Grijze wortelkorst
| Grijze wortelkorst | |||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| |||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
| Soort | |||||||||||||
| Psilolechia clavulifer (Nyl.) Coppins (1983 [1]) | |||||||||||||
| Synoniemen | |||||||||||||
|
Micarea clavulifera | |||||||||||||
Grijze wortelkorst op  Wikispecies
| |||||||||||||
| |||||||||||||
De grijze wortelkorst (Psilolechia clavulifera) is een korstmos behorend tot de familie Psilolechiaceae. Hij komt voor op steen en op de grond. Hij leeft in symbiose met de alg Stichococcus.[2]
Determinatie[bewerken | brontekst bewerken]
Het thallus vormt kleine, korrelige plekken (korrels 14-33 x 1,0-14 µm) die soms samenkomen en een oppervlak hebben dat varieert van wit tot bleekgroenig grijs. De apotheciën, kleine structuren op het oppervlak, zijn vaak aanwezig en hebben een diameter van 0,1-0,3 mm. Ze zijn bolvormig tot knobbelig en hebben donkerbruine tot blauwzwarte schijven, soms omringd door een wit randje. De ascosporen zijn klein en traanvormig, 1-cellig (zelden 1-septaat) en meten 4-7 × 1,2-2,0 µm.
Het heeft de volgende kenmerkende kleurreacties:[3]
- thallus: K-, P-, KC-, C-, P-, UV-.
- epithecium: K+ (groenig)
- hymenium: I+ (blauw)
- hypothecium (groenige delen): N+ (paars-rood)
- asci (apicale ring): K/I+ bleek blauw
De anamorf komt frequent voor. Het thallusoppervlak vaak met verspreide conidiogene cellen 7-12 × 1-2 µm, ± cilindrisch (geen pycnidiën waargenomen); conidiën: 7-15 x 2-2,3 µm, min of meer langwerpig.[4]
Verspreiding[bewerken | brontekst bewerken]
De grijze wortelkorst komt voor in Europa, Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland.[5] In Nederland komt de grijze wortelkorst zeer zeldzaam voor. Hij staat niet op de rode lijst en is niet bedreigd.[2]
| Bronnen, noten en/of referenties |