Gebruiker:El Eline/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is het persoonlijke kladblok van El Eline.
Een kladblok is een subpagina van iemands gebruikerspagina. Het dient als testruimte voor de gebruiker en om nieuwe artikelen of langere toevoegingen aan bestaande pagina's voor te bereiden.

Let op: je kladblok opslaan gaat met de knop 'publiceren'. De pagina wordt daarmee nog niet in de openbare encyclopedie geplaatst en blijft een kladpagina. De kladblokpagina is wel zichtbaar (voor iedereen die wat meer van Wikipedia) en mag dus geen onoorbare dingen te bevatten.

Het is, ook in een kladblok, uitdrukkelijk niet toegestaan om zonder toestemming auteursrechtelijk beschermd materiaal van derden te publiceren.
Enkele handige links: Spiekbriefje | Snelcursus

Andere testplaatsen: De algemene zandbak | De probeerpagina van de snelcursus | De sjabloonzandbak

'Den Bougie', kaarsenfabriek de Roubaix-Oedenkoven[bewerken | brontekst bewerken]

Henri Oedenkoven, oprichter van 'Den Bougie'
Advertentie kaarsen Den Bougie uit 1951, bron http://krugerpleinpeperbus.blogspot.com/2011/08/bougies-de-la-cour.html

In 1853 richtte Henri Oedenkoven de kaarsenfabriek de Roubaix-Oedenkoven op. De fabriek bevond zich in Borgerhout en werd in de volksmond 'Den Bougie' genoemd.

Korte geschiedenis van Borgerhout[bewerken | brontekst bewerken]

In de Middeleeuwen werd 'Borgerholt' voor het eerst vermeld. Het hoorde toen bij Deurne. Later werd dit 'Borgerhout-Deurne', maar Borgerhout richtte zich economisch meer op Antwerpen dan op Deurne. Tot circa 1800 was het een landelijk gehucht. Anderzijds telde het door zijn ligging aan een belangrijke uitvalsweg - de huidige Turnhoutsebaan - talrijke handelaars, voornamelijk herbergiers en beenhouwers. Behalve de Turnhoutsebaan waren er nog enkele grote straten zoals de Helmstraat, Lammekensstraat en Kattenberg, de Kroonstraat en Blijde Inkomststraat (voorheen Molenstraat) en enkele kleinere landwegen. Voorts bestond het grondgebied uit weiden en cultuurgronden, zoals het Laar noordwaarts en garenblekerijen, onder meer het Borgerhoutse veld, zuidwaarts van de Turnhoutsebaan. Tot slot waren er nog de gronden van het Hof Ter Loo en een heidegebied. In 1836 vormde de Potvliet of Vuilbeek de westelijke grens met Antwerpen. De Herentalsevaart, de huidige Plantin Moretuslei vormde de zuidelijke grens met Berchem en de Grote Schijn de oostelijke grens met Deurne.

Borgerhout ontwikkelde zich na de scheiding met Deurne tot een dicht bebouwde nijverheidsgemeente. De talrijke bedrijven waren voornamelijk in de oude wijken gevestigd, zo ook de kaarsenfabriek “Den Bougie”.

Henri Oedenkoven en Adolphe de Roubaix[bewerken | brontekst bewerken]

Henri Oedenkoven, Henricus Gaspar Oedenkoven (°1823-1871) was burgemeester van Borgerhout van 1865 tot 1871. Hij was een industrieel en liberaal. In 1853 richtte hij de kaarsenfabriek op samen met zijn schoonbroer Adolphe de Roubaix. De familie De Roubaix was hofleverancier van Leopold II en had grote belangen in Congo-Vrijstaat. Beiden zijn op het Schoonselhof begraven. In 1860 stichtte Henri Oedenkoven nog een zeepfabriek en later ook nog een fabriek van solferstekjes. (lucifers)

Ligging van de kaarsenfabriek[bewerken | brontekst bewerken]

De waskaarsenfabriek bevond zich in de Bleekhofstraat. Daarnaast stroomde de Herentalse Vaart die vers drinkwater aanvoerde. In 1927 werd de vaart overwelfd. Het tracé staat nu bekend als de Plantin-Moretuslei. Iets verderop bevindt zich nog steeds de Oedenkovenstraat.

