Gevoord landvorkje

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Gevoord landvorkje
Gevoord landvorkje
Taxonomische indeling
Rijk:Viridiplantae
Onderrijk:Embryophyta
Stam:Marchantiophyta (Levermossen)
Orde:Ricciales
Familie:Ricciaceae
Geslacht:Riccia
Soort
Riccia bifurca
Hoffm. (1795)
Gevoord landvorkje op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Het gevoord landvorkje (Riccia bifurca) is een levermos behorend tot de watervorkjesmosfamilie (Ricciaceae). Het komt voor op lemig of fijn zand.

Ecologie[bewerken | brontekst bewerken]

De soort is een pionier op vochthoudende tot vochtige, lichte tot halfbeschaduwde, zwak zure tot basische, voedselrijke standplaatsen; het meest op zandig-lemige en zandig-kleiïge bodem van sloot- en greppelkanten, op droogvallende oevers van vijvers en plassen, ook op open plekken en paden in bos en in voertuigsporen, voorts op braakliggende akkers en op kuilvoerhopen, in moestuinen, plantsoenen en parken.

Anders dan diverse andere landvorkjes komt het gevoord landvorkje ook in basische milieus als kalkgraslanden en uiterwaarden voor. Het heeft veel gemeen met het dik landvorkje (Riccia beyrichiana), maar dit mos onderscheidt zich echter van het gevoord landvorkje door de veel grotere sporen.

Voorkomen[bewerken | brontekst bewerken]

In Nederland komt de soort zeldzaam voor. Het is niet bedreigd en staat niet op de rode lijst. Op de arme zandgronden (Veluwe, Drenthe) is de soort vrijwel afwezig. Het relatief grote aantal stippen in de Achterhoek is waarschijnlijk vooral een inventarisatie-effect. Het gevoord landvorkje heeft in Nederland vrijwel hetzelfde verspreidingsbeeld als het dik landvorkje.