Wereldtentoonstelling van 1894 (Antwerpen)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Strepulah (overleg | bijdragen) op 16 mrt 2020 om 20:34.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
EXPO 1894 Antwerpen
Affiche
BIE-classificatie Niet erkende tentoonstelling
Naam Exposition Universelle d'Anvers 1894
Oppervlakte 65,5 are
Aantal bezoekers 3.000.000
Ligging
Land Vlag van België België
Locatie Het Zuid
Coördinaten 51° 12′ NB, 4° 23′ OL
Data
Openingsdatum 5 mei 1894
Sluitingsdatum 5 november 1894
Universele-tentoonstellingen
Vorige World's Columbian Exposition (1893) in Chicago
Volgende Wereldtentoonstelling van 1897 in Brussel
Tegelijk
Overige California Midwinter International Exposition en Exposition universelle, internationale et coloniale

De Wereldtentoonstelling van 1894 (Exposition Internationale d'Anvers) was de wereldtentoonstelling die te Antwerpen werd gehouden van 5 mei tot 5 november 1894 op de terreinen rond het Zuid, waar reeds de Wereldtentoonstelling van 1885 plaatsvond. Naast pronkstukken uit de industriële revolutie was er ook een Congolees dorp te zien. Antwerpen was zelf vertegenwoordigd door een nagebouwd deel van de stad uit de Gouden Eeuw.

Algemeen

De wereldtentoonstelling in Antwerpen moest de stad weer op de kaart zetten als internationale speler. Enkel de haven van Antwerpen was in 1894 nog op wereldniveau en dit was dan ook het terugkerende thema van de expo. Zo werd de koloniale handel vanuit Congo gepromoot met een Congolees dorp met authentieke bewoners en elementen. Daarnaast was Oud-Antwerpen, een nagemaakt stadsdeel uit de 16de eeuw, eveneens een link met de Gouden Eeuw van Antwerpen. Oud-Antwerpen was niet alleen een uiting van heimwee naar de Gouden Eeuw, het pronkstuk van de wereldtentoonstelling moest ook het belang van Antwerpen als kunststad benadrukken. Sinds de jaren 1870 was het zwaartepunt van de kunstmarkt verschoven van Antwerpen naar Brussel.[1]

De stad zelf was geen organisator van deze wereldtentoonstelling. Een tijdelijk vennootschap werd speciaal hiervoor opgericht. De gegoede burger kon voor een maandwedde van 100 BEF een aandeel kopen. Zo’n aandeel was gegeerd want het was prestigieus om je naam te verbinden aan dit evenement.[1]

Oud-Antwerpen

Prent van nagespeeld steekspel in Oud-Antwerpen, 1894.

Er werd ook een gedeelte "Oud-Antwerpen" opgericht, in het Frans “Vieil-Anvers” genoemd. Frans Van Kuyck, verbonden aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen, samen met Eugeen Geeds, Max Rooses en Jan Adriaensen zorgden voor de uiteindelijke vormgeving en afwerking van deze heropgebouwde 16de-eeuwse stadswijk met ongeveer zeventig bewoonde huizen. Deze prestatie werd met lof overladen in de binnenlandse en buitenlandse pers.[2]

De bezoekers van Oud-Antwerpen betraden het oude stadsdeel door de gereconstrueerde Kipdorppoort, die door het stadsbestuur nog geen dertig jaar voordien was afgebroken.[1] Het geraamte van de huizen was uitsluitend uit hout opgetrokken, bekleed met uiterst stevig karton, waarop daarna de schilden en uithangborden, bakstenen en dergelijke, geschilderd werden op zeer realistische manier. Er waren overdag bewoners die een typisch ambacht van toen uitvoerden terwijl ze rondliepen in aangepaste kledij, conform het Antwerpen van de zestiende eeuw. In de gebouwen werden wassen beelden gezet, opdat ze permanent bewoond leken.[3] De bewoners waren vooral afkomstig vanuit de burgerlijke elite-klasse, en wel omwille van een recente politieke ontwikkeling: in 1893 werd het algemeen meervoudig stemrecht goedgekeurd en een jaar later vonden de eerste parlementsverkiezingen plaats met deze hervormingen. Alle mannelijke Belgen ouder dan 25 jaar kregen met de opkomstplicht de kans om hun stem uit te brengen.[4] De burgerlijke elite van de stad Antwerpen trok zich terug van de massademocratie in de fictieve wijk om “zich te distantiëren van de zich aandienende nieuwe samenleving”.[1]

Hoewel wereldtentoonstellingen zich vooral focusten op technologische en industriële vernieuwingen, konden paradoxaal genoeg representaties van het pre-industriële tijdperk, zoals Oud-Antwerpen, op veel bijval rekenen onder de bezoekers. Het organiserend comité van Oud-Antwerpen wilde inspelen op een probleem dat meermaals de kop opstak tijdens wereldtentoonstellingen, namelijk dat bezoekers aangaven “steeds sneller uitgeput en verveeld te zijn van het zich vergapen aan machines, turbines en andere verworvenheden van de moderniteit”.[5] De nood aan interactie tussen toeschouwer en het tentoongestelde was zeer hoog.

Naast een uitvlucht voor de moderne samenleving en een actievere rol voor de toeschouwer liep Oud-Antwerpen nog in de kijker met een andere bijzonderheid, namelijk het gebruik van het Nederlands in de gereconstrueerde wijk. De tijdelijke bewoners van de wijk Oud-Antwerpen, de Franstalige bourgeoisie, moesten in deze taal communiceren, om de waarheidsgetrouwheid van het hele gebeuren te bewaren.[6]

Statistieken

Deelnemers[7]

Er deden in totaal 26 landen mee.

Andere[8]

  • Bezoekersaantal: 3 miljoen.
  • Oppervlakte: 65,5 are.
  • Toegangsprijs: 1 BEF. Het doelpubliek was niet de modale Belg maar de gegoede burger. De toegangsprijs van 1 frank was te hoog voor een arbeider, die gemiddeld 2,5 BEF per dag verdiende. Pas in 1930 werd ook de middenklasse betrokken.
  • Totale kostprijs: 4 miljoen BEF. De stad Antwerpen sponsorde een half miljoen.
Gravure van het grondplan
Gravure van het grondplan
Zie de categorie Exposition Universelle d'Anvers (1894) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.