Pumi (hondenras): verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 33: Regel 33:
Maat en gewicht:
Maat en gewicht:
schofthoogte: reu 41 - 47 cm (ideaal 43 - 45); teef 38 - 44 cm (ideaal 40 - 42). Gewicht: reuen 10 - 15 kg (ideaal 12 - 13); teven 8 - 13 kg (ideaal 10 - 11).
schofthoogte: reu 41 - 47 cm (ideaal 43 - 45); teef 38 - 44 cm (ideaal 40 - 42). Gewicht: reuen 10 - 15 kg (ideaal 12 - 13); teven 8 - 13 kg (ideaal 10 - 11).

==Verzorging==
De vacht van de Pumi bestaat uit halflange haren die in krullerige bosjes bij elkaar staan. De vacht is dik en lang, maar vormt geen koorden. Zijn vacht heeft een isolerende werking, zodat de Pumi ook bij vochtig weer en op nat terrein goed kan werken. Het haar droogt vrij snel als het nat is geworden. Het haar van de Pumi mag niet vervilten. Toch heeft het vaak wel de neiging hiertoe. Hij moet dan ook regelmatig gekamd worden. Honden die geshowd worden, worden getoiletteerd.


==Karakter==
==Karakter==

Versie van 18 dec 2009 16:12

Pumi
Hondenras
Basisinformatie
Andere namen Pumi
Oorsprong Hongarije
Classificatie FCI #56 Groep 1 Sectie 1
Lijst van hondenrassen

Een pumi is een in Hongarije gefokte hond.

Geschiedenis

In 't kort De pumi is een kwieke hond met een uitgesproken intelligentie. Hij heeft veel 'will to please' en is een vrolijke kameraad die goed als gezinshond gehouden kan worden. Hij is leergierig en past zich gemakkelijk aan zijn omgeving aan. De Pumi heeft een moedig en waakzaam karakter. Hij kan wel wat luidruchtig zijn; hij blaft erg graag. Dit kan hem echter vaak wel afgeleerd worden. Naar vreemden kan hij zich wat terughoudend opstellen en hij is soms wat eenkennig. De Pumi is een gezond ras dat weinig erfelijke afwijkingen of problemen kent. Fokdieren worden gecontroleerd op heupdysplasie (HD).

De Pumi is niet zo oud als de Puli. Hij is zeer waarschijnlijk ontstaan uit kruisingen tussen Puli's en Duitse Keeshonden. Daarnaast zouden ook nog de Franse Briard en mogelijk ook Terriërs zijn ingekruist. Deze honden kwamen rond 1760 naar Hongarije met de kuddes Merinosschapen die toen werden geïmporteerd. Dat er Terriërs zijn ingekruist is nooit bewezen, maar wie naar de Pumi kijkt, herkent in hem direct zijn Terrierverwantschap.



Gebruik

Zijn belangrijkste functie was (en is nog steeds) het drijven van het vee. De pumi is een vrolijke hond met veel energie. Hij is niet voor een kleintje vervaard en gebruikt zijn stem graag bij zijn werk. In de oude standaard stond dat hij 'onmogelijk stil te krijgen' is. Dit is overigens niet waar. Zoals bij de meeste werkhondenrassen is een consequente opvoeding noodzakelijk. Wanneer u de Pumi duidelijk leiding geeft en u hem duidelijk maakt dat u oeverloos geblaf niet op prijs stelt is hij redelijk stil te krijgen. De Pumi is, met zijn bravoure en alerte waaksheid, een ideale waakhond. De pumi heeft zijn werkgebied voornamelijk in de steden. De Pumi is een veelzijdige hond: naast het werk in de kudde als hoeder van schapen, varkens en runderen, en zijn functie als erfhond, wordt hij ook ingezet bij de jacht op het wilde zwijn. Hier komt zijn terriërbloed tot zijn recht! Hij is bovendien een goede muizen- en rattenverdelger. Tenslotte wordt de Pumi als huishond gehouden.

Uiterlijk

de Pumi is een middelgrote hond. De lengte van het lichaam komt overeen met de schofthoogte van de hond. Daardoor oogt de hond kwadratisch. De pumi is fijn van bot en is erg goed bespierd. Belangrijk kenmerk van het uiterlijk van de pumi zijn de hoog aangezette oren. Het bovenste deel van de oorpunten buigt iets naar voren. De oren zijn middelmatig groot en heben de vorm van een omgekeerde V.

De beharing is wollig en los en hangt samen in bosjes, en is nooit glad of in strengen hangend. Gemiddeld zijn de haren 4 tot 7 cm lang. De bovenvacht is draadharig, terwijl de ondervacht zacht is. Samen vormen deze haren de lokken. De verhouding tussen de beide vachten is dan 50 -50% tot 65 - 35%. De beharing aan de oren is middellang, dicht en draadharig en wijst naar boven. Niet teveel beharing rond de ogen en voorsnuit.

Kleur: zwart, diverse schakeringen grijs, wit, maskos fako (lichtbruin met zwart masker), of cremekleurig (donker masker gewenst). Chocoladekleur, black and tan of bontkleuren zijn grond tot diskwalificatie. Een witte borstvlek van maximaal 3 cm in diameter of een witte lijn van maximaal 3 cm is toegestaan.

Maat en gewicht: schofthoogte: reu 41 - 47 cm (ideaal 43 - 45); teef 38 - 44 cm (ideaal 40 - 42). Gewicht: reuen 10 - 15 kg (ideaal 12 - 13); teven 8 - 13 kg (ideaal 10 - 11).

Verzorging

De vacht van de Pumi bestaat uit halflange haren die in krullerige bosjes bij elkaar staan. De vacht is dik en lang, maar vormt geen koorden. Zijn vacht heeft een isolerende werking, zodat de Pumi ook bij vochtig weer en op nat terrein goed kan werken. Het haar droogt vrij snel als het nat is geworden. Het haar van de Pumi mag niet vervilten. Toch heeft het vaak wel de neiging hiertoe. Hij moet dan ook regelmatig gekamd worden. Honden die geshowd worden, worden getoiletteerd.

Karakter

De Pumi is een echte gezinshond. Hij is zeer temperamentvol en levendig van aard en altijd alert en moedig en houdt, waar hij ook komt alles onder controle. Hij is wantrouwend tegenover vreemden. De Pumi heeft bij zijn werk altijd gebruik gemaakt van zijn stem om de kudde in beweging te laten komen. Bovendien liet hij met een blafje aan zijn baas weten dat hij diens commando had begrepen en blafte opnieuw als hij het betreffende commando uitvoerde. Zijn blaf had dus een duidelijke functie. De pumi die als huishond gehouden wordt, zal nog steeds zijn stem veelvuldig gebruiken. Hij blaft nou eenmaal erg graag en het is hem soms maar moeilijk af te leren. In ieder geval iets om rekening mee te houden voordat u overgaat tot de aanschaf van dit bijzondere ras. Positief hieraan is dat geen inbreker ongemerkt uw huis binnenkomt. De Pumi meldt met grote ijver alles wat hem vreemd of ongewoon voorkomt. Het ras is zeer geschikt voor agility.


Externe links