René Veenstra: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Interactief door geschiedenis bladeren
← Oudere bewerkingNieuwere bewerking →
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
VisueelWikitekst
UGsociology (overleg | bijdragen)
49 bewerkingen
Verdere tekstuele wijzigingen doorgevoerd
UGsociology (overleg | bijdragen)
49 bewerkingen
Alle referenties gecheckt
Regel 21: Regel 21:
| website = rene-veenstra.nl
| website = rene-veenstra.nl
}}
}}
'''René Veenstra''' ([[Groningen (stad)|Groningen]], [[16 oktober]] [[1969]]) is een Nederlands [[hoogleraar]] [[sociologie]] aan de [[Rijksuniversiteit Groningen]]. Hij is wetenschappelijk directeur van het ''Interuniversitair Centrum voor Sociaal-Wetenschappelijke Theorie en Methodologie'' (ICS).<ref>{{Citeer web |url=https://ics-graduateschool.nl/ |titel=ICS {{!}} Interuniversity Center for Social Science Theory and Methodology |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=ICS |taal=en}}</ref> Het ICS is een gezamenlijke graduate school van de sociologie-afdelingen van de Rijksuniversiteit Groningen, de [[Universiteit Utrecht]], de [[Radboud Universiteit Nijmegen]] en de [[Universiteit van Amsterdam]]. In 2011 werd hij benoemd tot hoogleraar sociologie. Zijn oratie gaf hij in 2013.<ref>[http://www.rene-veenstra.nl/inaugural-lecture/ Veenstra, R. (2014). Groepsprocessen bij jongeren: Over pesten en ander probleemgedrag. Kind en Adolescent, 35, 86-99]</ref>
'''René Veenstra''' ([[Groningen (stad)|Groningen]], [[16 oktober]] [[1969]]) is een Nederlands [[hoogleraar]] [[sociologie]] aan de [[Rijksuniversiteit Groningen]]. Hij is wetenschappelijk directeur van het ''Interuniversitair Centrum voor Sociaal-Wetenschappelijke Theorie en Methodologie'' (ICS).<ref>{{Citeer web |url=https://ics-graduateschool.nl/ |titel=ICS {{!}} Interuniversity Center for Social Science Theory and Methodology |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=ICS |taal=en}}</ref> Het ICS is een gezamenlijke graduate school van de sociologie-afdelingen van de Rijksuniversiteit Groningen, de [[Universiteit Utrecht]], de [[Radboud Universiteit Nijmegen]] en de [[Universiteit van Amsterdam]]. In 2011 werd hij benoemd tot hoogleraar sociologie. Zijn oratie gaf hij in 2013.<ref>[http://www.rene-veenstra.nl/inaugural-lecture/ Veenstra, R. (2014). Groepsprocessen bij jongeren: Over pesten en ander probleemgedrag. Kind en Adolescent, 35, 86-99]</ref> In 2022 hield hij een lezing in de [[Martinikerk (Groningen)|Martinikerk]] bij de opening van het [[Academisch jaar|Academisch Jaar]] in Groningen.<ref>{{Citeer web |url=https://www.socialevraagstukken.nl/laat-geen-enkele-leerling-aan-zijn-lot-over/ |titel=Laat geen enkele leerling aan zijn lot over |achternaam=Veenstra |voornaam=René |datum=2022-10-15 |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=Sociale Vraagstukken |taal=nl}}</ref>


== Biografie ==
== Biografie ==
Veenstra studeerde in 1994 af in de [[Onderwijskunde]] en Algemene [[Pedagogiek]] aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 1999 promoveerde hij bij Jules Peschar en [[Tom Snijders]] op het proefschrift ''Leerlingen – klassen – scholen: Prestaties en vorderingen van leerlingen in het voortgezet onderwijs''.<ref>[http://www.rene-veenstra.nl/phd-thesis/ Samenvatting van het proefschrift van René Veenstra (1999)]</ref> Van 2000 tot en met 2004 werkte hij als [[postdoc]] en datamanager bij TRAILS (TRacking Adolescents’ Individual Lives Survey). TRAILS is een onderzoek dat sinds 2001 een groep Noord Nederlandse jongeren volgt in hun ontwikkeling. Ruim 2500 jongeren krijgen elke twee jaar vragenlijsten, interviews en andere tests. Zo onderzoekt TRAILS zowel hun lichamelijke als geestelijke ontwikkeling.<ref>[http://www.trails.nl/hoofdmenu/over-trails TRAILS is een lang lopend onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen]</ref>