collectie Frank Cavens, artikel uit Den Borgerhoutenaar van 1996
‘©FelixArchief, Stadsarchief Antwerpen’ #10816
De verwoeste gebouwen van Den Bougie, de kaarsenfabriek De Roubaix - Oedenkoven aan de Bleekhofstraat. Voordien Bougie de la Couronne Cie ‘©FelixArchief, Stadsarchief Antwerpen’ #10816

Geschiedenis van Den Bougie[bewerken | brontekst bewerken]

'Den Bougie' maakte luxekaarsen en was zelfs hofleverancier. Er werkten vijftienhonderd arbeiders, waaronder een driehondertal vrouwen. Behalve kaarsen werden ook eetbare olie, margarines, rauwe plantaardige olie en chemische producten geproduceerd. Het viel in de categorie van zware (chemische) industrie en had prijzen op diverse wereldtentoonstellingen gewonnen. In de 20e eeuw fuseerde de fabriek met de Brusselse Bougies de la Cour.

Geuroverlast[bewerken | brontekst bewerken]

Den Bougie in 1967, verwoest door de brand
‘©FelixArchief, Stadsarchief Antwerpen’ #10814

Het afval van de fabriek werd geloosd in de Vuilbeek, wat grote overlast veroorzaakte voor de omwonenden. Georges Eekhoud beschrijft dit in zijn roman 'La Nouvelle Carthague' uit 1893. “de stank van de gracht die langs het immense fabrieksterrein liep. Daar werden de vette bezinksels en giftige zuren geloosd die bij de raffinage van het kaarsvet vrijkwamen.[1]" Ook Stafke Fabri zong in 'Zolank geleje'[2], over "Den Bougie, dat stinkfabriek, waar ze zieke longen kregen…"

Och, ’t is niets; ’t is Den Bougie!” is ook een geijkte uitdrukking geworden in het Antwerps idioom. Dit antwoordde men op de vraag of er niet ergens iets in brand stond.

Cholera[bewerken | brontekst bewerken]

In de omgeving van Den Bougie was er niet alleen geuroverlast en vervuiling. Ook cholera maakte slachtoffers in de kroostrijke families die in kleine kamers samenhokten. In 1868 werd het Sint-Erasmusgasthuis in de Fonteinstraat opgericht. Het was het modernste ziekenhuis van zijn tijd. Vijfentwintig jaar later werden hier de gewonden van de opstand aan ‘Den Bougie’ verzorgd. In 1944 werd het ziekenhuis heropgebouwd op zijn huidige locatie buiten de muren.

Branden[bewerken | brontekst bewerken]

In 1894 stond 'Den Bougie' voor het eerst, letterlijk, in brand. Door een tweede brand in 1934 werd de fabriek grotendeels verwoest. Er kwamen ook drie brandweermannen om het leven. Maar in 1956 brandde ze volledig af. Van de drie Antwerpse brandweerkazernes werden alle brandweerlieden en al het materiaal ingezet om de kaarsenfabriek en de omliggende woningen van de vlammen te redden. Ook de elektriciteit in de buurt werd afgesloten, waardoor men kaarsen (al dan niet van 'Den Bougie') moest gebruiken als verlichting. De laatste brand betekende ook het einde van de fabriek in Borgerhout. De firma verhuisde naar Oelegem.

Sociale geschiedenis van 'den Bougie'[bewerken | brontekst bewerken]

In 1970 verscheen het boekje "1893, de doden van Borgerhout" bij uitgeverij De Sikkel.

De kaarsenfabriek heeft een belangrijke rol gespeeld in de strijd voor het algemeen stemrecht. In die tijd bestond nog het cijnskiesrecht, waardoor slechts twee procent van de maatschappij kon stemmen. Er was ook nog geen sociale wetgeving. In 1880 was er geen enkele wet die de arbeiders beschermde.

De BWP, de Belgische Werklieden Partij, een verenigde socialistische partij die opkwam voor het belang van de arbeiders, maakte van het algemeen enkelvoudig stemrecht haar grootste strijdpunt.

Omdat de Kamer der Volksvertegenwoordigers in Brussel niet akkoord ging met de hervorming van de kieswetgeving riep de BWP op 18 april 1893 de allereerste algemene staking uit. Een kwart miljoen mensen in heel België legden het werk neer. Ook in Antwerpen. Gazet van Antwerpen berichtte over "oproerkraaiers" en "roode schuimers".

