Lijst van grietmannen van Kollumerland en Nieuwkruisland

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Dit is een lijst van grietmannen van de voormalige Nederlandse grietenij Kollumerland en Nieuwkruisland in de provincie Friesland tot de invoering van de gemeentewet in 1851. De grietenij bestond eerder uit twee grietenijen: Kollumerland en het tussen 1529 en 1542 ingepolderde Nieuwkruisland.[1] Beiden werden vanaf 1558 door dezelfde grietman bestuurd.

Ambtsperiode Naam grietman Leven Bijzonderheden
1500 - 1501 Schelte van Scheltinga †1516/1517 Was getrouwd met Kinsck Tjaerda en noemde zich ook wel Schelte Tjaerda. Grietman van Kollumerland. Tevens van Achtkarspelen en Dantumadeel. Vermeld in 1501, niet meer in 1503. Was eveneens raadsheer aan het Hof van Friesland.
1503 NN Sleeswijgk (Schleswigk), schrijver van Kollum en grietman van Kollumerland
1510 - 1515 Sippe van Meckema †1519 Grietman van Kollumerland. Zijn grootvader, Worp Tjaerda van Starkenborgh, was een neef van Kinsck Tjaerda, de vrouw van Schelte Scheltinga.
1515 - 1518 Gaycke van Broersma †<1528 Grietman van Kollumerland.
ca. 1518 - 1523 Hendrick de Wente Grietman van Kollumerland.
1523 - 1536 Ballinck van Phaesma Grietman van Kollumerland.
1536 - 1555 Sebastiaan van Schonenburg †1558 Grietman van Kollumerland. Zijn zoon Maarten zou later grietman van Dantumadeel worden. Conflict met abt van Jeruzalem over de jurisdictie over Burum.
1556 - 1557 Joost van Hardenbroek 1510-1557 Grietman van Kollumerland. Afkomstig van kasteel Hardenbroek. Aangesteld door Karel V. Was getrouwd met Lucia, dochter van Sebastiaan van Schonenburg.
1557 - 1558 Lieuwe van Jelgersma †1581 Provisioneel grietman. Tevens grietman van Achtkarspelen.
1558 - 1569 Claes Clant †1570 Eerste grietman van Kollumerland en Nieuwkruisland. Eerder grietman van Nieuwkruisland. Zoon van Lubbert Clant, burgemeester van Groningen. Hij bewoonde de Clantstate te Augsbuurt.
1569 - 1575 Sierck van Donia †1575 Zoon van Sierck van Donia, grietman van Hennaarderadeel en schoonzoon van luitenant-stadhouder Zeger van Groesbeek.
1575 Lieuwe van Jelgersma †1581 Provisioneel grietman van 24 september 1575 tot 21 oktober 1575. Tevens grietman van Achtkarspelen.
1575 - 1578 Rienck van Dekema 1547-1618 Zoon van Pieter van Dekema, grietman van Baarderadeel. Ook hopman onder Caspar de Robles. Hij was getrouwd met Maximiliana, een dochter van Jan van Ligne. Afgezet.
1578 - 1582 Sicke Clant †1582 Zoon van Claes Clant. Bewoonde eveneens de Clantstate te Augsbuurt.
1582 - 1584 Epe van Bootsma †1609 Zijn broer Sierck was getrouwd met Syts Phaesma, dochter van Ballink Phaesma. Zijn zuster Geel was getrouwd met Frans Huyghis, secretaris onder Sicke van Clant.
1584 - 1587 Jelger van Feytsma †1620 Aansluitend grietman van het Bildt.
1587 - 1599 Sippe van Meckema †1599 Kleinzoon van de zus van voorgaande Sippe van Meckema. Zijn zoon Hessel trouwde met His van Feytsma, een zuster van Jelger van Feytsma.
1599 - 1600 Feycke van Herbranda †1619 Provisioneel grietman van 30 november 1599 tot 23 januari 1600. Tevens grietman van Achtkarspelen.
1600 - 1626 Bocke van Feytsma †1626 Zoon van Jelger van Feytsma. Hij stichtte de Feitsmastate ten noorden van Kollum.