Veenstra studeerde in 1994 af in de [[Onderwijskunde]] en Algemene [[Pedagogiek]] aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 1999 promoveerde hij bij Jules Peschar en [[Tom Snijders]] op het proefschrift ''Leerlingen – klassen – scholen: Prestaties en vorderingen van leerlingen in het voortgezet onderwijs''.<ref>[http://www.rene-veenstra.nl/phd-thesis/ Samenvatting van het proefschrift van René Veenstra (1999)]</ref> Van 2000 tot en met 2004 werkte hij als [[postdoc]] en datamanager bij TRAILS (TRacking Adolescents’ Individual Lives Survey). TRAILS is een onderzoek dat sinds 2001 een groep Noord Nederlandse jongeren volgt in hun ontwikkeling. Ruim 2500 jongeren krijgen elke twee jaar vragenlijsten, interviews en andere tests. Zo onderzoekt TRAILS zowel hun lichamelijke als geestelijke ontwikkeling.<ref>[http://www.trails.nl/hoofdmenu/over-trails TRAILS is een lang lopend onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen]</ref>


In 2010 voerde Tinka Veldhuis, onder begeleiding van [[Siegwart Lindenberg]] en René Veenstra, in opdracht van het [[Ministerie van Justitie]] een onderzoek uit naar de effectiviteit van de [[Penitentiaire Inrichting Vught|penitentiare inrichtingen van Vught]] en De Schie.<ref>[http://wodc.nl/onderzoeksdatabase/evaluatie-ta.aspx?cp=44&cs=6796 Terroristen in detentie, evaluatie van de Terroristenafdeling.] (Evaluatierapport in opdracht van Ministerie van Justitie)</ref> In 2015 ontving hij van [[Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek|NWO]] een Vici [[Beurs (geldsom)|Beurs]] voor het onderzoek ''Anti-bullying programs 2.0: Tailored interventions to minimize bullying''. Sinds 2016 gaf hij onder de titel "De pest aan pesten" geregeld een kindercollege over zijn onderzoek.<ref>[http://www.rug.nl/news/2016/09/kindercollege_-de-pest-aan-pesten Kindercollege: De pest aan pesten.]</ref>
In 2010 voerde Tinka Veldhuis, onder begeleiding van [[Siegwart Lindenberg|Siegwart Lindenberg,]] Ernestine Gordijn en René Veenstra, in opdracht van het [[Ministerie van Justitie]] een onderzoek uit naar de effectiviteit van de [[Penitentiaire Inrichting Vught|penitentiare inrichtingen van Vught]] en De Schie.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veldhuis |voornaam=Tinka M. |titel=Terroristen in detentie |url=https://repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/1842 |jaargang= |tijdschrift=Groningen |datum=2010 |taal=en |last2=Gordijn |first2=Ernestine H. |last3=Lindenberg |first3=Siegwart M. |last4=Veenstra |first4=René}}</ref> In 2015 ontving hij van [[Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek|NWO]] een Vici [[Beurs (geldsom)|Beurs]] voor het onderzoek ''Anti-bullying programs 2.0: Tailored interventions to minimize bullying''. Sinds 2016 gaf hij onder de titel "De pest aan pesten" geregeld een kindercollege over zijn onderzoek.<ref>[http://www.rug.nl/news/2016/09/kindercollege_-de-pest-aan-pesten Kindercollege: De pest aan pesten.]</ref>


Veenstra is lid van de stuurgroep van het onderzoeksprogramma GUTS<ref>{{Citeer web |url=https://growinguptogetherinsociety.com/ |titel=GUTS |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=growinguptogetherinsociety.com |taal=en}}</ref> (Growing Up Together in Society), gefinancierd door het [[Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap]] met 22 miljoen euro. Dit 10-jarige programma (2023-2032), onder leiding van [[Eveline Crone]], heeft de ambitie om de optimale kansen voor jongeren te onderzoeken, zowel voor zichzelf als voor de huidige en toekomstige samenleving. In GUTS wordt sociaal-netwerkonderzoek gecombineerd met hersenonderzoek.<ref>[http://www.rene-veenstra.nl/wp-content/uploads/2019/07/KiVa_VeenstraJEP14.pdf Veenstra, R., Lindenberg, S., Huitsing, G., Sainio, M., & Salmivalli, C. (2014). The role of teachers in bullying: The relation between antibullying attitudes, efficacy, and efforts to reduce bullying. Journal of Educational Psychology, 106, 1135-1143.]</ref>
