Nomos (Egypte)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Sepaoet
in hiërogliefen
N24
t Z1
De nomen van Egypte

Een nome (Grieks: Nomoi) is de Griekse benaming voor de traditionele 42 districten in het oude Egypte: 20 in Neder-Egypte en 22 in Opper-Egypte. Deze traditionele districten of provincies werden door de Oude-Egyptenaren Sepaoet (of Sepaut) genoemd, naar een meervoudsvorm van het woord Sp3t of Sepat wat wordt vertaald als "district".[1]

De nome[bewerken | brontekst bewerken]

Een nome is een samengesteld teken, het bestaat uit drie Egyptische hiërogliefen (van beneden naar boven):

  • Het teken voor district (Sepat)[1]
  • Een godenstandaard (Iat)[2]
  • Het teken van de god of een reeks tekens

Ontstaan[bewerken | brontekst bewerken]

De Oryx-nome

De indeling van Egypte in nomen gebeurde al in de Proto-dynastieke Periode toen Egypte nog niet verenigd was. Egypte was een lappendeken van stadstaten en deze bevochten elkaar. Om de staten van elkaar te onderscheiden voerden ze hun eigen embleem: dat kon een god zijn of een aantal hiërogliefen. Na de eenwording van Egypte onder Narmer, Hor-Aha of Menes bleven de genoemde stadstaten bestaan als districten of nomes met een provinciehoofdstad. In het Oude Rijk zijn diverse beelden terug gevonden van een koning (Chafra en Sahoere) naast een man of vrouw met het symbool op diens hoofd. In Faraonisch Egypte bleef het aantal steeds gelijk aan 42 districten, een aantal keer werd dit uitgebreid of ingeperkt.

De indeling in traditionele districten werd gehandhaafd in de Griekse tijd en in Romeinse tijd. Sommige nomen werden toegevoegd of herbenoemd tijdens de Grieks-Romeinse tijd.[3] Bijvoorbeeld: de Ptolemaeën hernoemde de Crocodilopolis nome naar Arsinoë. Hadrianus voegde een nieuwe nome toe: Antinoöpolis waarin Antinoöpolis de hoofdstad was.

De nomarch[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook Nomarch

Elk district of nome werd bestuurd door een nomarch. De term komt uit het Grieks wat wordt vertaald als "Heerser van de nomos". In het Oude Rijk werd de nomarch Heri-tep-aa-sepat (De grootste diener van de Nome) genoemd[4] in het Nieuwe Rijk: Hatia (Heerser van de Nomos).[5]

De positie van de nomarch was per tijd verschillend. Sommigen werden door de farao aangesteld, anderen benoemden hun zoon tot opvolger. Aanvankelijk kan worden gezegd dat hoe sterker de macht van de farao des te zwakker was de nomarch. In de tijden dat de farao weinig macht had, heersten de nomarchen als prinsen en benoemden zich als farao.

Nomos in de Oud-Egyptische kunst[bewerken | brontekst bewerken]

De Egyptische nomen werden ook afgebeeld in de kunst: op Egyptische tempel, op beelden naast de farao en op wanden van graven. Vaak werd de nomos afgebeeld als mannen of vrouwen met een godenstandaard op hun hoofd met het teken van het district. Op inscripties van diverse tempels worden de nomos afgebeeld als mannen of vrouwen met een dikke buik en borsten gelijk aan de god Hapi, vaak brengen ze offers aan de goden. De godin Imentet of Amentet is de verpersoonlijking van het district Oeaset oftewel de steden Karnak en Luxor, zij is te zien in het graf van Nefertari.

Enkele voorbeelden:

Overzicht[bewerken | brontekst bewerken]

Tijdens de Griekse en Romeinse tijd werden Egyptische plaatsen vaak aangeduid met een Griekse naam zoals Hierakonpolis oftewel heilige-valken-stad. Deze namen zijn later weer vertaald in het Koptisch en vervolgens in de moderne naam van de stad.

Sommige Egyptische steden hebben wel een Egyptische en een moderne naam, maar geen klassieke naam, dit zijn steden die verlaten zijn in de oudheid, maar nog aanwezig zijn als ruïne of archeologische site. Sommige Egyptische steden hebben een voorvoegsel Per of Hoet hier kan men concluderen dat in de stad een tempel stond van de godheid.

Neder-Egypte[bewerken | brontekst bewerken]

In Neder-Egypte begon de nomen in het centrum van Memphis tot naar de Middellandse Zee. De nummering (zie ook afbeelding) was versnipperd rondom de eilandjes. Ze worden globaal vanaf rechts geteld naar links in de Nijldelta.

