Gebruiker:Opzwartbeek/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie




Religie[bewerken | brontekst bewerken]

Bloed speelt in veel godsdiensten een centrale rol, omdat bloed met het leven geassocieerd wordt en het verlies van bloed dienovereenkomstig met levensgevaar of de dood.

Jodendom[bewerken | brontekst bewerken]

Christendom[bewerken | brontekst bewerken]

Islam[bewerken | brontekst bewerken]

In de Koran wordt bloed zelden genoemd. Het consumeren van bloed wordt in soera De Tafel (vers 3) echter uitdrukkelijk verboden.

Animisme[bewerken | brontekst bewerken]

__________________________


Het Libanees Arabisch is een dialect van het Levantijns Arabisch, gesproken in Libanon door ongeveer 4 miljoen mensen. Aangezien veel Libanesen meertalig zijn, heeft de volkstaal veel Franse en Engelse leenwoorden opgenomen. Het Libanese dialect wordt ook buiten Libanon goed verstaan, omdat Beiroet met Cairo tot de belangrijkste centra van de Arabische filmindustrie behoort.

Grammatica[bewerken | brontekst bewerken]

De Levantijnse dialecten delen de meeste grammaticale bijzonderheden. De volgende eigenschappen zijn daarom niet per se typisch voor het Libanees.

  • Vorming van de praesens met het prefix b- (of m- in de eerste persoon meervoud): bifham ik begrijp, minsjoef wij zien
  • De werkwoordsvorm zonder prefix drukt de aanvoegende wijs uit. De eerste persoon enkelvoud hiervan is de stam: roeH dat ich ga (in andere dialecten meestal aroeH)
  • Vorming van de toekomstige tijd met raH en aanvoegende wijs: raH sjoef ik zal zien
  • Ontkenning door het woord maa (geen dubbele ontkenning zoals in de Egyptische dialect)
  • Gebruik van de vrouwelijke zakelijke meervoud -iye voor personen: niHna libnaanieye wij zijn Libanesen, i.p.v. niHna libnaaniiyien
  • Gebruik van - hier schijnbare - vrouwelijke voornaamwoorden: hinne zij (mv.) ktabkoen jullie boek, ktaaboen hun boek
  • Bie (door, mee) wordt als voorzetsel gebruikt, terwijl fie (in) voor de betreffende voornaamwoordelijk bijwoord gebruikt wordt.

Uitspraak[bewerken | brontekst bewerken]

Klinkers[bewerken | brontekst bewerken]

Zoals in veel andere Arabische dialecten, zijn de korte klinkers aan het einde van woorden weggevallen en de verbuigingen vereenvoudigd. Verder zijn er veel verschillen met het Standaardarabisch.

  • Korte klinkers tussen medeklinkers vallen vaak weg, zodat combinaties van twee of drie opeenvolgende medeklinkers ontstaan: slaiman soeleiman, btiktbu jullie schrijven
  • De korte i geniet een grote voorkeur en vervangt de korte oe en korte a in veel woorden. Verder wordt de korte i als hulp bij de uitspraak ingevoegd: koell wordt kill, Hubz word Hibiz, naHnoe wordt niHna
  • Voor benadrukte medeklinikers verandert de korte i in de korte oe: qiSSa wordt 'oesSSa geschiednis, niSf wordt noeSS helft
  • De in het Standaardarabisch vaak als èè uitgesproken lange a wordt meestal tot éé: thanie wordt téénie tweede
  • Uitspraak van de vrouwelijke uitgang taa' marboeTa - behalve na bepaalde medeklinkers als è of ì

Medeklinkers

, met aanzienlijke taalkundige invloeden ontleend aan andere Midden-Oosterse en Europese talen, en is in sommige opzichten uniek van andere soorten Arabisch. Vanwege meertaligheid onder Libanese mensen (een meerderheid van de Libanese bevolking is tweetalig of drietalig - spreekt Arabisch, Frans en/of Engels), is het niet ongewoon voor Libanese mensen om Libanese Arabische, Franse en Engelse talen in hun dagelijkse spraak te mengen.

