Gebruiker:Trijnstel/Kladblok/Zwemsport in Nederland

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Titel: Geschiedenis van de zwemsport in Nederland of Zwemsport in Nederland

In de 19e eeuw werd de zwemsport in Nederland geprofessionaliseerd. De eerste Nederlandse zwemvereniging werd in 1870 opgericht en datzelfde jaar werd de eerste georganiseerde wedstrijd gezwommen. In eerste instantie werd de zwemsport alleen door mannen beoefend. In 1884 vond de eerste wedstrijd voor vrouwen plaats en de eerste vrouwenzwemvereniging werd in 1886 opgericht. De in 1888 opgerichte Nederlandse Zwembond sloot zich in 1909 aan bij de Fédération Internationale de Natation.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Dertigjarig jubileum Amsterdamse zwemvereniging het IJ in juli 1922
Het olympisch zwemstadion van 1928
Het Nederlandse damesestafetteteam (1934)
Nationale zwemkampioenschappen 1943
Ada Kok bij de EK 1966
  • Beginnen bij begin met oprichting zwemverenigingen in 19e eeuw;
  • Oprichting KNZB in 1888 en aansluiting bij FINA in 1909;
  • Eerste olympische deelnemers in 1900, eerste vrouwelijke olympische zwemster in 1920;
  • Gesorteerd naar decennium (vanaf jaren twintig tot nu waarschijnlijk)

1870-1900: Oprichting zwemverenigingen[bewerken | brontekst bewerken]

...

1900-1920: Mannen gaan internationaal[bewerken | brontekst bewerken]

...

1920-1940: Vooroorlogse successen[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf de jaren twintig van de 20e eeuw deden de Nederlandse vrouwen goed mee met de wereldtop. Toen de dertienjarige Rie Beisenherz werd afgewezen voor lidmaatschap van de Hollandsche Dames Zwemclub, besloot zij met vijf andere meisjes haar eigen zwemclub te beginnen. Van daaruit ontstond de Amsterdamsche Dames Zwemclub. Beisenherz nam in 1920 als eerste zwemster namens Nederland deel aan de Olympische Spelen. Vanaf 1922 zwom Rie Vierdag Nederlandse records op diverse afstanden vrije slag. Naast de mannelijke afvaardiging namen er vier Nederlandse zwemsters (Vierdag, Truus Klapwijk, Marie Baron en Ada Bolten) deel aan de Olympische Spelen van 1924. Baron, zesvoudig Nederlands kampioene (1924-1927), werd gediskwalificeerd in de series van de 200 meter schoolslag, vanwege het niet met twee handen aantikken bij het keerpunt.

Bij de tweede Europese kampioenschappen zwemmen in 1927 wonnen de Nederlandse dames drie gouden en twee zilveren medailles. Nederland organiseerde in 1928 de Olympische Spelen en zou in het olympisch zwemstadion door zes zwemmers en negen zwemsters vertegenwoordigd worden. Willy den Turk, vanwege eerdere prestaties een kanshebster voor een olympische zwemmedaille, kon vanwege een verwonding aan haar voet echter niet in actie komen. De zeventienjarige Marie Braun werd met haar gouden medaille op de 100 meter rugslag de eerste Nederlandse olympisch kampioene op een zwemdiscipline. Braun won ook zilver op de 400 meter vrije slag op de Spelen van 1928, net als Marie Baron die zilver won op de 200 meter schoolslag. Bij de EK 1931 was het wederom Braun die driemaal goud veroverde, waarvan een keer als onderdeel van het estafetteteam. De dertienjarige Willy den Ouden won ook goud op de 4x100 meter estafette en behaalde tevens een individuele zilveren medaille. Jenny Kastein won EK-zilver op de 200 meter schoolslag. Vanwege financiële problemen van het Nationaal Olympisch Comité kon Kastein, die in april 1932 haar eerste wereldrecord zwom, echter niet naar de Olympische Spelen in Los Angeles gestuurd worden.