Veenstra is lid van de stuurgroep van het onderzoeksprogramma GUTS<ref>{{Citeer web |url=https://growinguptogetherinsociety.com/ |titel=GUTS |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=growinguptogetherinsociety.com |taal=en}}</ref> (Growing Up Together in Society), gefinancierd door het [[Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap]] met 22 miljoen euro. Dit 10-jarige programma (2023-2032), onder leiding van [[Eveline Crone]], heeft de ambitie om de optimale kansen voor jongeren te onderzoeken, zowel voor zichzelf als voor de huidige en toekomstige samenleving. In GUTS wordt sociaal-netwerkonderzoek gecombineerd met hersenonderzoek.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Güroğlu |voornaam=Berna |titel=Neural Underpinnings of Peer Experiences and Interactions: A Review of Social Neuroscience Research |url=https://muse.jhu.edu/pub/27/article/856076 |jaargang=67 |tijdschrift=Merrill-Palmer Quarterly |datum=2021 |nummer=4 |doi=10.1353/mpq.2021.0021 |issn=1535-0266 |pagina's=416–456 |last2=Veenstra |first2=René}}</ref>


== Erkenning ==
== Erkenning ==
Regel 34: Regel 34:


== Onderzoek ==
== Onderzoek ==
Veenstra onderzoekt en geeft leiding aan onderzoek naar de sociale ontwikkeling van [[Adolescentie|adolescenten]]. Deze onderzoekslijn verklaart het menselijk [[gedrag]] vanuit een goal-framing benadering<ref>[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20438454 Veenstra, R., Lindenberg, S., Munniksma, A., & Dijkstra, J. K. (2010). The complex relation between bullying, victimization, acceptance, and rejection: Giving special attention to status, affection, and sex differences. Child Development, 81, 480-486]</ref> en bestudeert sociale normen<ref name=":0">[https://journals.sagepub.com/doi/10.1177/01650254221100228 Veenstra, R., & Lodder, G. M. A. (2022). On the microfoundations of the link between classroom social norms and behavioral development. International Journal of Behavioral Development, 46, 453-460, doi: 10.1177/01650254221100228.]</ref>, [[sociale invloed]]<ref name=":1">Veenstra, R., & Laninga-Wijnen, L. (2022). Peer network studies and interventions in adolescence. Current Opinion in Psychology, 44, 157-163, doi: 10.1016/j.copsyc.2021.09.015.[https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S2352250X21001846]</ref> en de fijne-schoolparadox<ref name=":2">Huitsing, G., Lodder, G. M. A., Oldenburg, B., Schacter, H. L., Salmivalli, C., Juvonen, J., & Veenstra, R. (2019). The Healthy Context Paradox: Victims’ adjustment during an anti-bullying intervention. Journal of Child and Family Studies, 28, 2499-2509, doi: 10.1007/s10826-018-1194-1.[https://link.springer.com/content/pdf/10.1007/s10826-018-1194-1.pdf]</ref>. Zijn onderzoeklijn maakt gebruik van verschillende [[analyse]]technieken, inclusief [[sociaal netwerk|sociale-netwerkanalyse]] technieken zoals Siena, een programma ontwikkeld door [[Tom Snijders]], de promotor van Veenstra.<ref>[https://www.stats.ox.ac.uk/~snijders Informatie van Prof. dr. Tom Snijders over onder meer de analysetechniek Siena.]</ref><ref>[http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/jora.12070/abstract Veenstra, R., Dijkstra, J. K., Steglich, C., & Van Zalk, M. H. W. (2013). Network-behavior dynamics. Journal of Research on Adolescence, 23, 399-412]</ref> Om meer inzicht in de ontwikkeling van gedrag te krijgen, worden [[Synchronisch versus diachronisch|longitudinale]] [[dataset]]s gebruikt, zoals SNARE<ref>{{Citeer boek |titel=SNARE Codebook |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=L. |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/JX2FYB |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2023-03-02}}</ref>, KiVa NL<ref>{{Citeer boek |titel=The KiVa Anti-Bullying Program in the Netherlands: Waves 1-5 |achternaam=Veenstra |voornaam=R. |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/QAY3CW |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2020-03-06}}</ref> en PRIMS.<ref>{{Citeer boek |titel=Peer Relations in the Transition from Primary to Secondary education (PRIMS) |achternaam=Zwier |voornaam=Dieuwke |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/U6XDT0 |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2023-03-01}}</ref>
