Elizabeth den Hartog
Elizabeth den Hartog | ||||
---|---|---|---|---|
Dr. den Hartog tijdens een lezing in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden in 2024
| ||||
Persoonlijke gegevens | ||||
Geboortedatum | 1962 | |||
Geboorteplaats | Goes, Nederland | |||
Wetenschappelijk werk | ||||
Vakgebied | kunstgeschiedenis | |||
Onderzoek | romaanse bouwsculptuur in Maastricht | |||
Overig onderzoek | Maaslandse architectuur; Lotharingse kerkenbouw ca. 1000; gotische bouwsculptuur in Nederland; kastelen en buitenplaatsen in Nederland | |||
Publicaties / Proefschrift | Romanesque Sculpture in Maastricht (2002) | |||
Bekend van | De weg naar het paradijs (tentoonstelling Bonnefantenmuseum, 2003-'04); Kastelenstichting Holland & Zeeland | |||
Instituten | Leiden University Centre for the Arts in Society | |||
|
Elizabeth den Hartog (Goes, 1962) is een Nederlands kunsthistorica, die gespecialiseerd is in middeleeuwse beeldhouwkunst. Ze is in Nederland bekend als kenner bij uitstek van romaanse en gotische bouwsculptuur. Ze publiceerde onder andere over de iconische kapitelen en andere romaanse sculpturen in Maastricht en elders in het Maasland. Den Hartog is bezig een database op te bouwen van gotische bouwsculptuur in Nederland en is betrokken bij een project dat zich richt op de kerkenbouw in Lotharingen omstreeks het jaar 1000. Ze is tevens directeur van de Kastelenstichting Holland en Zeeland.
Biografische schets
[bewerken | brontekst bewerken]Opleiding en loopbaan
[bewerken | brontekst bewerken]Elizabeth den Hartog werd geboren in het Zeeuwse Goes, maar groeide op in Nijmegen. Als dochter van een bioloog wist ze als kind al dat ze wetenschapper wilde worden.[1] In 1979 vertrok ze naar Londen om kunstgeschiedenis te studeren aan het Courtauld Institute of Art van de Universiteit van Londen. Haar interesse ging oorspronkelijk uit naar Franse rococoschilders.[2] Toen ze tijdens haar studie de kathedraal van Canterbury mocht bestuderen, verloor ze naar eigen zeggen haar hart aan de middeleeuwse beeldhouwkunst. In 1988 promoveerde zij aan hetzelfde instituut op een proefschrift getiteld: Twelfth-century architecture and sculpture in the diocese of Liège and the former duchy of Brabant, a formal analysis and a study of the origins, functions and symbolism. In 1992 werkte ze de tekst van haar dissertatie om in wat haar eerste grote publicatie zou worden (zie Bibliografie).
Sinds 1986 is Den Hartog universitair docent aan het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit Leiden, waar ze diverse cursussen verzorgt en masterstudenten en promovendi begeleidt.
Romaanse bouwsculptuur in het Maasland
[bewerken | brontekst bewerken]Vanaf het begin van haar loopbaan hield Den Hartog zich bezig met de romaanse beeldhouwkunst in het Luiks-Limburgse Maasland. Ze trad daarmee in de voetsporen van de indertijd bekende prof. dr. J.J.M. Timmers, die de term Maaslandse kunst populariseerde. De in de jaren 1980 en begin jaren 1990 sterk in de publieke belangstelling staande restauratie van de Sint-Servaaskerk in Maastricht leidde in deze periode tot een stroom van publicaties over deze middeleeuwse kapittelkerk en haar kunstschatten.[noot 1] Ook Elizabeth den Hartog droeg hieraan bij met artikelen over de cenotaaf van Monulfus en Gondulfus, het voormalig gotisch doksaal, het vroeggotisch Bergportaal en de romaanse en gotische kapitelen.[noot 2]
