sporenprint

De sporenprint is wit.

Microscopische kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De sporen zijn dikwandig, glad, ovaal tot rondachtig met een moeilijk zichtbare kiempore, voorzien van een grote oliedruppel en meten 6,5-9 × 7-8,5 µm[3].

Ecologie[bewerken | brontekst bewerken]

De essenzwam voor in lanen, parken en bossen op kleigrond en voedselrijk zand op loofhout voor doorgaans nog levende bomen. Het vaakst komt hij voor op es, maar hij is ook bekend van eik, beuk, populier, notelaar, iep, wilg, robinia, paardenkastanje, berk, vlier, plataan, hulst, kers en valse christusdoorn.[3] De parasitair levende zwam veroorzaakt intense witrot van hout. Hij dringt de boom binnen via wonden en tast uiteindelijk het wortelstelsel van de boom aan, waardoor deze omvalt. Nadat de boom sterft, blijft de zwam saprotroof aanwezig. De levensduur van het vruchtlichaam is van twee tot zeven jaar.

Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]

De essenzwam komt voor in Noord-Amerika, Europa, Australië en sommige regio's van Azië (Taiwan en Japan). Op het noordelijk halfrond is hij vrijwel overal zeldzaam. Waarnemingen komen nog het meest voor in Europa.

In Nederland en België is hij matig algemeen. In 1996 werd de zwam op de Rode Lijst nog vermeld als ernstig bedreigd. Op de Rode Lijst van 2008 komt hij niet meer voor.