Naar inhoud springen

Mantsjoerijse kurkboom

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door InternetArchiveBot (overleg | bijdragen) op 1 dec 2017 om 10:25. (1 (onbereikbare) link(s) aangepast en 0 gemarkeerd als onbereikbaar #IABot (v1.6.1))
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Mantsjoerijse kurkboom
Een monumentale Mantsjoerijse kurkboom in het Domein van Mariemont.
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Malviden
Orde:Sapindales
Familie:Rutaceae (Wijnruitfamilie)
Onderfamilie:Toddalioideae
Geslacht:Phellodendron (Kurkboom)
Soort
Phellodendron amurense
Rupr. (1857)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Mantsjoerijse kurkboom op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De Mantsjoerijse kurkboom[1] (Phellodendron amurense) is een soort uit de wijnruitfamilie (Rutaceae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Franz Joseph Ruprecht in 1857.[2]

Kenmerken

De soort groeit tot een hoogte van ca. 25 meter.[3] Mantsjoerijse kurkbomen hebben een relatief korte stam, met een brede paraplu-achtige kroon. Het veervormige blad wordt ongeveer 35 cm en is groen gekleurd. Gedurende een korte periode in de herfst kleuren de bladeren echter helder geel.[4] De schors van de soort is grijsbruin en diep gegroefd. De bloeiperiode bevindt zich tussen midden en eind juni en verkrijgt dan kleine mannelijke en vrouwelijke bloemen. De vruchten zijn zwarte, sterk aromatische steenvruchten die rijpen in oktober.[5] Kan tot 300 jaar oud worden.[3]

Verspreiding

De Mantsjoerijse kurkboom komt voor in het stroomgebied van de rivier Oessoeri en de middenloop van de Amoer in het Russische Verre Oosten, alsmede in Mantsjoerije en Noord-Korea.[3] Vandaar dat de boom ook wel amoer kurkboom wordt genoemd, als Anglicisme ook als Amur gespeld. De soort groeit meestal te midden van andere loof- en naaldbomen in gemengde bossen, hellingen en rivierdalen.[4]

Afbeeldingen