In Het Verhaal Van Vlaanderen , aflevering nummer 8, vertelt Tom Waes wat er gebeurde bij Den Bougie.

Bij de kaarsenfabriek liep de staking uit de hand. Boze arbeiders hadden zich voor de poorten verzameld. Dat leidde tot zenuwachtigheid en paniek bij de ordediensten. De burgemeester, Lodewijk Frans Moorkens, beschikte maar over enkele gendarmes en ook pompiers moesten mee komen helpen. Toen de burgemeester een steen tegen zijn hoofd kreeg, openden de ordediensten in paniek het vuur op de betogers. Er vielen vier doden aan de fabriekspoorten: Gustavus Hereygers, Josephus Van Diependael, Philippus Bosiers en Benedictus Van de Ven. Even later werd, nabij het huidige districtshuis van Borgerhout een vijfde betoger, Cornelius Biscop, neergeschoten. Dit was ongezien in Vlaanderen, en heel het land was in diepe rauw.

De volgende dag stond er in Brussel een stemming over het cijnskiesrecht gepland. Volgens de notulen was de stemming in het parlement beladen. Uiteindelijk werd om zeven uur 's avonds gestemd: 119 van de 145 parlementsleden stemden voor de afschaffing van het cijnskiesrecht. 14 stemden tegen, 12 onthielden zich.

Op 19 april 1893, een dag na het dodelijke incident aan Den Bougie, werd het cijnskiesrecht afgeschaft. Vanaf dan was er algemeen stemrecht voor mannen. Het was een meervoudig stemrecht, wat betekende dat wie meer belastingen betaalde, ook meer te zeggen had. Een rijke man had zo drie stemmen, een arme maar een. De eis voor stemrecht voor vrouwen hadden de socialisten moeten laten vallen. Het zal nog tot 1948 duren, 50 jaar later dus, voor vrouwen ook stemrecht kregen.

De slachtoffers van het bloedbad op 18 april 1893 kregen een monument op het Schoonselhof. (aan de ingang van perk Z1) De Obelisk vertelt het volgende verhaal: "zij gaven hun leven in de strijd voor recht en vrijheid en werden geëerd met kransen en zo zullen zij eeuwig verder blijven leven".

Egypte en Den Bougie[bewerken | brontekst bewerken]

In 2009 heeft een onderzoeksteam in een Egyptisch graf een stukje verpakking van Den Bougie gevonden.

Het was het graf van de plaatselijke gouverneur Djehutynakht. Hij leefde tijdens het einde van de 11e dynastie of de vroege 12e dynastie (21e-20e eeuw v. Chr.). Alhoewel het graf al bezoek had gehad van rovers, werden nog honderden artefacten gevonden. Voorwerpen die de gouverneur nodig zou hebben gehad in het hiernamaals: stokken en speren, vazen met een soort bier, replica’s van schepen…”

In 2009 werd het graf onderzocht door een team uit Leuven, onder leiding van Marleen De Meyer en professor Harco Willems. Met de modernste technische middelen hoopten ze zo nog een aantal geheimen bloot te leggen. Hun aandacht werd getrokken door een papiertje met het woord ANVERS op. Na enig speurwerk vonden ze dat het om een verpakking van kaarsen ging.

Door een samenwerking tussen het Mas en zijn kleine broertje, het Volksmuseum van Deurne, konden ze het mysterie ontrafelen. Het museum hoopt dat nog iemand zo'n verpakking in zijn bezit heeft.

Fotogalerij[bewerken | brontekst bewerken]

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

http://krugerpleinpeperbus.blogspot.com/2009/05/den-bougie.htm

http://www.gusto-graeser.info/Sprache%20Niederlaendisch/HetWitteLotosblad.html

https://linxplus.be/wp-content/uploads/2020/08/LINX_DEN_BOUGIE.pdf

foto's van Marc Spruyt, auteur van 'Reisgids Borgerhout'

https://antwerps.wursten.be/den-bougie/

https://www.bbtkantwerpen.be/nl/ant/bougie

https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/11191/teksten

https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20230220_97088409

https://www.oleon.com/milestones/1835

https://felixarchief.antwerpen.be/

https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/het-verhaal-van-vlaanderen/1/het-verhaal-van-vlaanderen-s1a8/?ndl=true

  1. Eekhoud, Georges, La Nouvelle Carthague.
  2. Fabri, Stafke, Zolank geleje.