Tethart Haag

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Tethart Haag
Zelfportret, Rijksprentenkabinet, Amsterdam
Persoonsgegevens
Volledige naam Tethart Philipp Christian Haag
Geboren Kassel, 22 mei 1737
Overleden Den Haag, 3 augustus 1812[1]
Geboorteland Hessen-Kassel
Beroep(en) kunstschilder, hofschilder, conservator, museumdirecteur, directeur Haagsche Teekenacademie
Signatuur Signatuur
Oriënterende gegevens
Leermeester Johan David Christian Haag
Leerling(en) Carel Bentfort
Johan Cornelis Braams
Johannes Sonnenberg
Johannes Vermazen
Jaren actief 1747 - 1812
Bekende werken Wilhelmina van Pruisen te paard, in de mannelijke positie (1789)
RKD-profiel
Portaal  Portaalicoon   Kunst & Cultuur

Tethart Philipp Christian Haag (Kassel, 22 mei 1737Den Haag, 3 augustus 1812) was hofschilder van Willem V van Oranje-Nassau en bestuurder van culturele instellingen in Den Haag.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Jeugd[bewerken | brontekst bewerken]

De Haagsche Teekenacademie in 1751 door Jan van Gool

Tethart Haag was de zoon van Johann David Christian Haag,[2] afkomstig uit het Landgraafschap Hessen-Kassel, die hem in 1747 meenam naar Nederland toen hij daar aan het werk ging als hofschilder verbonden aan het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden. Toen prins Willem IV in 1747 tot erfstadhouder was verheven en naar Den Haag vertrok, verhuisden vader en zoon Haag met hem mee. Tethart werd door zijn vader onderricht in de schilderkunst en in 1756 werd hij als leerling ingeschreven bij het Haagse kunstschildersgenootschap de Confrerie Pictura, waar hij in 1760 werd geregistreerd als portret- en paardenschilder.

Hofschilder[bewerken | brontekst bewerken]

In 1760 volgde Tethart Haag zijn overleden vader op als hofschilder bij stadhouder prins Willem V. In die hoedanigheid maakte hij in 1763-1764 een inventaris van de schilderijen van het stadhouderlijk hof.[3] Van Haag zijn naast schilderijen voor de stadhouder diverse werken bekend waarop afgebeeld staan: stalinterieurs en rijscholen, portretten van paarden al dan niet met berijder en portretten van voorname personen, vaak afgebeeld te paard. Een opmerkelijk werk van Haag is zijn schilderij van Wilhelmina van Pruisen te paard. In tegenstelling tot wat gebruikelijk was, heeft hij haar afgebeeld niet zittend als amazone, met de beide benen aan één zijde, maar in de mannelijke positie, die voor koningen en keizers gebruikelijk was.[4] Tethart Haag gaf ook schilderles aan de prinses.[5] Daarnaast maakte hij tekeningen naar schilderijen van beroemde meesters, waaronder De stier van Paulus Potter. Ook was Haag werkzaam als graveur en etser.

Galerij Prins Willem V[bewerken | brontekst bewerken]

Galerij Prins Willem V, waar Tethart Haag als directeur de dienstwoning op de eerste etage betrok

Haag, hofschilder van prins Willem V, was tevens conservator van de omvangrijke schilderijencollectie van de stadhouder. Als diens belangrijkste kunstadviseur, was Haag dan ook nauw betrokken bij de stichting in 1774 van een Stadhouderlijk Kabinet van Schilderijen, aan het Buitenhof te Den Haag. Voortvloeiend uit deze functie werd hij tevens de eerste directeur en conservator van dit eerste openbare museum van Nederland, welk later bekend zou komen te staan onder de naam Galerij Prins Willem V. Zijn salaris als directeur bedroeg 'slechts' 200 gulden in 1783; wel had hij de beschikking over een dienstwoning, gelegen op de eerste etage van de schilderijengalerij aan het Buitenhof.

Bestuurder van culturele instellingen[bewerken | brontekst bewerken]

Naast zijn werkzaamheden voor het stadhouderlijk hof en als kunstenaar, bekleedde Haag diverse functies bij culturele instellingen in Den Haag. Hij was hoofdman (sinds 1762) van het Haagse kunstschildersgilde Confrerie Pictura en in 1788 werd hij er benoemd als deken. Daarnaast was hij directeur van de Haagsche Teekenacademie.

Nalatenschap[bewerken | brontekst bewerken]

Tethart Haag stierf in 1812 als ongehuwd man. Op het stadhuis werd in de overlijdensakte aangetekend: "Célibataire fils de David Christiaan Haag et Sophia Elizabeth Wetzell (...)". Na zijn overlijden liet Haag een aanzienlijke verzameling schilderijen, prenten en tekeningen na, vervaardigd door hemzelf en door andere kunstenaars. Overeenkomstig zijn eigen laatste wens werd de collectie op 21 december 1812 verkocht in de zogenoemde confrèriekamer van Pictura in de Boterwaag aan de Prinsegracht in Den Haag.

Vernoemingen[bewerken | brontekst bewerken]

Er is een straat vernoemd naar Terthart Haag:

  • Tethart Haagstraat in Alkmaar, sinds 1964

Galerie van werken van Tethart Haag[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links/bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Tethart Philipp Christian Haag van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.