Veenstra onderzoekt en geeft leiding aan onderzoek naar de sociale ontwikkeling van [[Adolescentie|adolescenten]]. Deze onderzoekslijn verklaart het menselijk [[gedrag]] vanuit een goal-framing benadering<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |titel=The Complex Relation Between Bullying, Victimization, Acceptance, and Rejection: Giving Special Attention to Status, Affection, and Sex Differences |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/j.1467-8624.2009.01411.x |jaargang=81 |tijdschrift=Child Development |datum=2010 |taal=en |nummer=2 |doi=10.1111/j.1467-8624.2009.01411.x |pagina's=480–486 |last2=Lindenberg |first2=Siegwart |last3=Munniksma |first3=Anke |last4=Dijkstra |first4=Jan Kornelis}}</ref> en bestudeert sociale normen<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |titel=On the microfoundations of the link between classroom social norms and behavioral development |url=http://journals.sagepub.com/doi/10.1177/01650254221100228 |jaargang=46 |tijdschrift=International Journal of Behavioral Development |datum=2022 |taal=en |nummer=5 |doi=10.1177/01650254221100228 |issn=0165-0254 |pagina's=453–460 |last2=Lodder |first2=Gerine M. A.}}</ref>, [[sociale invloed]]<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |titel=Peer network studies and interventions in adolescence |url=https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S2352250X21001846 |jaargang=44 |tijdschrift=Current Opinion in Psychology |datum=2022 |taal=en |doi=10.1016/j.copsyc.2021.09.015 |issn=2352-250X |pagina's=157–163 |last2=Laninga-Wijnen |first2=Lydia}}</ref> en de fijne-schoolparadox<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Huitsing |voornaam=Gijs |titel=The Healthy Context Paradox: Victims’ Adjustment During an Anti-Bullying Intervention |url=https://doi.org/10.1007/s10826-018-1194-1 |jaargang=28 |tijdschrift=Journal of Child and Family Studies |datum=2019 |taal=en |nummer=9 |doi=10.1007/s10826-018-1194-1 |issn=1573-2843 |pagina's=2499–2509 |last2=Lodder |first2=Gerine M. A. |last3=Oldenburg |first3=Beau |last4=Schacter |first4=Hannah L. |last5=Salmivalli |first5=Christina}}</ref>. Zijn onderzoeklijn maakt gebruik van verschillende [[analyse]]technieken, inclusief [[sociaal netwerk|sociale-netwerkanalyse]] technieken zoals Siena, een programma ontwikkeld door [[Tom Snijders]], de promotor van Veenstra.<ref>[https://www.stats.ox.ac.uk/~snijders Informatie van Prof. dr. Tom Snijders over onder meer de analysetechniek Siena.]</ref><ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |titel=Network-Behavior Dynamics |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/jora.12070 |jaargang=23 |tijdschrift=Journal of Research on Adolescence |datum=2013 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1111/jora.12070 |pagina's=399–412 |last2=Dijkstra |first2=Jan Kornelis |last3=Steglich |first3=Christian |last4=Van Zalk |first4=Maarten H. W.}}</ref> Om meer inzicht in de ontwikkeling van gedrag te krijgen, worden [[Synchronisch versus diachronisch|longitudinale]] [[dataset]]s gebruikt, zoals SNARE<ref>{{Citeer boek |titel=SNARE Codebook |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=Lydia |medeauteurs=Dijkstra, Jan Kornelis, Franken, Aart, Gremmen, Mariola C., Harakeh, Zeena, Pattiselanno, Kim, Van Rijsewijk, Loes G. M., Vollebergh, Wilma A. M., & Veenstra, René |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/JX2FYB |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2023-03-02}}</ref>, KiVa NL<ref>{{Citeer boek |titel=The KiVa Anti-Bullying Program in the Netherlands: Waves 1-5 |achternaam=Veenstra |voornaam=René |medeauteurs=Huitsing, Gijs, Oldenburg, Beau, Van der Ploeg, Rozemarijn, Rambaran, J. Ashwin, Lodder, Gerine M. A., & Berends, Sanne. M. |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/QAY3CW |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2020-03-06}}</ref> en PRIMS.<ref>{{Citeer boek |titel=Peer Relations in the Transition from Primary to Secondary education (PRIMS) |achternaam=Zwier |voornaam=Dieuwke |medeauteurs=Lorijn, Sofie J., Van den Brink, Eline, Bol, Thijs, Geven, Sara, Van de Werfhorst, Herman G., Engels, Maaike C., & Veenstra, René |url=https://dataverse.nl/dataset.xhtml?persistentId=doi:10.34894/U6XDT0 |taal=en |uitgever=DataverseNL |datum=2023-03-01}}</ref>