Nr. Teken Egyptische naam Griekse naam Moderne naam Goden
1
Ineb-Hedj
Witte muren
Men-nefer of Anch-Tawi Memphis Mit Rahina Ptah, Sokaris en Apis
2
Chepesj
Voorpoot
Chem Letopolis Ausim Horus en Cherty
3
Imenet
Westen
Imoe Kom el-Hisn Hathor
4
Sapi-Resj
Zuidelijke schild
Djechaper Naucratis El-Gaïef Neith
5
Sapi-meh
Noordelijk schild
Djaoe Saïs Sa el-Hagar Neith
6
Chaset
Bergstier
Chasoe Xois Sakha Ra
7
Oea-imenet
Westelijke harpoen
Metelis Metilis Tell el-Nigili? Horus
8
Oea-iaabet
Oostelijke harpoen
Per-Atoem Pithom Tell el-Maskhuta Atoem
9
Ati
Andjeti
Djedoe Busiris Abu Sir Bana Osiris, Andjeti
10
Ka-chem
Zwarte stier
Hoetherib Athribis Tell Atrib Horus
11
Ka-heseb
Heseb-stier
Taremoe Leontopolis Tell el-Moqdam Sjoe, Tefnoet en Miysis
12
Tjeb-ka
Kalf en stier
Tjebennetjer Sebennytos Samanud Onoeris
13
Heka-at
Voorspoedende scepter
Ioenoe Heliopolis Matariya Atoem, Ioesaas en Mnevis
14
Chent-iaabet
Voorste van het oosten
Tjaroe Sile Tell Abu Safa Seth
15
Djehoet
Ibis
Per-Thoth-Oeprehoei Hermopolis Parva El-Baqliya Thoth
16
Cha
Vis
Djedet Mendes Tell el-Ruba Banebdjedet, Hatmehyt
17
Semabehdet
Troon
Semabehdet Diospolis Parva Tell el-Balamun Horus
18
Am-chent
Prins van het zuiden
Per-Bastet Bubastis Tell Basta Bastet
19
Am-Pehoe
Prins van het noorden
Djanet Tanis San el-Hagar Wadjet
20
Sopdoe
Gepluimde valk
Per-Sobdoe Soped Saft el-Henna Sopdet

Opper-Egypte[bewerken | brontekst bewerken]

Waar bij Neder-Egypte de grens ligt bij Memphis eindigt de Opper-Egyptische telling. Deze begint vanaf de grens met het voormalige Koesj, de vroegere grensmarkering van het land. De nomen gaan door naar Neder-Egypte langs El-Armarna naar de Faioum en eindigt bij het centrum van Memphis.

Nr. Teken Egyptische naam Griekse naam Moderne naam Goden
1
Ta-seti
Land van de Boog
Aboe Elephantine Aswan Chnoem, Satet, Anoeket, Horus de Oudere, Sobek
2
Oetjes-Hor
Troon van Horus
Djeba Apollinopolis Magna Edfu Horus
3
Nechen
Schrijn
Nechen Hierakonpolis El Kab Horus, Nechbet, Chnoem, Neith
4
Oeaset
Scepter
Oeaset Thebe Karnak Amon, Moet, Chons, Montoe, Buchis, Sobek
5
Heroei
De twee valken
Gebtioe Koptos Qift Min, Seth
6
Iqer
De krokodil
Ioenet/Tantere Tentyra Dendera Hathor
7
Sesjesj
Sistrum
Hoet-sechem Diospolis Parva Hu Bat
8
Ta-Wer
Groot land
Ta-wer Thinites Girga Osiris, Chentiamentioe, Onuris
9
Min
Min
Chentmin Panopolis Achmim Min
10
Wadjet
Cobra
Tjeboe Antaeopolis Qaw el-Kebir Seth, Miysis, Nemty
11
Set
Seth
Sjasjotep Hypselis Shutb Seth
12
Du-ef-
Berg van de adder
Abutig Nemty
13
Atef-chent
Opper-vijgenboom en adder
Saoeti Lycopolis Assioet Wepwawet, Anubis
14
Atef-pehoe
Neder-vijgenboom en adder
Kes Cusae el-Kusiya Hathor
15
Oenet
Haas
Chemenoe of Chmoen Hermopolis Magna el-Ashmunein Thoth, Ogdoade van Hermopolis, Aton
16
Meh-hedj
Oryx
Heroer Hur Pachet, Chnoem
17
Inepoe
Jakhals
Hardai Cynopolis El-Kays Anubis
18
Nemty
Nemty
Tajoe-Djajet Ankyronpolis El-Hiba Nemty
19
Oeab
Twee scepters
Per-Medjed Oxyrhynchus El-Bahnasa Seth
20
Atef-chent
Zuidelijke vijgenboom
Henen-nesoet Heracleopolis Magna Ehnasije el-Madine Herisjef
21
Atef-pehoe
Noordelijke vijgenboom
Sjedit Crocodilopolis of Arsinoë El-Fajoem Chnoem, Sobek, Seneferoe
22
Maten
Mes
Tephihoe Aphroditopolis Atfih Hathor

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]