Zhōngguójié bùxíng qiáo

De Zhōngguójié bùxíng qiáo (Chinees: Chinese-knoopvoetgangerbrug), in het Engels ook wel "Lucky knot bridge" genoemd, is een voetgangersbrug in de Chinese stad Changsha. Hij verbindt met 185 m lengte en 24 meter hoogte de beide zijden van Het architectenbureau NEXT, een Nederlands bedrijf met een grote filiaal in Peking, werd naar aanleiding van de Melkwegbrug in Purmerend in opdracht van Changsha Meixi Lake Industrial Co. Ltd benaderd een soortgelijk bouwwerk te ontwerpen in een nieuwe wijk.

Ontwerp[bewerken | brontekst bewerken]

De brug heeft een buitengewone vorm en werd

Deze lijst van kippenrassen bestaat uit drie delen. Ten eerste wordt zij gevormd door een lijst van alle erkende rassen binnen de Europäischen Verbandes für Geflügel-, Tauben-, Vogel-, Kaninchen- und Caviazucht (EE) en haar dochterorganisaties. Ten tweede volgt een lijst van rassen die door andere fokorganisaties erkend en gestandaardiseerd zijn. Afsluitend worden kippensoorten en -slagen zonder formele standaard opgenoemd.

Die zur Eier- und Fleischproduktion eingesetzten Hybridhühner werden in diese Liste nicht aufgenommen. Hybridhühner sind keine Rassehühner, sie werden aus reinerbigen Inzuchtlinien gekreuzt und eignen sich nicht zur Rassen-Zucht.

Lijst van kippenrassen[bewerken | brontekst bewerken]