In 1999 ontving Den Hartog een beurs van de Mondriaan Stichting, waardoor ze haar onderzoek naar de romaanse bouwsculptuur in Maastricht kon voortzetten. Ze verrichtte archiefonderzoek en bestudeerde de bouwsculptuur in situ in de beide voormalige kapittelkerken van Maastricht, in het Bonnefantenmuseum en elders in Nederland, België en Duitsland. Het feit dat de kapitelen in het westwerk van de Sint-Servaas en die in de kooromgang van de Onze-Lieve-Vrouwe zich op moeilijk bereikbare plaatsen bevinden, maakte het onderzoek extra zwaar, maar met hulp van ladders, lampen, behulpzame kosters en haar echtgenoot klaarde ze de klus.[2] Met haar gedegen kennis van de romaanse beeldhouwkunst kon Den Hartog verbanden leggen tussen de twaalfde-eeuwse Maaslandse bouwsculptuur en die elders in Europa. Opzienbarend was haar stelling dat het Maastrichtse 'Heimo-atelier', dat tot in Utrecht, Bonn en Eisenach actief was, waarschijnlijk uit Noord-Italiaanse of in Noord-Italië opgeleide steenbeeldhouwers ('steinmetsen') bestond.[5][6] In 2002 verscheen haar uitputtende, 570 pagina's tellende inventarisatie van de romaanse sculptuur in Maastricht: Romanesque sculpture in Maastricht, uitgegeven door het Bonnefantenmuseum.[noot 3] Den Hartog was in deze periode tevens gastconservator bij het Bonnefantenmuseum, waar ze de tentoonstelling De Weg naar het Paradijs (2003-2004) voorbereidde, en waarvoor ze de gelijknamige catalogus schreef.
Den Hartogs interpretatie van de iconografie van de kapitelen in het koor van de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek stuitte in Maastricht op enige kritiek. Met name het verband dat ze trachtte te leggen tussen het vrij negatieve wereldbeeld dat er uit spreekt en het fiasco van de Tweede Kruistocht (1147-1149),[6][8] werd door sommigen beschouwd als een onterechte beschuldiging van pessimisme, en zelfs antisemitisme, aan het adres van de toenmalige opdrachtgevers, het kapittel van Onze-Lieve-Vrouwe.[noot 4]
Gotische bouwsculptuur, Kastelenstichting en andere projecten
[bewerken | brontekst bewerken]In opdracht van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed onderzoekt Den Hartog de gotisch bouwsculptuur (tot 1600) in heel Nederland, met als doel om tot een volledig overzicht te komen. Ze bestudeerde onder andere de bouwsculptuur van de Grote of Sint-Bavokerk in Haarlem, de Pieterskerk in Leiden, de Domkerk in Utrecht, de Maartenskerk in Doorn, de Eusebiuskerk in Arnhem, de Oude Calixtuskerk in Groenlo, de Grote of Sint-Stevenskerk in Nijmegen en de Munsterkerk in Roermond.[10]
Daarnaast bestudeert Den Hartog kastelen en buitenplaatsen in Nederland, door deze in een internationale context te plaatsen. Deze interesse vloeit voort uit haar werk voor de Kastelenstichting Holland en Zeeland, die zich onder andere inzet voor het behoud van de kasteelruïnes van Teylingen en Brederode. Verder houdt Den Hartog zich bezig met de kerkelijke architectuur uit omstreeks 1000 in het gebied van het voormalige hertogdom Lotharingen. Dit project maakt deel uit van de wijdere onderzoeksgroep Francia Media.[11]
Privé
[bewerken | brontekst bewerken]Elizabeth den Hartog woont met haar man in het Zuid-Hollandse Voorhout.[10] Haar vrije tijd besteedt ze voornamelijk aan tuinieren. Naar eigen zeggen is ze dankzij haar twee volkstuinen voor 95% zelfvoorzienend wat betreft groenten en fruit.[1]
Bibliografie (selectie)