Sinds 2005 doet Veenstra onderzoek naar pesten''.''<ref>[https://scholar.google.com/citations?view_op=view_citation&hl=en&user=_9OVrqMAAAAJ&citation_for_view=_9OVrqMAAAAJ:u5HHmVD_uO8C Veenstra R., Lindenberg S., Oldehinkel A.J., De Winter A.F., Verhulst F.C., ...& Ormel J. (2005) ''Bullying and victimization in elementary schools: a comparison of bullies, victims, bully/victims, and uninvolved preadolescents.'' Developmental psychology 41 (4), 672-682]</ref> In 2010 pleitte hij voor het stoppen van de wildgroei van anti-pestprogramma's in scholen, omdat de meeste programma's niet werken of zelfs een averechts effect hebben.<ref>{{Aut|R. Veenstra}}: [http://www.gezondheidskrant.nl/22491/dr-rene-veenstra-stop-de-wildgroei-van-anti-pestprogramma/ Stop de wildgroei van anti-pestprogramma's]. ''Gezondheidskrant'', 5 januari 2011.</ref> In 2018 werkte Veenstra mee aan een onderzoek naar de effectiviteit van tien veelgebruikte anti-pestprogramma's. Daaruit bleek dat PRIMA, KiVa, Taakspel en Alles Kidzzz goed werken. De eerste twee zijn universele programma's waarbij de hele school wordt betrokken. Taakspel is een programma gericht op moeilijke klassen. Alles Kidzzz is een individueel programma voor kinderen met een agressieprobleem. Het onderzoek 'Wat werkt tegen pesten?' werd in een [https://www.youtube.com/watch?v=p9d21zQaSe8&feature=youtu.be kennisclip] uitgelegd.<ref>[https://web.archive.org/web/20181209124049/https://www.uu.nl/sites/default/files/eindrapport-wat-werkt-tegen-pesten.pdf Orobio de Castro, B., Mulder, S., Van der Ploeg, R., Onrust, S., Stoltz, S., Buil, M., De Wit, I., Buitenhuis, L., Cillessen, T., Veenstra, R., Van Lier, P., Dekovic, M., & Scholte, R. (2018). Wat Werkt Tegen Pesten? Effectiviteit van kansrijke programma’s tegen pesten in de Nederlandse onderwijspraktijk. Den Haag: Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek.]</ref>
Sinds 2005 doet Veenstra onderzoek naar pesten''.''<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |titel=Pesten |url=https://doi.org/10.1007/BF03060956 |jaargang=26 |tijdschrift=Kind en adolescent |datum=2005-09-01 |taal=nl |nummer=3 |doi=10.1007/BF03060956 |issn=1876-5998 |pagina's=133–140 |last2=Lindenberg |first2=Siegwart |last3=Oldehinkel |first3=Albertine J. |last4=de Winter |first4=Andrea F. |last5=Verhulst |first5=Frank C.}}</ref> In 2011 pleitte hij voor het stoppen van de wildgroei van anti-pestprogramma's in scholen, omdat de meeste programma's niet werken of zelfs een averechts effect hebben.<ref>{{Aut|R. Veenstra}}: [http://www.gezondheidskrant.nl/22491/dr-rene-veenstra-stop-de-wildgroei-van-anti-pestprogramma/ Stop de wildgroei van anti-pestprogramma's]. ''Gezondheidskrant'', 5 januari 2011.</ref> In 2018 werkte Veenstra mee aan een onderzoek naar de effectiviteit van tien veelgebruikte anti-pestprogramma's. Daaruit bleek dat PRIMA, KiVa, Taakspel en Alles Kidzzz goed werken. De eerste twee zijn universele programma's waarbij de hele school wordt betrokken. Taakspel is een programma gericht op moeilijke klassen. Alles Kidzzz is een individueel programma voor kinderen met een agressieprobleem. Het onderzoek 'Wat werkt tegen pesten?' werd in een [https://www.youtube.com/watch?v=p9d21zQaSe8&feature=youtu.be kennisclip] uitgelegd.<ref>[https://web.archive.org/web/20181209124049/https://www.uu.nl/sites/default/files/eindrapport-wat-werkt-tegen-pesten.pdf Orobio de Castro, B., Mulder, S., Van der Ploeg, R., Onrust, S., Stoltz, S., Buil, M., De Wit, I., Buitenhuis, L., Cillessen, T., Veenstra, R., Van Lier, P., Dekovic, M., & Scholte, R. (2018). Wat Werkt Tegen Pesten? Effectiviteit van kansrijke programma’s tegen pesten in de Nederlandse onderwijspraktijk. Den Haag: Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek.]</ref> In 2021 pleitte hij, in navolging van de kinderombudsvrouw [[Margrite Kalverboer]], om scholen te dwingen om pesten aan te pakken.<ref>{{Citeer web |url=https://www.socialevraagstukken.nl/elk-kind-heeft-recht-op-een-fijne-schooltijd/ |titel=Elk kind heeft recht op een fijne schooltijd |achternaam=Veenstra |voornaam=René |datum=2021-11-23 |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=Sociale Vraagstukken |taal=nl}}</ref>


== SNARE ==
== SNARE ==
