Naar inhoud springen

Kazerne

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Romaine (overleg | bijdragen) op 24 jan 2020 om 11:55. (+Link)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
De voormalige Snijderskazerne in Nijmegen

Een kazerne is een permanent defensiegebouw of complex van gebouwen voor huisvesting van militairen, hun uitrusting en hun materieel. Het begrip wordt ook gebruikt voor (civiele) verblijfsgebouwen met een strakke organisatie, zoals de brandweer (brandweerkazerne) of politie. Arbeidersgezinnen werden in de hoogtij van de industriële revolutie vaak ondergebracht in gestapelde woongelegenheden die huurkazernes werden genoemd.

Geschiedenis

Kazernes zijn een redelijk modern verschijnsel. In de 16e en 17e eeuw werden militairen gelegerd in leegstaande grote gebouwen, zoals kloosters en kerken, of in tenten- of barakkenkampen. Van echte kazernebouw in Nederland is pas sinds de 18e eeuw sprake. In 1685 bepaalde de koning Lodewijk XIV van Frankrijk dat zijn troepen in speciaal gebouwde kazernes moesten worden gehuisvest[1]. De vestingbouwmeester Sébastien Le Prestre de Vauban (1633-1707), ontwikkelde een lineaire kazerne, waarbij alle functies in één gebouw werden ondergebracht. Het uitgangspunt was dan ook massalegering; op een kleine oppervlakte zo veel mogelijk soldaten onderdak te geven. De laatste was ook noodzakelijk omdat de kazernes vaak binnen de vestingmuren werden gebouwd. De stad was direct te beschermen en het leger en soldaten konden gebruikmaken van bestaande voorzieningen en infrastructuur. Het ontwerp van Vauban bleef twee eeuwen lang nagenoeg ongewijzigd.
Aan het eind van de 19e eeuw ging men steeds meer de voordelen zien van decentralisatie en kleinschaligheid. Er was ook meer ruimte, vestingmuren werden gesloopt en buiten de stad was er voldoende ruimte. Het onderbrengen van verschillende functies in afzonderlijke paviljoens was hygiënischer en doelmatiger.[1] Om de centrale appelplaats kwamen de overige gebouwen zoals de wacht- en legeringsgebouwen, kantines en wapenkamers. Door stadsuitbreiding in de 20e eeuw kwamen de kazernes toch weer in de bebouwde kom van de steden te liggen.

Militaire kazernes in Nederland

In Nederland werd paviljoenbouw voor het eerst toegepast in 1909-1910 met de bouw van de Prins Hendrikkazerne in Nijmegen en de Kromhoutkazerne in Utrecht. Een hoge mate van standaardisatie vond plaats bij de bouw van de zogenaamde Boostkazernes in de jaren 1938-1939. Volgens een vaste opzet en bouwstijl werden 24 kazernes gebouwd.[1]

Kazernebouw op de Veluwe in 1951

Na de Tweede Wereldoorlog verslechterde de relatie snel tussen de Sovjet-Unie enerzijds en West-Europa en de Verenigde Staten anderzijds. In 1948 werd West-Berlijn geblokkeerd en in antwoord hierop werd in 1949 de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) opgericht.[2] De NAVO ging toen uit van een snelle en onverwachte Sovjetaanval. West-Europese landen zouden geen tijd hebben om de legers te mobiliseren. De militaire leiding gaf de voorkeur aan een grote parate troepenmacht om dit gevaar te pareren.[2]

Deze uitbreiding van de Koninklijke Landmacht leidde tot een grote behoefte aan legeringsmogelijkheden. Op 15 juni 1951 kreeg het Centraal Bouw Bureau van de Genie opdracht om voor 24.000 militairen kazernes te bouwen.[1] Al eind 1950, was de bouw van legerplaats De Wittenberg in Garderen gestart. Vervolgens werden tussen augustus 1951 en 1953 vier grote, gelijksoortige kazernecomplexen voor elk 3.000 man gebouwd waarvan drie op de Veluwe (Ermelo, Nunspeet en Oldebroek) en één in Drenthe, bij Steenwijkerwold. Iets later werd een vijfde kazerne, de Koningin Wilhelminakazerne, bij Ossendrecht in Noord-Brabant opgeleverd.[1] De architectuur van de gebouwen was eenvoudig, zakelijk en functioneel volgens de uitgangspunten van het nieuwe bouwen.

