Buntgras-verbond
Buntgras-verbond | |||||
---|---|---|---|---|---|
Duin-buntgras-associatie met buntgras en zandzegge | |||||
Syntaxonomische indeling | |||||
| |||||
Verbond | |||||
Corynephorion canaescentis | |||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons |
Het buntgras-verbond (Corynephorion canaescentis) is een verbond van de klasse van de droge graslanden op zandgrond (Koelerio-Corynephoretea).
Het is een groep van kortlevende plantengemeenschappen van kalkarme, zure, voedselarme en humusarme duin- en stuifzanden. De vegetatie bestaat vooral uit buntgras, haarmos en korstmossen.
Naamgeving, etymologie en codering
- Syntaxoncode (Nederland): 14Aa
De naam Corynephorion canaescentis is afgeleid van de wetenschappelijke naam van de kensoort buntgras (Corynephorus canescens).
Kenmerken
Algemeen
Het buntgras-verbond vinden we op open, droge, kalkarme tot kalkloze, zure tot vrij zure, voedselarme zandbodems zonder of met zeer weinig humus, zoals in de binnenduinen van de kuststreek, en in zandverstuivingen in binnenlandse landduinen.
Structuur
Buntgras-vegetaties worden gekenmerkt door een zeer open vegetatie met volledige afwezigheid van de boom- en de struiklaag.
In de kruidlaag zijn grassen en grasachtige planten dominant, aangevuld met eenjarige planten die zich ieder jaar opnieuw uit zaad vormen, als de omstandigheden gunstig zijn. De hoofdbloei vindt plaats op het einde van de zomer.
De moslaag is dikwijls opvallend aanwezig met enkele bladmossen en vooral veel korstmossen.
Onderverdeling
Het buntgras-verbond heeft als vertegenwoordigers in België en Nederland:
- Associatie: Associatie van buntgras en heidespurrie (Spergulo-Corynephoretum)
- Associatie: Duin-buntgras-associatie (Violo-Corynephoretum)
- Sub-associatie: Violo-Corynephoretum koelerietosum
- Sub-associatie: Violo-Corynephoretum typicum
In Vlaanderen verschilt de duin-buntgras-associatie, omwille van de relatieve kalkrijkdom van de kustduinen, zozeer van de associatie van buntgras en heidespurrie, dat die eerste soms in het duinviooltjesverbond (Galio-Koelerion) geplaatst wordt in plaats van in het buntgras-verbond.
Soortensamenstelling
Dit verbond heeft voor België en Nederland slechts één kensoort bij de vaatplanten, het naamgevende buntgras. Daarbuiten komen de klasse-kensoorten zandzegge, gewoon biggenkruid en vroege haver vrij frequent voor.
Tussen de bladmossen vinden we meestal wel de verbond-kensoort ruig haarmos, bij de korstmossen frequent het kraakloof, terwijl het rafelig bekermos eerder zeldzaam is.
- Boomlaag
- Geen soorten
- Struiklaag
- Geen soorten.
Kensoort | Diff.soort | Presentie | Nederlandse naam | Wetenschappelijke naam |
---|---|---|---|---|
kV | >90% | Buntgras | Corynephorus canescens | |
kK | 20-90% | Zandzegge | Carex arenaria | |
kK | <10-40% | Gewoon biggenkruid | Hypochaeris radicata | |
kK | <10-30% | Vroege haver | Aira preacox | |
kK | 0-20% | Zandhoornbloem | Cerastium semidecandrum | |
kK | 0-20% | Geel walstro | Galium verum |
- Moslaag
Kensoort | Diff.soort | Presentie | Nederlandse naam | Wetenschappelijke naam |
---|---|---|---|---|
kV | 30-90% | Ruig haarmos | Polytrichum piliferum | |
kV | 40-80% | Gewoon kraakloof | Cetraria aculeata | |
kV | 10-20% | Rafelig bekermos | Cladonia ramulosa | |
kK | <10-40% | Gewoon purpersteeltje | Ceratodon purpureus | |
kK | <10-20% | Gewoon klauwtjesmos | Hypnum cupressiforme | |
kK | <10% | Grijze bisschopsmuts | Racomitrium canescens |
Zie ook
- Schaminée, J., K. Sýkora, N. Smits & M. Horsthuis, 2010: Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland. KNNV Uitgeverij, Zeist. ISBN 978 90 5011 309 0
- Sýkora, K., 2008: Field Guide Dutch Plant Communities. Species composition and ecology
- A.Zwaenepoel, F.T’Jollyn, V.Vandenbussche & M.Hoffmann, 2002: Systematiek van natuurtypen voor Vlaanderen: 6.2 Graslanden, Droge graslanden. Verslag van het Instituut voor Natuurbehoud 2002.