Naam Oorsprong Gewicht haan Gewicht hen Eieren
per
jaar
Minimumgewicht voor broedeieren Eierkleur Krielvorm Oorspronkelijke kriel Afbeelding
Aarschoter Huhn (EE) Belgien ? ? ? ? ?
Altenglisches Fasanenhuhn (EE) Großbritannien: Grafschaften Lancashire und Yorkshire 2,7–3,2 kg 2,25–2,7 kg 160 Eier ? Weiß -
Altenglischer Kämpfer (EE, BDRG) Großbritannien 2,0–3,0 kg 1,75–2,5 kg 120 Eier 50 g Weiß bis
gelblich
Altenglischer Zwerg-Kämpfer
Altsteirer (EE, BDRG) Österreich: Steiermark 2,5–3,0 kg 2,0–2,25 kg 180 Eier 55 g Weiß bis
elfenbein
Zwerg-Altsteirer
Ameraucana (EE) USA 2,5–2,9 kg 740–850 g ? ? verschiedene Blau/Blaugrün töne ?
Amerikanische Leghorn (EE)
Leghorn (BDRG)
Amrock (EE, BDRG) USA 3,0–4,0 kg 2,5–3,0 kg 220 Eier 58 g Braun bis
bräunliches
gelb
Zwerg-Amrock
Ancona (EE) Italien 2,5–2,8 kg 1,8–2,0 kg 220 Eier 50 g Weiß Zwerg-Ancona
Andalusier (EE, BDRG) Spanien 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 160 Eier 58 g Weiß Zwerg-Andalusier
Annaberger Haubenstrupphuhn (EE, BDRG) Deutschland: Erzgebirge 1,5 kg 1,3 kg 120 Eier 46 g Weiß bis
gelb
ohne Zwergform
ohne Großform Antwerpener Bartzwerg
Appenzeller Barthuhn (EE, BDRG) Schweiz: Appenzellerland 2,0–2,3 kg 1,6–1,8 kg 150 Eier 55 g Weiß Appenzeller Zwerg-Barthuhn
Appenzeller Spitzhaube (EE, BDRG) Schweiz: Appenzell 1,5–1,8 kg 1,2–1,5 kg 150 Eier 55 g Weiß Appenzeller Zwerg-Spitzhauben
Aquitaine (EE) Frankreich 4–4,5kg 3,5–4kg ? ? ?
Araucana (EE, BDRG) Chile 2,0–2,5 kg 1,6–2,0 kg 180 Eier 50 g Grün Zwerg-Araucana
Ardenner (EE, BDRG) Belgien: Ardennen 1,75–2,5 kg 1,5–1,75 kg 190 Eier 60 g Weiß Zwerg-Ardenner
Ardenner Kaulhuhn (EE) Belgien: Ardennen ? 1,75kg 180 Eier 65g ?
Asil (EE, BDRG) (auch Aseel[1]) Indien 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 70 Eier 40 g Zwerg-Asil
Assendelfter Huhn (EE) Niederlande: Nordholland 1,5–1,7 kg 1,2–1,3 kg 180 Eier 50 g Cremefarbig Zwerg-Assendelfter
Asturier (EE) Spanien ? ? ? ? ?
Augsburger (EE, BDRG) Deutschland: Augsburg 2,3–3,0 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 58 g Weiß Zwerg-Augsburger
Australorp (EE, BDRG) Australien 3,0–3,5 kg 2,0–2,5 kg 200 Eier 55 g Hellbraun Zwerg-Australorps
Ayam Cemani,
Cemani (EE)
Indonesien 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 80 Eier 40 g Cremefarbig
ohne Großform Bantam
Barbezieux (EE) Frankreich 4,5 kg 3,5 kg 170 Eier 70 g ab dem 2 Legejahr bis 100 g Weiß bis leicht Hellbraun ?
Barnevelder (EE, BDRG) Niederlande 3,0–3,5 kg 2,5–2,75 kg 180 Eier 60 g Dunkelbraun Zwerg-Barnevelder
ohne Großform Belgisches Zwerghuhn
Bergischer Kräher (EE, BDRG) Deutschland: Bergisches Land 3,0–3,5 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 56 g Weiß Bergischer Zwergkräher
Bergischer Schlotterkamm (EE, BDRG) Deutschland: Bergisches Land 2,0–2,75 kg 1,75–2,25 kg 150 Eier 55 g Weiß Bergischer Zwerg-Schlotterkamm
Berry Huhn (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Bielefelder Kennhuhn (EE, BDRG) Deutschland: Bielefeld 3,0–4,0 kg 2,5–3,25 kg 230 Eier 60 g Braun Bielefelder Zwerg-Kennhuhn
Böhmerwaldhuhn,[2]
Sumavanka (EE)
Bohus-Dal Schwarzhuhn Schweden 2,0 kg 1,5 kg 140 Eier 48 g Hellbraun ?
Bourbonnaise (EE) Frankreich 3,5 kg 2,5 kg 200 Eier 65 g ?
Bourbourg (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Brabançonne (EE),
Brabanter Bauernhuhn (BDRG)
Brabanter (EE, BDRG) Niederlande 1,9–2,5 kg 1,5–2,0 kg 140 Eier 52 g Weiß Zwerg-Brabanter
Brabanter Bauernhuhn (BDRG)
