Naar inhoud springen

Lookroest

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lookroest
Roest op winterprei 'Farinto' (Allium porrum)
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota
Klasse:Pucciniomycetes
Orde:Pucciniales
Familie:Pucciniaceae
Geslacht:Puccinia
Soort
Puccinia allii
(DC.) F.Rudolphi (1829)
Uredosori op prei
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Lookroest op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De lookroest (Puccinia allii, syn.: Puccinia porri) is een schimmel behorend tot de familie Pucciniaceae. Hij behoort tot de biotrofe parasieten. Zijn levenscyclus speelt zich af op een en dezelfde waardplant. Hij tast alliumsoorten aan. Deze soort groeit in groepen die verschijnen als roodachtige tot bruine vlekken op het bladoppervlak.

Pycnia en aecidia

Pycnia en aecidia zijn onbekend bij deze soort.

Uredinia

De sporenhoopjes (uredinia) zijn geel tot roodgeel en komen voor op beide zijde van het blad. De vorm is langwerpig tot rond. Ze staan op gele vlekken en meten 1 tot 10 mm. Hierin worden de wrattige uredosporen gevormd. Deze uredosporen zijn eivormig tot ellipsoïde, 23 tot 29 µm lang en 29 tot 24 µm breed zijn. De celwand is 1 tot 2 µm dik. Ze zijn zeer fijnstekelig en hun steel is kort en kleurloos. Ze hebben 5 tot 10 kiemporen.

Telia

De telia zijn rond tot langwerpig. De teliosporen bestaan uit een of twee, zelden drie cellige sporen. Soms hebben ze alleen maar eencellige sporen. Ze hebben een variabele vorm. De 1-cellige sporen zijn 22-36× 15-23 μm groot en hebben een bruine wand. De 2-cellige sporen zijn 25 tot 85 µm lang en 15 tot 26 µm breed. Ze hebben een korte (tot 30 μm) en kleurloze steel

Puccinia porri ziet er zeer vergelijkbaar uit. Deze heeft echter 1 tot 2-cellige teliosporen en heeft geen parafysen.

In het begin van de aantasting ontstaan witgrijze vlekjes. Later barst de opperhuid van het blad open en worden kleine, verspreid staande oranje sporenhoopjes zichtbaar, die later bruin worden.

De kiemende uredospore dringt in het voorjaar via de huidmondjes het blad binnen. Het mycelium groeit in de plant intercellulair en onttrekt voedsel uit de cel via haustoria. De uredosporen kunnen nieuwe infecties veroorzaken.

Later in het seizoen kunnen ook op de geïnfecteerde bladeren donkerbruine vruchtlichamen (telia) met teliosporen gevormd worden.

De lookroest komt voor op het hele noordelijk halfrond. In Nederland komt hij matig algemeen voor.

De lookroest is bekend van de volgende waardplanten:

Zie de categorie Puccinia allii van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.