''SNARE'' (Social Network Analysis of Risk behavior in Early adolescence) is een Nederlandse sociale-netwerkdataset met ongeveer 1800 leerlingen van twee scholen: één in het midden en één in het noorden van Nederland.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Dijkstra |voornaam=Jan Kornelis |titel=Explaining Adolescents’ Delinquency and Substance Use: A Test of the Maturity Gap: The SNARE study |url=http://journals.sagepub.com/doi/10.1177/0022427815582249 |jaargang=52 |tijdschrift=Journal of Research in Crime and Delinquency |datum=2015-08 |taal=en |nummer=5 |doi=10.1177/0022427815582249 |issn=0022-4278 |pagina's=747–767 |last2=Kretschmer |first2=Tina |last3=Pattiselanno |first3=Kim |last4=Franken |first4=Aart |last5=Harakeh |first5=Zeena}}</ref> Longitudinale sociale netwerkstudies met SNARE waren gericht op hoe vrienden elkaar selecteren en beinvloeden op bijvoorbeeld schoolprestaties<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Gremmen |voornaam=Mariola C. |titel=Adolescents’ Friendships, Academic Achievement, and Risk Behaviors: Same‐Behavior and Cross‐Behavior Selection and Influence Processes |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/cdev.13045 |jaargang=90 |tijdschrift=Child Development |datum=2019-03 |taal=en |nummer=2 |doi=10.1111/cdev.13045 |issn=0009-3920 |pagina's=e192–e211 |last2=Berger |first2=Christian |last3=Ryan |first3=Allison M. |last4=Steglich |first4=Christian E.G. |last5=Veenstra |first5=René}}</ref>, agressie<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=Lydia |titel=The Norms of Popular Peers Moderate Friendship Dynamics of Adolescent Aggression |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/cdev.12650 |jaargang=88 |tijdschrift=Child Development |datum=2017-07 |taal=en |nummer=4 |doi=10.1111/cdev.12650 |pagina's=1265–1283 |last2=Harakeh |first2=Zeena |last3=Steglich |first3=Christian |last4=Dijkstra |first4=Jan K. |last5=Veenstra |first5=René}}</ref><ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=Lydia |titel=The Role of Prosocial and Aggressive Popularity Norm Combinations in Prosocial and Aggressive Friendship Processes |url=https://doi.org/10.1007/s10964-019-01088-x |jaargang=49 |tijdschrift=Journal of Youth and Adolescence |datum=2020-03-01 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1007/s10964-019-01088-x |issn=1573-6601 |pmid=31407189 |pmc=PMC7079708 |pagina's=645–663 |last2=Steglich |first2=Christian |last3=Harakeh |first3=Zeena |last4=Vollebergh |first4=Wilma |last5=Veenstra |first5=René}}</ref> en hulpverlening.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Rijsewijk |voornaam=Loes G. M. |titel=The Interplay Between Adolescents' Friendships and the Exchange of Help: A Longitudinal Multiplex Social Network Study |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/jora.12501 |jaargang=30 |tijdschrift=Journal of Research on Adolescence |datum=2020-03 |taal=en |nummer=1 |doi=10.1111/jora.12501 |issn=1050-8392 |pmid=30969005 |pmc=PMC7064895 |pagina's=63–77 |last2=Snijders |first2=Tom A. B. |last3=Dijkstra |first3=Jan Kornelis |last4=Steglich |first4=Christian |last5=Veenstra |first5=René}}</ref><ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=van Rijsewijk |voornaam=Loes |titel=Who helps whom? Investigating the development of adolescent prosocial relationships. |url=http://doi.apa.org/getdoi.cfm?doi=10.1037/dev0000106 |jaargang=52 |tijdschrift=Developmental Psychology |datum=2016-06 |taal=en |nummer=6 |doi=10.1037/dev0000106 |issn=1939-0599 |pagina's=894–908 |last2=Dijkstra |first2=Jan Kornelis |last3=Pattiselanno |first3=Kim |last4=Steglich |first4=Christian |last5=Veenstra |first5=René}}</ref>
''SNARE'' (Social Network Analysis of Risk behavior in Early adolescence) is een Nederlandse sociale-netwerkdataset met ongeveer 1800 leerlingen van twee scholen: één in het midden en één in het noorden van Nederland.