(=Brabançonne (EE))
Niederlande 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 168 Eier 70 g Weiß Brabanter Zwerg-Bauernhuhn
Brahma (EE, BDRG) Asien / Amerika 3,5–5,0 kg 3,0–4,5 kg 140 Eier 53 g Gelbbraun Zwerg-Brahma
Brakel (EE, BDRG) Belgien 2,0–2,75 kg 1,75–2,25 kg 180 Eier 55 g Weiß Zwerg-Brakel
Breda (BDRG)
(=Kraaikop (EE))
Niederlande 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 160 Eier 55 g Weiß Zwerg-Breda
Bresse-Gauloise (EE),
Bressehuhn
Frankreich: Bresse 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg ? 60 g ?
Brügger Kämpfer (BDRG) Belgien: Westflandern 4,5–5,5 kg 3,5–4,0 kg 120 Eier 55 g Brügger Zwerg-Kämpfer
Buckeye (EE) USA, GB 4,1 kg 3,0 kg 150–200
Eier
? ?
ohne Großform Burma-Zwerghuhn
Campiner (EE) Belgien (?) ? ? ? ? ?
Caumont (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Cemani (BDRG, EE) Indonesien: Sumatra 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 80 Eier 45 g ?
Chaamse Huhn (EE) Niederlande ? ? ? ? ?
ohne Großform Chabo
Challans Huhn (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Chantecler (EE) Kanada ? ? ? ? ?
Charolais (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Chu Shamo-Kämpfer (EE) Japan ? ? ? ? ?
Cochin (BDRG) Südchina 3,5–5,5 kg 3,0–4,5 kg 80 Eier 53 g Braungelb Anmerkung: Cochin und Zwergcochin sind von unterschiedlicher Herkunft Zwerg-Cochin
Contres (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Cotentine (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Coucou de Rennes (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Crèvecoeur (EE)
=Crève-Cœur (BDRG)
Frankreich: Normandie 2,5–3,5 kg 2,0–3,0 kg 150 Eier 55 g Weiß Zwerg-Crève-Coeur
Croad-Langschan (BDRG, EE) China 3,75–4,25 kg 3,0–3,5 kg 200 Eier 58 g Dunkel-
braun
Zwerg-Croad-Langschan
Cubalaya (BDRG, EE) Kuba 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 80 Eier 50 g Weiß oder gelblich Zwerg-Cubalaya
Dänisches Landhuhn (BDRG, EE) Dänemark 2,0–2,5 kg 1,75–2,0 kg 180 Eier 55 g Dänisches Zwerg-Landhuhn
Dänisches Lutterhuhn (EE) Dänemark ? ? ? ? Zwergform in Dänemark vorh.
Delaware (EE) Italien ? ? ? ? ?
Denizli-Kräher (BDRG, EE) Vorderasien 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 170 Eier 55 g ohne Zwergform
Deutsches Lachshuhn (BDRG)
(=Deutsche Faverolles (EE))
Deutschland 3,0–4,0 kg 2,5–3,25 kg 160 Eier 55 g Hellgelb bis braun Deutsches Zwerg-Lachshuhn
Deutsches Langschan (BDRG, EE) Nordchina 3,0–4,5 kg 2,5–3,5 kg 180 Eier 55 g Stroh- bis braungelb Deutscher Zwerg-Langschan
Deutsches Reichshuhn (BDRG, EE) Deutschland 2,5–3,5 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 55 g Rahmgelb Deutsches Zwerg-Reichshuhn
Deutscher Sperber (BDRG, EE) Deutschland: Duisburg 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 60 g Weiß Deutscher Zwerg-Sperber
ohne Großform Deutsches Zwerghuhn
Dominikaner (BDRG, EE) Amerika 2,0–2,5 kg 1,75–2,25 kg 170 Eier 53 g Creme Zwerg-Dominikaner
ohne Großform Doorniksches Zwerghuhn
Dorking (BDRG, EE) Großbritannien: England 3,5–4,5 kg 2,5–3,5 kg 140 Eier 55 g Weiß Zwerg-Dorking
Drenther Huhn (EE) Niederlande: Drente 2 kg 1,5 kg 120 Eier 43 g Drenter Zwerghuhn
Dresdner (BDRG, EE) Deutschland: Dresden 2,75–3,0 kg 2,0–2,25 kg 180 Eier 55 g Hellbraun Zwerg-Dresdner
Englische Leghorn (EE) Großbritannien 2,0 bis 2,7 1,7 bis 2,2 200 Eier 55 Weiß Englische Zwerg-Leghorn