[bewerken | brontekst bewerken]Elizabeth den Hartog is auteur van tientallen wetenschappelijke en populair-wetenschappelijke publicaties. Een selectie:[12]
- 1991: 'De cenotaaf van SS. Monulfus en Gondulfus'. In: De Sint Servaas, restauratie-informatiebulletin, pp. 484-487
- 1992: Romanesque Architecture and Sculpture in the Meuse Valley (bewerkte dissertatie)
- 1992: 'Het voormalige gotische koordoksaal in de St.-Servaaskerk te Maastricht'. In: De Sint Servaas, pp. 497-503
- 1992: 'Twee romaanse kapitelen in de oostcrypte van de Sint-Servaaskerk'. In: De Sint Servaas, pp. 524-527
- 1992: 'Twee elfde-eeuwse grafmonumenten in de St.-Servaaskerk te Maastricht'. In: Publications de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg, deel 128, pp. 5-37
- 1994: 'Het maecenaat van Filips van de Elzas en zijn opvolgers. Over de oorsprong van het Ingeborgpsalter en de verbreiding van de Muldenstil'. In: Handelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent, Nieuwe Reeks, Deel XLVIII, pp. 1-101
- 1994: 'Provincie-gotiek of vroeg-gotiek? Een herwaardering van het Bergportaal van de St.-Servaaskerk te Maastricht naar aanleiding van de restauratie van 1992'. In: Bulletin KNOB, pp. 1994-1996
- 1995: 'Het schip der moraal. De kapitelen in schip en zijbeuken van de St. Servaas te Maastricht'. In: De Maasgouw. Tijdschrift voor Limburgse Geschiedenis en Oudheidkunde, nr. 114, pp. 211-236
- 1996: 'Romaans beeldhouwwerk in de Sint-Servaaskerk te Maastricht en de relatie met Noord-Italië'. In: Publications de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg, deel 132, pp. 47-92
- 1996: 'All nature speaks of God. All nature teaches man. The iconography of the twelfth-century capitals in the westwork gallery of the church of St. Servatius in Maastricht'. In: Zeitschrift für Kunstgeschichte, nr. 1, pp. 29-62.
- 1998: 'Bouwen voor prestige, ziel of vrede. De oudste stenen kerken in Holland en hun opdrachtgevers'. In: Approaching Religion, nr. 97 (1), pp. 15-30
- 1999: 'In the midst of the nations... The iconography of the choir capitals in the church of Our Lady in Maastricht'. In: Zeitschrift für Kunstgeschichte, nr. 3 (62), pp. 320-365
- 2002: De oudste kerken in Holland. Van kerstening tot 1300
- 2002: Romanesque Sculpture in Maastricht
- 2003: De weg naar het paradijs. Romaans Maastricht in beeld, tentoonstellingscatalogus Bonnefantenmuseum (Vierkant Maastricht #38)
- 2005: De ruïnes van Teylingen en Brederode verbeeld (met E.J. Bult, R.H.M. van Immerseel & A. Coops, red.)
- 2005: De archeologie van Teylingen en Brederode (met E.J. Bult, R.H.M. van Immerseel & A. Coops, red.)
- 2005: Dieren in en rond de kastelen Teylingen en Brederode
- 2006: 'Vergeten twaalfde-eeuwse sculpturen uit het abdijcomplex Rolduc'. In: Publications de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg, nr. 141, pp. 5-32.
- 2007: 'Prof. Timmers en zijn visie op de Romaanse architectuur en beeldhouwkunst'. In: TimmersWerk. Opstellen over prof. Timmers & de kunst van het Maasland, pp. 94-111
- 2008: Romaanse sculptuur in de abdijkerk van Rolduc
- 2008: 'Over de Romaanse en neo-Romaanse kerk van St.-Odulphus te Borgloon'. In: Publications de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg, nr. 143, pp. 141-184
- 2009: Yolande van Lalaing (1422-1497), kasteelvrouwe van Brederode (met H. Wijsman, red.)
- 2009: Buitenplaatsen in de omgeving van Delft (met R.M. Deuling, red.)
