Johnson & Johnson
| Johnson & Johnson | ||||
|---|---|---|---|---|
| ||||
| ||||
Hoofdkantoor JNJ in New Brunswick
| ||||
| Beurs | NYSE: JNJ | |||
| Oprichting | 1886 | |||
| Eigenaar | The Vanguard Group, BlackRock, State Street Corporation | |||
| Sleutelfiguren | Robert, James en Edward Johnson (oprichters) Alex Gorsky (CEO) | |||
| Land |  Verenigde Staten
| |||
| Hoofdkantoor | New Brunswick, Verenigde Staten | |||
| Werknemers | 133.200 (31 december 2019) 
| |||
| Industrie | farmaceutische industrie, fast-moving consumer goods | |||
| Omzet/jaar | $ 74,3 miljard (2014) | |||
| Winst/jaar | $ 16,4 miljard (2014) | |||
| Marktkapitalisatie | 430.880.000.000 US$ (23 juni 2021)
| |||
| Website | (en) Johnson & Johnson | |||
| ||||
Johnson & Johnson (NYSE: JNJ) is een wereldwijd Amerikaans bedrijf dat actief is in de farmaceutische industrie, medische- en consumenten producten.
Geschiedenis
JNJ werd opgericht in 1886 door drie broers: Robert Wood Johnson, James Wood Johnson en Edward Mead Johnson. Het eerste product was een verbandmiddel met een bacteriedodend middel. Het bedrijf kreeg in 1944 een notering op de New York Stock Exchange en maakt, onder andere, deel uit van de Dow Jones Industrial Average aandelenindex.
In 1961 kocht JNJ het Belgische bedrijf Janssen Pharmaceutica. In 1999 nam het Centocor over, nu Janssen Biotech, een belangrijke speler op het vlak van monoklonale antistof technologie. In 2006 volgde de overname van de consumentendivisie van Pfizer.[1] JNJ betaalde ruim vier maal de jaaromzet, namelijk $16,6 miljard voor activiteiten die in 2005 een omzet behaalden van $3,9 miljard.
In oktober 2010 bracht JNJ een bod uit op het Nederlandse bedrijf Crucell.[2] JNJ had al 18% van de aandelen Crucell in handen en bood in totaal 1,75 miljard euro voor de resterende 82% van de aandelen.[2] De transactie werd in februari 2011 afgerond. JNJ was vooral geïnteresseerd in de vaccins tegen ziekten zoals hepatitis, griep, tyfus en cholera.[2] Vaccins zijn aantrekkelijk voor de farmaceutische industrie, omdat de verkoop sneller stijgt dan de verkopen van receptplichtige geneesmiddelen en ze minder worden geconfronteerd met concurrentie van generieke geneesmiddelen. Vanaf oktober 2014 is Crucell opgegaan in Janssen Pharmaceutica.
Activiteiten
JNJ heeft drie verschillende divisies: farmacie, medische producten en consumentenproducten. Farmacie is het grootse bedrijfsonderdeel en was in 2014 goed voor 43% van de omzet en het kleinste onderdeel was de consumenten afdeling met een vijfde van de omzet.[3] Per jaar geeft het bedrijf zo'n 11,5% van de omzet uit aan R&D.[3] Vanaf 2008 wordt meer dan de helft van de totale omzet buiten de Verenigde Staten gerealiseerd.[3] Het bedrijf telde in 2014 126.500 medewerkers.
Enkele bekende consumenten-merken van JNJ zijn:
- OB (tampons)
- Listerine (mondspoeling)
- Nicorette (nicotinepleisters en dergelijke)
- Compeed (pleisters)
- RoC (gezichtscrème)
- Acuvue (contactlenzen)
Daarnaast verhandelt het bedrijf ook de antilichamen Remicade, Stelara, Simponi, Reopro voor mensen net herstellende van een hartinfarct, hechtmaterialen onder de naam EthiconEndo, protheses onder de merknaam DePuy en producten voor endoscopische chirurgie onder de verzamelnaam EthiconEndo Surgery.
Het hoofdkantoor staat al sinds de oprichting in in New Brunswick, New Jersey. Johnson & Johnson heeft meer dan 200 dochterondernemingen, waaronder het Belgische Janssen Pharmaceutica. Andere, in Nederland actieve dochterondernemingen, zijn onder andere Crucell, Janssen Biologics (voorheen Centocor) en Mentor Medical Systems in Leiden, JnJ Medical in Amersfoort, JnJ consumer in Almere en tot 2008 Cordis in Roden.
Controverses
- Op 4 november 2013 trof het bedrijf een schikking met het Amerikaanse ministerie van Justitie ten bedrage van 2,2 miljard dollar. Dit vanwege het aanprijzen van receptmedicijnen buiten de geregistreerde indicatie(s).[4] Verder zou sprake zijn van betalingen van smeergeld aan artsen en het bedrijf komt onder verscherpt toezicht om herhaling van deze misstanden te voorkomen.
- In augustus 2019 werd JNJ veroordeeld tot een boete van 572 miljoen dollar te betalen aan de Amerikaanse staat Oklahoma.[5] JNJ heeft volgens de rechter bijgedragen aan de 'opiatencrisis' door in de marketing opzettelijk de verslavende gevolgen van zijn pijnstillers te bagatelliseren. De aanklager had US$ 17 miljard geëist. JNJ heeft aangekondigd in hoger beroep te gaan.
- Op 8 oktober 2019 liep de firma tegen een juryboete op van 8 miljard dollar vanwege ongeoorloofd promoten van het geneesmiddel Risperdal. Jonge jongens kregen borstvorming als bijwerking.[6]
Externe links
Bronnen, noten en/of referenties
|