Naar inhoud springen

Kaal breukkruid

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Kaal breukkruid
Kaal breukkruid
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Geavanceerde tweezaadlobbigen
Orde:Caryophyllales
Familie:Caryophyllaceae (Anjerfamilie)
Geslacht:Herniaria
Soort
Herniaria glabra
L. (1753)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Kaal breukkruid op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Kaal breukkruid (Herniaria glabra) is een relatief zeldzaam plantje dat behoort tot de anjerfamilie (Caryophyllaceae). Het is een eenjarige, tweejarige of meerjarige kruidachtige plant. Het bloeit van juni tot oktober.

Detailopname bloeiende plant

Breukkruid is een geelgroen plantje met vertakte stengels die in ronde polletjes dicht tegen de grond aanliggen. Het is een echte tredplant. Kaal breukkruid is meestal 5 tot 15 cm hoog, maar kan tot 30 cm groeien. De bladeren en de stengel zijn geheel kaal of hooguit zeer kort met trilhaartjes. De driehoekige steunblaadjes zijn ongeveer 0,5 tot 1,5 mm lang.

De erg kleine witte bloemen groeien in een dichte tros in de oksels van de bladeren. De zittend, hermafrodiete bloemen zijn vijfvoudig. De kelkbladen zijn groen, elliptisch en stomp puntig. De witte bloembladen zijn veel kleiner dan de kelkblaadjes en vaak helemaal afwezig. Er zijn vijf vruchtbare meeldraden en vijf bloembladachtige staminodes aanwezig.

Het aantal chromosomen is 2n = 18.

Plantengemeenschap

[bewerken | brontekst bewerken]

Kaal breukkruid is een kensoort voor de associatie van vetkruid en tijm (Sedo-Thymetum pulegioides), een bloemrijke plantengemeenschap van droge zandgronden langs de grote rivieren.

Het is tevens een indicatorsoort voor het mesofiel hooiland (hu) subtype 'Droge stroomdalgraslanden', een karteringseenheid in de Biologische Waarderingskaart (BWK) van Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Kaal breukkruid groeit op zonnige, open plekken op ’s-zomers droge, zure en stiksofarme, matig voedselrijke zand- en grindgrond en andere steenachtige, zwak zure en verstoorde bodems. Zij staat op zandige en grindrijke rivieroevers, rivierduinen, open plekken in de lage grasmat van droog, weinig bemest weiland langs de rivieren, dijken, spoorwegterreinen, braakliggende grond met veel puin, industrieterreinen, mijnafvalstortplaatsen, muren, soms in heideterreinen en op akkers, tussen straatstenen, in bermen, de binnenduinranden en zandgroeven.

Verspreidingsgebied

[bewerken | brontekst bewerken]

Het verspreidingsgebied omvat Europa (zonder een groot deel van het noordwesten van het continent), West-Azië en Noord-Afrika. In Groot-Brittannië komt het vrijwel alleen in het zuidoosten voor. In Noord-Amerika is het op sommige plaatsen geïntroduceerd.

In Wallonië is het plaatselijk vrij algemeen in Lotharingen. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam. In Vlaanderen komt het zeldzaam voor. In Nederland is de soort vrij zeldzaam in het rivierengebied in het oosten, midden en zuiden en in stedelijke gebieden, elders is ze zeer zeldzaam. Door de kanalisatie van de rivieren en ‘graslandverbetering’ gaat de soort in het rivierengebied achteruit, daar staat tegenover ze zich uitbreidt in de stedelijke gebieden en Zuid-Limburg[1].

Volksgeneeskunde

[bewerken | brontekst bewerken]

Het plantje werd vroeger toegepast, zoals de naam doet vermoeden, voor de behandeling van hernia. Daarnaast werd het gebruikt tegen waterzucht en om de nieren te activeren.

Zie de categorie Klein breukkruid van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.