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Dijkstra |voornaam=Jan Kornelis |titel=Explaining Adolescents’ Delinquency and Substance Use: A Test of the Maturity Gap: The SNARE study |url=http://journals.sagepub.com/doi/10.1177/0022427815582249 |jaargang=52 |tijdschrift=Journal of Research in Crime and Delinquency |datum=2015 |taal=en |nummer=5 |doi=10.1177/0022427815582249 |issn=0022-4278 |pagina's=747–767 |last2=Kretschmer |first2=Tina |last3=Pattiselanno |first3=Kim |last4=Franken |first4=Aart |last5=Harakeh |first5=Zeena}}</ref> Longitudinale sociale netwerkstudies met SNARE waren gericht op hoe vrienden elkaar selecteren en beinvloeden op bijvoorbeeld schoolprestaties<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Gremmen |voornaam=Mariola C. |titel=Adolescents’ Friendships, Academic Achievement, and Risk Behaviors: Same‐Behavior and Cross‐Behavior Selection and Influence Processes |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/cdev.13045 |jaargang=90 |tijdschrift=Child Development |datum=2019 |taal=en |nummer=2 |doi=10.1111/cdev.13045 |issn=0009-3920 |pagina's=e192–e211 |last2=Berger |first2=Christian |last3=Ryan |first3=Allison M. |last4=Steglich |first4=Christian E.G. |last5=Veenstra |first5=René}}</ref>, agressie<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=Lydia |titel=Populaire jongeren zetten een norm voor vriendschappen en agressie in de klas |url=https://doi.org/10.1007/s12453-017-0160-9 |jaargang=38 |tijdschrift=Kind en adolescent |datum=2017 |taal=nl |nummer=4 |doi=10.1007/s12453-017-0160-9 |issn=1876-5998 |pagina's=212–232 |last2=Harakeh |first2=Zeena |last3=Steglich |first3=Christian E. G. |last4=Dijkstra |first4=Jan Kornelis |last5=Veenstra |first5=René}}</ref><ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Laninga-Wijnen |voornaam=Lydia |titel=The Role of Prosocial and Aggressive Popularity Norm Combinations in Prosocial and Aggressive Friendship Processes |url=https://doi.org/10.1007/s10964-019-01088-x |jaargang=49 |tijdschrift=Journal of Youth and Adolescence |datum=2020 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1007/s10964-019-01088-x |issn=1573-6601 |pmid=31407189 |pmc=PMC7079708 |pagina's=645–663 |last2=Steglich |first2=Christian |last3=Harakeh |first3=Zeena |last4=Vollebergh |first4=Wilma |last5=Veenstra |first5=René}}</ref> en hulpgedrag.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Rijsewijk |voornaam=Loes G. M. |titel=The Interplay Between Adolescents' Friendships and the Exchange of Help: A Longitudinal Multiplex Social Network Study |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/jora.12501 |jaargang=30 |tijdschrift=Journal of Research on Adolescence |datum=2020 |taal=en |nummer=1 |doi=10.1111/jora.12501 |issn=1050-8392 |pmid=30969005 |pmc=PMC7064895 |pagina's=63–77 |last2=Snijders |first2=Tom A. B. |last3=Dijkstra |first3=Jan Kornelis |last4=Steglich |first4=Christian |last5=Veenstra |first5=René}}</ref><ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=van Rijsewijk |voornaam=Loes |titel=Who helps whom? Investigating the development of adolescent prosocial relationships. |url=http://doi.apa.org/getdoi.cfm?doi=10.1037/dev0000106 |jaargang=52 |tijdschrift=Developmental Psychology |datum=2016 |taal=en |nummer=6 |doi=10.1037/dev0000106 |issn=1939-0599 |pagina's=894–908 |last2=Dijkstra |first2=Jan Kornelis |last3=Pattiselanno |first3=Kim |last4=Steglich |first4=Christian |last5=Veenstra |first5=René}}</ref>


== KiVa NL ==
== KiVa NL ==
''KiVa NL'' is een dataset verzameld om het anti-pestprogramma KiVa in Nederland te evalueren.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Huitsing |voornaam=Gijs |titel=A Large-Scale Replication of the Effectiveness of the KiVa Antibullying Program: a Randomized Controlled Trial in the Netherlands |url=https://doi.org/10.1007/s11121-020-01116-4 |jaargang=21 |tijdschrift=Prevention Science |datum=2020-07-01 |taal=en |nummer=5 |doi=10.1007/s11121-020-01116-4 |issn=1573-6695 |pmid=32394049 |pmc=PMC7305071 |pagina's=627–638 |last2=Lodder |first2=Gerine M. A. |last3=Browne |first3=Wiliam J. |last4=Oldenburg |first4=Beau |last5=Van der Ploeg |first5=Rozemarijn}}</ref> KiVa is oorspronkelijk een Fins programma en werd ontwikkeld door Christina Salmivalli.<ref>[http://www.nji.nl/nl/Databanken/Databank-Effectieve-Jeugdinterventies/Erkende-interventies/KiVa KiVa antipestprogramma van het Nederlands Jeugd Instituut]</ref><ref>[http://www.rug.nl/staff/g.e.huitsing/veenstra_huitsing_lbib_sept2012.pdf Achtergronden van het KiVa-project]</ref> De interventie is door het [[Nederlands Jeugdinstituut]] (NJI) effectief bevonden bij het voorkomen en oplossen van pesten op basisscholen.