Elsässer Huhn (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Empordanesa (BDRG) Spanien: Katalonien 2,4–3,0 kg 1,7–2,3 kg 190 Eier 60 g Rotbraun ?
Eulenbarthuhn (BDRG) Niederlande 2,2–2,5 kg 1,6–1,8 kg 150 Eier 30 g Weiß Zwerg-Eulenbarthuhn
ohne Großform Federfüßiges Zwerghuhn
Französische Faverolles (BDRG) Frankreich ? ? ? ? ?
Friesenhuhn (BDRG) Niederlande: Friesland 1,5–1,6 kg 1,2–1,3 kg 160 Eier 52 g Weiß Zwerg-Friesenhuhn
Gatinaise (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Gauloise (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Gournay (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
Großer Nordfranzösischer Kämpfer (EE) Frankreich ? ? ? ? ?
ohne Großform Grubbe Zwerg
Hamburger (BDRG) Niederlande, Großbritannien 1,5–2,5 kg 1,0–2,0 kg 160 Eier 50 g Weiß Zwerg-Hamburger
Holländer Haubenhuhn (BDRG) Niederlande 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 140 Eier 45 g Weiß Zwerg-Holländer Haubenhuhn
ohne Großform Holländisches Zwerghuhn
Houdan (BDRG) Frankreich 2,5–3,5 kg 2,0–3,0 kg 160 Eier 53 g Zwerg-Houdan
Indischer Kämpfer (BDRG) Großbritannien: Cornwall 3,5–4,5 kg 2,0–3,0 kg 80 Eier 50 g Indischer Zwerg-Kämpfer
Italiener (BDRG) Italien 2,25–3,0 kg 1,75–2,5 kg 200 Eier 56 g Weiß Zwerg-Italiener
Jersey Giant (BDRG) USA 4,5–5,5 kg 3,6–4,5 kg 180 Eier 60 g Braun Zwergform nur in den USA[3]
Kastilianer (BDRG) Spanien 2,0–2,5 kg 1,75–2,0 kg 170 Eier 56 g Weiß Zwerg-Kastilianer
Kaulhuhn (BDRG) Nordwesteuropa 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 150 Eier 53 g Weiß Kaulhuhn
Koeyoshi (BDRG) Japan 4,0–4,5 kg 3,0–3,75 kg 80 Eier 45 g ohne Zwergform
Kollbecksmoor-Huhn Deutschland 240 Eier 60g - 70g ohne Zwergform
Kraienkopp (BDRG) Niederlande 2,5–3,0 kg 1,75–2,5 kg 200 Eier 55 g Weiß bis
hellgelb
Zwerg-Kraienkopp
Krüper (BDRG) Deutschland: Bergisches Land 1,75–2,25 kg 1,5–2,0 kg 180 Eier 50 g Weiß Zwerg-Krüper
La Flèche (BDRG) Frankreich 3,0–3,5 kg 2,5–3,0 kg 180 Eier 60 g weiß bis rosa Zwerg-La Flèche
Lakenfelder Huhn (BDRG) Deutschland 1,75–2,25 kg 1,5–2,0 kg 160 Eier 50 g Weiß Zwerg-Lakenfelder
Lamona (EE) Italien ? ? ? ? ?
Legbar (EE) Großbritannien: England 2,7–3,4 kg 2,0–2,7 kg 180 Eier ? Unter-
schiedlich: weiß,
creme,
blau, grün,
olive
Zwerg-Legbar
Leghorn (BDRG)
(= Amerikanische Leghorn (EE))
USA 2,0–2,7 kg 1,7–2,2 kg 200 Eier 55 g Weiß Zwerg-Leghorn
Livorno (EE) Italien ? ? ? ? ?
Lutte-Huhn,[4]
Dänisches Lutterhuhn (EE)
Lütticher Kämpfer (BDRG) Belgien 4,0–5,0 kg 3,5–4,0 kg 130 Eier 55 g Lütticher Zwerg-Kämpfer
Lyoner (EE) Italien ? ? ? ? ?
Madras (BDRG)
(auch: Madras-Kämpfer[5])
Indien: Madras 3,0–3,5 kg 2,5–3,0 kg 40 Eier 50 g ohne Zwergform
Malaie (BDRG) Indien, Malaiischer Archipel 3,5–4,5 kg 2,5–3,5 kg 100 Eier 50 g Zwerg-Malaie
Mantes (EE) Frankreich ? ? ? ? Zwerg-Mantes
Marans (BDRG) Frankreich: Marans 3,5–4,0 kg 2,5–3,0 kg 170 Eier 65 g Rotbraun
bis
hellbraun
mit dunklen
Flecken
Zwerg-Marans
Mechelner (BDRG) Belgien: Mechelen 4,0–5,0 kg 3,0–4,0 kg 160 Eier 58 g Elfenbein
bis
dunkelbraun
Zwerg-Mechelner
Minorka (BDRG) Spanien 2,5–3,5 kg 2,25–3,0 kg 170 Eier 65 g Weiß Zwerg-Minorka
Moderner Englischer Kämpfer (BDRG) Großbritannien: England 2,0–3,0 kg 1,75–2,5 kg 90 Eier 50 g Moderner Englischer Zwergkämpfer
Nackthalshuhn (BDRG) Europa (Rumänien und Deutschland) 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 55 g Hellbraun Zwerg-Nackthalshuhn
New Hampshire (BDRG) USA 3,0–3,5 kg 2,0–2,25 kg 220 Eier 55 g Braun Zwerg-New Hampshire