1627 Tjerk Boelens 1582-1651 Provisioneel grietman. Tevens grietman van Achtkarspelen.
1627 - 1639 Hayo van Rinia †1639 Eerder dijkgraaf van Kollumerland. Getrouwd met Maycke Huyghis, dochter van Frans Huyghis en Geel Bootsma.
1639 - 1652 Ritscke van Eysinga 1603-1652 Zijn zuster Lisck was getrouwd met Hessel van Meckema, kleinzoon van Scipio van Meckema. Zijn zwager was Ruurd van Feytsma, zoon van Bocke van Feytsma.
1653 - 1666 Feye van Scheltema †1666 Was getrouwd met Luts van Aylva. Zij hertrouwde met Epe van Aylva. Was zowel verwant aan de vrouw van Bocko van Feytsma als Sicke en Claes Clant.
1667 - 1712 Epe van Aylva 1650-1720 Driftig man. In 1681 tijdelijk geschorst en in die periode vervangen door Isaäc de Schepper, grietman van Achtkarspelen. Deed in 1712 afstand van het ambt ten gunste van zijn zoon.
1712 - 1725 Douwe Feyo van Aylva 1675-1725 Zoon van Epe van Aylva.
1725 - 1730 Gajus van Scheltinga 1682-1730 Zijn grootvader, Gajus Botnia van Broersma, was ontvanger onder Feye van Scheltema.
1730 - 1743 Willem Aemilius van Unia 1692-1754 Zoon van Douwe Carel van Unia, grietman van Tietjerksteradeel. Zijn eerste vrouw was verwant aan Douwe Feyo van Aylva en Epe van Aylva. Later schoonzoon van Tjalling Homme van Camstra, grietman van Idaarderadeel.
1743 - 1775 Willem Hendrik van Heemstra 1696-1775 De schoonmoeder van Willem Hendrik, Aurelia Catharina van Scheltinga, was een nicht van Gajus van Scheltinga en kleindochter van Gajus Botnia van Broersma. Ook Cornelis van Scheltinga dong mee naar dit ambt. De dochter van Cornelis, Lucia Catharina, trouwde met Hector Livius, een zoon van Willem Hendrik.
1775 - 1795 mr. Martinus van Scheltinga 1744-1820 Laatste voor de opsplitsing. Cornelis van Scheltinga kreeg het grietmanschap opnieuw aangeboden maar stond het af ten gunste van zijn zoon Martinus.
1795 - 1816 - - Geen grietmannen wegens de Franse Tijd. Opheffing, onderdeel van gewest, centraal bestuurd. In 1801 van een van de drostambten. Vanaf 1805 komt Daniël de Blocq van Haersma voor als landdrost over Kollumerland, Achtkarspelen en Dantumadeel. In 1806 combinatie van Kollumerland en Dantumadeel als baljuwage onder baljuw Petrus Adrianus Bergsma. In 1810 opdeling in gemeenten Kollum, Burum en Westergeest/Oudwoude met in 1813 aan het hoofd maires: Bote Fokke Eskes (Kollum), Enne Euwes (Burum) en Willem Hendrik van Heemstra (Westergeest/Oudwoude).
1816 - 1818 dr. Frans Julius Johan van Scheltinga 1749-1831 Broer van Martinus van Scheltinga.
1818 - 1826 jhr. Willem Hendrik van Heemstra 1779-1826 Neef van Martinus en Frans Julius Johan van Scheltinga; in 1826 werd hij erkend als baron.
1827 - 1849 Louis Gaspard Adrien graaf van Limburg Stirum 1802-1884 Schoonzoon van Martinus van Scheltinga.
1850 - 1851 mr. Age Tjepke Ruurd Sixma baron van Heemstra 1801-1862 Neef van Willem Hendrik van Heemstra. Eerder grietman van Barradeel. Werd de eerste burgemeester van Kollumerland en Nieuwkruisland.
Na de invoering van de gemeentewet in 1851 had Kollumerland en Nieuwkruisland niet langer grietmannen, maar burgemeesters; zie hiervoor de lijst van burgemeesters van Kollumerland en Nieuwkruisland.