Concordia (Commewijne)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Concordia (Commewijne)
de oogst van rietstengels
Land Suriname
Waterlichamen Commewijne
Produceert Suikerriet
Beschreven op www.surinameplantages.com
Kaart

Concordia is een voormalige suikerplantage aan de Commewijne in de kolonie Suriname.

Locatie[bewerken | brontekst bewerken]

De plantage was gelegen aan de Boven-Commewijne links in het opvaren; grenzend stroomopwaarts aan koffieplantage Rustenburg, stroomafwaarts aan plantage Malebatrum.

In 1737 was Concordia 852 Surinaamse akkers groot, ongeveer 366 hectare. In 1827 bedroeg het suikerrietareaal nog 702 akkers.

Eigendomssituaties[bewerken | brontekst bewerken]

(naar jaar)

  • 1737: Corn. De Bruin
  • 1770: Erven C. de Bruyn
  • 1793: G.F. Hoff, gebroeders des Loges
  • 1819: S. en S.H. de la Parra
  • 1827: S. en boedel S.H. de la Parra
  • 1863: Mesquita de la Parra Co, te Paramaribo

Emancipatie[bewerken | brontekst bewerken]

Bij de afschaffing van de slavernij in Suriname in 1863 werden op plantage Concordia aan de Commewijne 103 slaven vrijgemaakt, waarbij 25 nieuwe familienamen werden geboekstaafd, te weten:

Acron, Agrius, Albergen, Aroma, Barak, Betis, Butos, Calor, Cinna, Doricus, Goedborst, Legio, Lero, Marica, Mus, Naarden, Nygaarde, Remus, Rijnsberg, Stena, Tavo, Tidal, Tros, Tubero en Ijngard.

Op 9 april 1869 werd hypotheek gelegd op de plantage.[1] In 1870 werd de plantage verkocht bij gerechtelijke uitwinning.[2] In 1895 was de grond verlaten.

Zie ook de plantages[bewerken | brontekst bewerken]