Nesselbacher Deutschland 160 Eier 46 g

Niederrheiner (BDRG) Deutschland 3,5–4,0 kg 2,5–3,0 kg 200 Eier 55 g Gelb bis
hellbraun
Zwerg-Niederrheiner
Nordholländisches Huhn (EE) Niederlande: Nordholland ? ? ? ? ?
Norwegisches Jaerhuhn (BDRG) Norwegen 1,75–2,0 kg 1,5–1,75 kg 160 Eier 50 g ohne Zwergform
ohne Großform Ohiki
Onagadori (BDRG) Japan 1,8 kg 1,35 kg 100 Eier 40 g Gelblich-
weiß
ohne Zwergform
Oravaer Huhn (EE) Slowakei ? ? ? ? ?
Orloff (BDRG) Russland 3,0–3,5 kg 2,25–2,75 kg 160 Eier 53 g Weiß bis
hellbraun
Zwerg-Orloff
Orpington (BDRG) England 3,0–4,0 kg 2,5–3,5 kg 180 Eier 53 g Gelb Zwerg-Orpington
Ostfriesische Möwe (BDRG) Deutschland 2,25–3,0 kg 1,75–2,5 kg 170 Eier 55 g Weiß Ostfriesische Zwerg-Möwe
Paduaner (BDRG) Italien 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 120 Eier 48 g Weiß Zwerg-Paduaner
Penedesenca (BDRG) Spanien 2,0–2,7 kg 1,7–2,0 kg 190 Eier 60 g ohne Zwergform
Pfälzer Kampfhuhn (BDRG) Deutschland 2,0–2,5 kg 1,75–2,0 kg 100 Eier 50 g ?
Phönix (BDRG) Deutschland 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 160 Eier 45 g Gelblich-
weiß
Zwerg-Phönix
Plymouth Rock (BDRG) USA 3,0–3,5 kg 2,5–3,0 kg 180 Eier 55 g Dunkelgelb Zwerg-Plymouth Rock
Polnischer Grünfüßler (EE) Polen ? ? ? ? ?
Polverara (EE) Italien ? ? ? ? ?
Posawien-Haubenhuhn Kroatien 3,4–4,5 kg 2,2–3,5 kg 160 Eier 60 g Hellbraun ?
Prat (BDRG) Spanien 3,5 kg 2,5 kg 170 Eier 55 g ?
Ramelsloher (BDRG) Deutschland: Ramelsloh 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 170 Eier 56 g Weiß oder
Gelb
ohne Zwergform
Redcaps (BDRG) Großbritannien: Grafschaften Derbyshire und Yorkshire 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 200 Eier 55 g Weiß ohne Zwergform
Rheinländer (BDRG) Deutschland: Eifel 2,0–2,75 kg 1,75–2,5 kg 180 Eier 55 g Zwerg-Rheinländer
Rhode Island Red, → Rhodeländer (BDRG)
Rhodeländer (BDRG) USA 3,0–4,0 kg 2,4–3,0 kg 180 Eier 58 g Braun bis
dunkelbraun
Zwerg-Rhodeländer
ohne Großform Ruhlaer Zwerg-Kaulhuhn
Sachsenhuhn (BDRG) Deutschland 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 180 Eier 55 g Zwerg-Sachsenhuhn
Sandschak Kräher Sandschak und Metochien 4–5 kg 2–3 kg 170 Eier 55 g cremeweiß bis reinweiß ? Sandschak Kräher Schar
Satsumadori (BDRG) Japan 3,0–3,5 kg 2,2–2,7 kg 100 Eier 45 g ?
Schwedisches Schwarzhuhn (EE) Schweden 2,0 kg 1,5 kg 140 Eier 38–48 g Hellbraun ?
Schwedische Isbar Schweden
Schweizerhuhn (EE) Schweiz 2,8–3,5 kg 2,4–2,8 kg 200 Eier 55 g Cremefarbig ?
ohne Großform Sebright
Seidenhuhn (BDRG) Ostasien 1,4–1,7 kg 1,1–1,4 kg 80 Eier 40 g Hellbraun Zwerg-Seidenhuhn