- 2011: 'On the dating of the abbey church of Rolduc (Klosterrath) and its Romanesque Sculpture'. In: Zeitschrift für Kunstgeschichte, nr. 74, pp. 3-28
- 2011: De Pieterskerk in Leiden. Bouwgeschiedenis, inrichting en gedenktekens (met J. Veerman, E. Grasman en D.J. de Vries)
- 2012: 'Savaanstraat & Vrouwebroersstraat: twee valkeniers'. In: Archeologisch onderzoek in Gent, nr. 2 (6), pp. 127-155
- 2012: 'Kapitelen, kraagstenen en sluitstenen. De bouwsculptuur in de St.-Joriskerk te Amersfoort'. In: De St.-Joriskerk in Amersfoort. Een middeleeuwse kerk voor stad en kapittel (K. Emmens, red.), pp. 166-200
- 2012: 'De kromstaf van Ename (Oudenaarde, prov. Oost-Vl.). Een pastoraal gezagssymbool uit de 12de eeuw'. In: Relicta, nr. 9, pp. 91-149
- 2013: De Sint-Eusebiuskerk te Arnhem. Bouwsculptuur en bouwgeschiedenis (met R. Glaudemans)
- 2014: 'Hendrik van Veldeke en de Maaslandse kunst en architectuur van zijn tijd'. In: Hendrik van Veldeke en zijn muziek (H. Baeten, red.), pp. 29-55
- 2015: De bouwsculptuur van de Utrechtse Dom. Een andere kijk op de bouwgeschiedenis, nr. 3
- 2015: 'Das Xantener Westwerk und die Westchorhallen an Maas und Rhein'. In: Die Stiftskirche des heiligen Viktor in Xanten. Geschichte – Architektur – Ausstattung (J. Lieven, red.), pp. 47-77
- 2015: 'Kunst en cultuur van 800 tot in de vroege dertiende eeuw'. In: Limburg. Een geschiedenis. Deel 1. Tot 1500 (P. Tummers e.a., red.), pp. 285-305
- 2016: 'Het ridderideaal als lichtend voorbeeld: de tinnen kandelaar uit Haagsittard'. In: Publications de la Societe Historique et Archeologique dans le Limbourg, nr. 152, pp. 85-147
- 2017: 'In gruzelementen. Resten van een Utrechts sacramentshuis uit de Mariakerk van Diemen'. In: Bulletin KNOB, nr. 116 (1), pp. 1-19
- 2018: Over profeten, wijze en dwaze maagden en de middeleeuwse mens. Een studie naar de verdwenen kerk van Kerkdriel en haar bouwsculptuur (Studies naar bouwsculptuur nr. 4)
- 2018: 'On the Lotharingian copies of the aachen palatine chapel of circa 1000'. In: La Lotharingie en question. Identités, oppositions, intégration / Lotharingische Identitäten im Spannungsfeld zwischen integrativen und partikularen Kräften (M. Margue & H. Pettiau, red.), pp. 391-420
- 2018: '1, 2, 3, 6: Early Gothic Architecture and Perfect Numbers'. In: Proportional Systems in the History of Architecture. A Critical Consideration (M.A. Cohen & M. Delbeke, red.), pp. 161-183
- 2019: Een spoor van vernieling. Het Noord-Nederlandse katholieke kerkinterieur voor, tijdens en na de Beeldenstorm (Zeven Provinciën Reeks no. 38)
- 2019: 'De dynastieke grafkerk: over dertiende-eeuwse klaverbladen met een memoriefunctie in de Lage Landen'. In: Leidschrift. Historisch Tijdschrift, nr. 34 (1), pp. 55-75
- 2020: 'Een hondenbegraafplaats op het kasteel in Gorinchem? Over middeleeuwse honden en hun adellijke eigenaren'. In: “Hier wonen wij! Is het niet prachtig”. Recent onderzoek op het gebied van kastelen en buitenplaatsen (T. Hermans e.a., red.), pp. 95-111
- 2020: 'De bouwvolgorde van de Munsterkerk: een analyse aan de hand van de kapitelen'. In: De Munsterabdij van Roermond. Een ontdekkingstocht door achthonderd jaar geschiedenis van een vrouwenklooster (H. van der Bruggen, E. Caris, L. Wolters, red.), pp. 118-140
Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]- Blogs van Elizabeth den Hartog, op leidenmedievalistsblog.nl
Bronnen, noten en verwijzingen
- Elizabeth den Hartog, profiel op website Universiteit Leiden
- ↑ In korte tijd verschenen o.a. een zeer uitgebreide bouwhistorie door een onderzoeksteam van de Universiteit Utrecht o.l.v. Aart Mekking (3 delen Jaarboek LGOG, 1979-1982), een algemene geschiedenis van de kerk (eveneens van Mekking, 1986), een gedegen monografie over de Noodkist van Sint-Servaas (Renate Kroos, 1985), een dissertatie over de 'Servatiana' (A.M. Koldeweij, 1985), een uitputtende studie over de middeleeuwse textielschat (Annemarie Stauffer, 1991), alsmede tal van artikelen over de kerk en de opgravingen in het tweemaandelijkse, door Sigismund Tagage geredigeerde restauratie-bulletin De Sint Servaas (1982-1992).