Vijf zwemsters, onder wie Marie Braun, maakten wel de bootreis naar Los Angeles. Braun, die vijfentwintig Nederlandse records en zes wereldrecords op haar naam zette, werd kort voor de semi-finale van de 400 meter vrije slag vanwege een insectenbeet opgenomen in het ziekenhuis. Uit solidariteit trok vervolgens Puck Oversloot zich ook terug. Braun geloofde zelf overigens dat zij opzettelijk verwond was. Het estafetteteam won zilver, evenals Willy den Ouden die zilver behaalde op de 100 meter vrije slag. De successen werden voortgezet bij de EK 1934 met vier gouden, twee zilveren en een bronzen medaille. De vijftienjarige Rie Mastenbroek was daar verantwoordelijk voor driemaal goud en eenmaal zilver. Veertien zwemmers, vier mannen en tien vrouwen, vertegenwoordigden Nederland op de Olympische Zomerspelen 1936. Mastenbroek won in Berlijn een recordaantal van drie gouden medailles (waarvan een met het estafetteteam) en een zilveren medaille. Daarnaast veroverde Nida Senff goud op de 100 meter rugslag. De Nederlandse heren begonnen pas bij de EK zwemmen 1938 medailles te winnen. Kees Hoving won goud op de 100 meter vrije slag en Stans Scheffer gedeeld brons op de 100 meter rugslag. Het waterpoloteam won ook brons. Naast een zilveren medaille voor het damesestafetteteam waren er in 1938 individuele medailles voor Cor Kint (goud), Rie van Veen (zilver en brons), Iet van Feggelen (zilver) en Jopie Waalberg (brons). De Tweede Wereldoorlog belette verdere successen.

1945-1970: Nieuwe generatie zwemmers[bewerken | brontekst bewerken]

In de oorlogsjaren werden alle internationale zwemtoernooien afgelast, maar de Nederlandse kampioenschappen zwemmen gingen wel door. Een van de nieuwe talenten die daar opdoken was Nel van Vliet. Op zeventienjarige leeftijd won Van Vliet in 1943 de nationale titel op de 200 meter schoolslag. Tussen 1946 en 1949 zwom zij achttien wereldrecords. Bij de eerste naoorlogse EK zwemmen in Monte Carlo behaalde Nel van Vliet als enige Nederlandse een gouden medaille. Het damesestafetteteam won zilver en verder waren er individuele medailles voor Hannie Termeulen (zilver) en Iet van Feggelen (brons). Vanwege de rol van Duitsland in de oorlog waren de Duitse sporters in Londen niet welkom voor de Olympische Zomerspelen 1948. Wederom was de enige gouden medaille voor Van Vliet en daarnaast waren er twee bronzen medailles voor het estafetteteam en voor Marie-Louise Vaessen. Het herenwaterpoloteam won ook brons. Het Nederlandse team veroverde drie gouden (Irma Schuhmacher, Ria van der Horst en de damesestafette), drie zilveren (Vaessen, Schuhmacher en Lies Bonnier) en twee bronzen medailles (Greetje Galliard en Jannie de Groot) bij de EK 1950. De in Nederland geboren goudenmedaillewinnares Raymonda Vergauwen deed dankzij haar Belgische paspoort voor België mee. De waterpoloërs wonnen goud; Kees Kievit en Joris Tjebbes veroverden respectievelijk zilver en brons.

1970-1990: Oost-Duitse dominantie[bewerken | brontekst bewerken]

...

1990-heden: Andere zwemdisciplines[bewerken | brontekst bewerken]

...

Disciplines[bewerken | brontekst bewerken]

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Swimming in the Netherlands van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

Vergelijk het met Geschiedenis van het voetbal en Voetbal in Nederland.

[[Categorie:Zwemmen in Nederland]] [[Categorie:Sportgeschiedenis]]