Shamo (BDRG) Thailand > 4,0 kg > 3,0 kg 80 Eier 55 g Braun ohne Zwergform
ohne Großform Siamesisches Zwerg-Seidenhuhn
Sizilianischer Becherkamm (EE)
(auch: Sizilianischer Kronenkamm[6])
Italien ? ? ? ? Zwerg-Sizilianer
Somborer Haubenhuhn[7] (=Sombor huppée (EE)) Serbien: Sombor ? ? ? ? ohne Zwergform
Spanier (BDRG) Spanien 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 170 Eier 50 g Zwerg-Spanier
Strupphuhn (BDRG) Asien 3,0–3,5 kg 2,0–2,5 kg 130 Eier 60 g Zwerg-Strupphuhn
Sulmtaler (BDRG) Österreich: Steiermark 3,0–4,0 kg 2,5–3,5 kg 180 Eier 55 g Cremefarbig Zwerg-Sulmtaler
Sultanhuhn (BDRG) Osteuropa 1,5–2,0 kg 1,0–1,5 kg 70 Eier 45 g ohne Zwergform
Sumatra (BDRG) Sundainseln, Sumatra 2,0–2,5 kg 1,75–2,25 kg 130 Eier 53 g Weiß Zwerg-Sumatra
Sumavanka (EE) Tschechien 2,9–3,6 kg[2] 2,4–3,1 kg[2] 180 Eier[2] 58 g[2] ?
Sundanesischer Kämpfer (BDRG) Indonesien: West-Java 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 120 Eier 45 g ohne Zwergform
Sundheimer (BDRG) Deutschland: Sundheim 3,0–3,5 kg 2,0–2,5 kg 220 Eier 55 g Hell- bis
dunkelbraun, gesprenkelt
Zwerg-Sundheimer
Sussex (BDRG) Großbritannien: Grafschaft Sussex 3,0–4,0 kg 2,5–3,0 kg 180 Eier 55 g Gelb bis
gelbbraun
Zwerg-Sussex
Thüringer Barthuhn (BDRG) Deutschland: Thüringen 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 160 Eier 53 g dunkelgrau Thüringer Zwerg-Barthuhn
Tomaru (BDRG) Japan 2,5–3,5 kg 2,0–2,8 kg 100 Eier 50 g ohne Zwergform
Totenko (BDRG) Japan 1,8–2,3 kg 1,3–1,8 kg 120 Eier 40 g ohne Zwergform
Tschechisches Huhn (EE)
(= Tschechisches Landhuhn[8])
Tschechien 2,3–2,8 kg[9] 2,0–2,5 kg[9] 150–190
Eier[9]
55–60 g[9] Cremefarbig ohne Zwergform
Tuzo (BDRG) Japan 1,2 kg 1,0 kg 70 Eier 35 g ohne Zwergform
Valdarno (EE) Italien ? ? ? ? ?
Vierländer Landhuhn Deutschland ? ? ? ? ?
Vogtländer (BDRG) Deutschland: Vogtland 2,0–2,5 kg 1,75–2,25 kg 150 Eier 55 g ohne Zwergform
Vorwerkhuhn (BDRG) Deutschland: Hamburg 2,5–3,0 kg 2,0–2,5 kg 170 Eier 55 g Gelblich Zwerg-Vorwerkhuhn
ohne Großform Watermaalscher Bartzwerg
Welsumer (BDRG) Niederlande 3,0–3,5 kg 2,0–2,5 kg 160 Eier 65 g Dunkelbraun Zwerg-Welsumer
Westfälischer Totleger (BDRG) Deutschland 2,0–2,5 kg 1,5–2,0 kg 180 Eier 53 g Weiß ohne Zwergform
White Rock
Plymouth Rock (BDRG)
White Cornish ohne Zwergform
Wyandotte (BDRG) USA 3,4–3,8 kg 2,5–3,0 kg 180 Eier 55 g Gelb bis
dunkelbraun
Zwerg-Wyandotte
Yakidos (BDRG) Asien 2,1–2,6 kg 1,7–2,1 kg 80 Eier 50 g ?
Yamato Gunkei (BDRG) Japan 1,8–2,5 kg 1,5–2,0 kg 80 Eier 35 g ohne Zwergform
Yokohama (BDRG) Deutschland 2,0–2,5 kg 1,3–1,8 kg 80 Eier 40 g Zwerg-Yokohama