- ↑ In een van haar eerste artikelen, over de cenotaaf van Monulfus en Gondulfus, nam de nog jonge Den Hartog stelling tegen de Utrechtse kunsthistoricus prof. J.J.M. Mekking, die van mening was dat de stenen kist onmogelijk elfde-eeuws kon zijn (dit ondanks de vondst in 1988 van het grafkruis van proost Humbertus, dat een vroege datering leek te ondersteunen). Den Hartog toonde in 1991 met tal van voorbeelden aan dat een datering in de elfde eeuw ook uit kunsthistorisch oogpunt mogelijk was.[3][4]
- ↑ Bonnefanten-directeur Alexander van Grevenstein roemde in het voorwoord van Romanesque sculpture in Maastricht Den Hartogs noeste arbeid, die tot geheel nieuwe inzichten heeft geleid: "For the first time, Romanesque sculpture in Maastricht has become the subject of intensive and thorough research. The surprising and entirely new insights gained are here established for future reference in this important work. With the appearance of this standard text on the subject, the Romanesque sculpture in Maastricht, considered unique in the Netherlands, has earned its rightfully important place in the art history of the Meuse and Rhine regions".[7]
- ↑ Zo betoogde de Maastrichtse kerkhistoricus Régis de la Haye dat voor een juist begrip van deze kapitelen kunsthistorische analyse niet voldoende is; onontbeerlijk zijn tevens kennis van theologische disciplines als kerk-, liturgie- en dogmageschiedenis. Impliciet verweet hij Den Hartog daarmee voorbij te gaan aan de – volgens hem – overduidelijke liturgische verwijzingen van de afgebeelde motieven. De la Haye vatte zijn kritiek samen als volgt: "De iconografie van de kooromgang van de Onze Lieve Vrouw van Maastricht verklaren als een boodschap met een negatieve en pessimistische kijk op de wereld na het mislukken van de Tweede Kruistocht is dus een gedachte die iedere grond mist."[9]
- ↑ a b 'Elizabeth den Hartog: ‘Ik heb altijd geweten dat ik de wetenschap in wilde’', op universiteitleiden.nl, 24 januari 2019. Gearchiveerd op 23 november 2021.
- ↑ a b (en) E. den Hartog (2002): Romanesque Sculpture in Maastricht, p. XI (Preface). Bonnefantenmuseum, Maastricht. ISBN 9072251318.
- ↑ A.J.J. Mekking (1988): 'Een cruciale vondst?' In: De Sint Servaas (restauratie-informatie bulletin), pp. 332-334. Stichting Restauratie De Sint Servaas, Maastricht.
- ↑ E. den Hartog (1991): 'De cenotaaf van SS. Monulfus en Gondulfus', in De Sint Servaas (tweemaandelijks restauratie-informatie bulletin), pp. 484-487. Stichting Restauratie De Sint Servaas, Maastricht.
- ↑ E. den Hartog (2003): De weg naar het paradijs. Romaans Maastricht in beeld (tentoonstellingscatalogus Bonnefantenmuseum), pp. 28-33. Vierkant Maastricht #38. Stichting Historische Reeks Maastricht, Maastricht. ISBN 90-5842-015-9.
- ↑ a b 'Heimo blijft geheim', op trouw.nl, 28 juni 2002. Gearchiveerd op 23 november 2021.
- ↑ Den Hartog (2002), op. cit., p. V (Foreword).
- ↑ Den Hartog (2003), op. cit., pp. 144-147.
- ↑ R. de la Haye (2012): 'Locus iste sanctus est... Over het iconografisch programma van de kapitelen van de kooromgang van de Onze Lieve Vrouwekerk van Maastricht', in: Publications (PSHAL #142), pp. 9-47. LGOG, Maastricht. ISSN 0167-6652 (online tekst). Gearchiveerd op 22 november 2021.
- ↑ a b 'Kunsthistorica Elizabeth den Hartog onderzoekt De Oude Calixtus', op groenlosegids.nl, 4 augustus 2021.
- ↑ 'Elizabeth den Hartog | Profiel', op universiteitleiden.nl.
- ↑ 'Elizabeth den Hartog | Publicaties', op universiteitleiden.nl.