Al deze nieuwe legerplaatsen lagen bewust in dunbevolkte buitengebieden. Het leger kreeg steeds groter en zwaarder materieel, denk hierbij aan pantserwagens, tanks en zware voertuigen, dat zorgde voor steeds meer overlast in de steden. De behoefde aan steeds grotere kazerne- en oefenterreinen nam toe, om voertuigen te parkeren en een mobiele oorlog te oefenen. De nieuwe kazernes moesten dus vrij liggen, om omwondenden minder te hinderen, maar ook zo dicht als mogelijk bij de oefenterreinen. Uit strategische overwegingen moest ook grondwater aanwezig zijn dat zonder bijzondere installaties voor drinkwater geschikt zou zijn.[1]

Anno 2013 zijn er in Nederland 47 functionele kazernes. Deze kazernes zijn voornamelijk geconcentreerd op de zandgronden van de Veluwe. Andere kazernes bevinden voornamelijk op de zandgrond van Noord-Brabant. Ten slotte heeft Den Haag een concentratie van soldatenhuizen. De sluitingen hebben vooral plaatsgevonden in Duitsland, Noord-Brabant en aan de rand van de Veluwe. De huidige concentratie van kazernes op de Veluwe is niet zo vreemd omdat hier ook de meeste militaire oefenterreinen zich bevinden. Als men naar de spreidingskaart van kazernes kijkt, valt het op dat deze zich altijd in de buurt van een oefenterrein bevinden. Die bevinden zich op de heide en zandgrond waar een beetje reliëf is.

Bestaande kazernes 2018 Gesloten kazernes 2018
Lauwersmeer Appingedam (2x) Leiden (2x)
Assen Zuidlaren Haarlem (2x)
Havelte Leeuwarden Amsterdam (3x)
Oldebroek Steenwijk Nieuwersluis
't Harde Kampen Budel
Wezep Wezep Laren
Harskamp Nunspeet Bussum
Ermelo Ermelo Harderwijk (2x) Naarden
Nieuw-Milligen Schalkhaar Hohne (D)
Apeldoorn (2x) Deventer Langemannshof (D)
Eibergen Eefde Seedorf (D)
Arnhem De Lier Weert
Ede (2x) Ede (5x) Den Haag (2x)
Harderwijk Nijmegen (3x)
Stroe Grave
Garderen 's-Hertogenbosch (3x)
Soesterberg Vught
Zeist (2x) Tilburg (2x)
Amersfoort Eindhoven
Hilversum Veldhoven
Utrecht Roermond
Doorn Venlo
Culemborg Maastricht
De Peel Breda (3x)
Den Hoorn Ossendrecht
Den Helder Middelburg
Oirschot Bergen op Zoom (5x)
Vught (2x) Geertruidenberg
Breda (2x) Keizersveer
Roosendaal Gorinchem (3x)
Vlissingen Waardenburg
Rotterdam Dordrecht
Den Haag (4x) Schoonhoven
Amsterdam Gouda

Andere bestemmingen voor kazernes

Door moderniseringen en afslankingen bij de Europese legers komen heel wat kazernes leeg te staan, waarvoor nieuwe bestemmingen moeten worden gezocht. Een voorbeeld hiervan is het Klein Kasteeltje in Brussel, dat nu asielzoekers herbergt. Of de Dossinkazerne in Mechelen van waaruit de transporten naar Duitsland vertrokken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Deze werd omgevormd tot appartementencomplex en museum. In Nederland is de Oranje Nassaukazerne te Amsterdam omgebouwd tot appartementencomplex. Andere kazernes zijn afgebroken, zoals de Alexanderkazerne en de Frederikskazerne in Den Haag. Zo is de Boreelkazerne in Deventer omgebouwd tot winkelcentrum.