Siehe auch[bewerken | brontekst bewerken]

Literatur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Walter Schwarz, Armin Six: Der große Geflügelstandard in Farbe. 7., überarbeitete und ergänzte Auflage. 1. Band: Hühner, Truthühner, Perlhühner. Oertel + Spörer, Reutlingen 2004, ISBN 3-88627-511-6
  • Hans-Joachim Schille: Lexikon der Hühner. Komet-Verlag, Köln, o. J., ISBN 3-89836-447-X

Quellen[bewerken | brontekst bewerken]

Einzelnachweise[bewerken | brontekst bewerken]

> [2] [9]

  1. Schille, S. 70
  2. a b c d e f {{Internetquelle | url=http://www.ceske-slepice.eu/de/bohmerwaldhuhn/| titel=Böhmerwaldhuhn | autor= | hrsg= | werk=Tschechische Hühner | zugriff=2013-12-20}}
  3. Schille, S. 158
  4. Schille, S. 176
  5. Schille, S. 180
  6. Schille, S. 238
  7. Schille, S. 240
  8. Schille, S. 264
  9. a b c d e {{Internetquelle | url=http://www.ceske-slepice.eu/de/tschechische-goldsprenkelhuhn/ | titel=Tschechische Goldsprenkelhuhn | autor= | hrsg= | werk=Tschechische Hühner | zugriff=2013-12-20}}

!