Connector (elektrotechniek)
Een connector, afhankelijk van het type ook wel stekker (uit het Duits: Stecker) of soms steker genoemd, of contrastekker, maakt het mogelijk een elektrische verbinding te maken die ook weer eenvoudig losgenomen kan worden. Het kan gaan om het leveren van stroom, een of meer signalen, of beide. Afhankelijk van de toepassing bestaan er verschillende connectoren.
Een stekker of connector kan worden ingeplugd in een contactdoos, maar ook in een contrastekker. Als een stekkerdeel aan of in apparatuur is gebouwd, noemt men dit een chassisdeel.
Soorten connectoren
- Adapterpluggen
- Banaanstekkers
- BNC-connectors voor coaxverbindingen
- D-subminiatuur, zoals voor RS-232
- DIN-connectors zoals vroeger gebruikt voor audiosignalen, MIDI en computertoetsenborden
- Ethernet-connectoren zoals 8P8C, vaak incorrect RJ-45 genoemd, en de BNC-connector
- FireWire-connector
- Harting-meervoudige stekkers
- IEC 60309-stekkers
- IEEE-verbindingen
- iPod-connectors
- Jackpluggen
- Luidsprekeraansluitingen
- Modulaire connectors (Registered Jacks), zoals RJ-11, RJ-12 en RJ-45
- Nato stekker
- Perilex
- PH-connectorverbindingen binnenin elektrische apparaten
- PowerCon-stroom
- Push-Pull Connector-voeding
- Scart-connector
- Schuko contactstoppen toegepast in Nederland en Duitsland
- CHAdeMO stekker voor het snelladen van elektrische auto's
- Mennekes stekker is de standaardstekker voor laadpunten voor elektrische auto's
- Speakon versterkt geluid
- SVGA is een aanpassing van D-Sub
- Terko speciaal stekkersysteem voor het lichtnet
- Telefoonstekkers (RJ-11)
- Tulpstekker (RCA)
- USB-connector
- XLR-connectoren en mini-XLR voor gebruik in professionele audioapparatuur
- HDMI-connector voor aansluiting in ongecomprimeerde digitale vorm
Vormgeving
Connectoren worden steeds per paar gebruikt. Meestal heeft het ene deel pennen en het andere holle bussen. Het eerste deel wordt mannelijk of male genoemd, het andere vrouwelijk of female. Deze benamingen zijn misschien ontstaan met een seksuele bijgedachte, maar ze worden desondanks als fatsoenlijk beschouwd.
Bij connectoren voor netvoeding is het vrouwelijke deel spanninggevend en het mannelijke deel spanningontvangend. Hierdoor wordt vermeden dat de onder spanning staande delen worden aangeraakt.
Een mannelijk deel ('contactstop', 'stekker' of 'steker') maakt haast altijd deel uit van een snoer ('verplaatsbare leiding'). De seriële aansluitingen op een computer zijn hierop een uitzondering.
Een vrouwelijk deel kan ook deel uitmaken van een snoer ('koppelcontactstop' of 'contrastekker', of 'tafelcontactdoos') maar kan ook deel uitmaken van een apparaat ('chassisdeel') of in de muur zijn ingebouwd ('wandcontactdoos').
Sommige stekkers zijn voorzien van een vergrendeling om te voorkomen dat de verbinding onbedoeld wordt verbroken.
Nomenclatuur
In de definities van NEN 1010 worden twee bijeenhorende connectoren aangeduid als 'stopcontact'. Een stopcontact bestaat dus uit twee delen: een contactstop ("stekker") en een contactdoos of koppelcontactstop ("contrastekker"). In het algemeen spraakgebruik wordt met een stopcontact echter een contactdoos bedoeld, met name bij netspanning.