<ref>[https://www.kivaschool.nl/ Website van KiVa]</ref>. KiVa benadrukt de rol van de hele groep bij pesten. Leraren zijn belangrijk voor het geven van lessen aan leerlingen en het doorbreken van de macht die pesters over hun klasgenoten hebben.<ref>[https://muse.jhu.edu/article/856076/pdf Güroğlu, B., & Veenstra, R. (2021). Neural underpinnings of peer experiences and interactions: A review of social neuroscience research. Merrill-Palmer Quarterly, 67, 416-456, doi: 10.1353/mpq.2021.0021.]</ref> KiVa NL bevat data van in totaal ongeveer 10.000 leerlingen van 98 scholen. De gegevensverzameling begon in 2012 met een voormeting in klas 2-5. De leerlingen werden gedurende twee jaar elke zes maanden gevolgd, wat resulteerde in vijf metingen. Longitudinale sociale-netwerkstudies met KiVa NL richtten zich op de ontwikkeling van enerzijds daderschap en slachtofferschap van pesten en anderzijds antipathieën<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Kisfalusi |voornaam=Dorottya |titel=How dislike and bullying co‐develop: A longitudinal study of negative relationships among children |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/sode.12582 |jaargang=31 |tijdschrift=Social Development |datum=2022-08 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1111/sode.12582 |issn=0961-205X |pagina's=797–810 |last2=Hooijsma |first2=Marianne |last3=Huitsing |first3=Gijs |last4=Veenstra |first4=René}}</ref>, verdedigingsrelaties<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Huitsing |voornaam=Gijs |titel=Victims, bullies, and their defenders: A longitudinal study of the coevolution of positive and negative networks |url=https://www.cambridge.org/core/journals/development-and-psychopathology/article/abs/victims-bullies-and-their-defenders-a-longitudinal-study-of-the-coevolution-of-positive-and-negative-networks/75F8810AF9F929945EE36A7627D12269 |jaargang=26 |tijdschrift=Development and Psychopathology |datum=2014-08 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1017/S0954579414000297 |issn=0954-5794 |pagina's=645–659 |last2=Snijders |first2=Tom A. B. |last3=Duijn |first3=Marijtje A. J. Van |last4=Veenstra |first4=René}}</ref>, vriendschappen<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Rambaran |voornaam=J. Ashwin |titel=Bullying as a Group Process in Childhood: A Longitudinal Social Network Analysis |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/cdev.13298 |jaargang=91 |tijdschrift=Child Development |datum=2020-07 |taal=en |nummer=4 |doi=10.1111/cdev.13298 |issn=0009-3920 |pmid=31429084 |pmc=PMC7496633 |pagina's=1336–1352 |last2=Dijkstra |first2=Jan Kornelis |last3=Veenstra |first3=René}}</ref> en populariteit.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=van der Ploeg |voornaam=Rozemarijn |titel=The way bullying works: How new ties facilitate the mutual reinforcement of status and bullying in elementary schools |url=https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0378873317300746 |jaargang=60 |tijdschrift=Social Networks |datum=2020-01-01 |taal=en |doi=10.1016/j.socnet.2018.12.006 |issn=0378-8733 |pagina's=71–82 |last2=Steglich |first2=Christian |last3=Veenstra |first3=René}}</ref>
''KiVa NL'' is een dataset verzameld om het anti-pestprogramma KiVa in Nederland te evalueren.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Huitsing |voornaam=Gijs |titel=A Large-Scale Replication of the Effectiveness of the KiVa Antibullying Program: a Randomized Controlled Trial in the Netherlands |url=https://doi.org/10.1007/s11121-020-01116-4 |jaargang=21 |tijdschrift=Prevention Science |datum=2020-07-01 |taal=en |nummer=5 |doi=10.1007/s11121-020-01116-4 |issn=1573-6695 |pmid=32394049 |pmc=PMC7305071 |pagina's=627–638 |last2=Lodder |first2=Gerine M. A. |last3=Browne |first3=Wiliam J. |last4=Oldenburg |first4=Beau |last5=Van der Ploeg |first5=Rozemarijn}}</ref> KiVa is oorspronkelijk een Fins programma en werd ontwikkeld door Christina Salmivalli.<ref>[https://www.kivaschool.nl/ Website van KiVa]</ref> De interventie is door het [[Nederlands Jeugdinstituut]] (NJI) effectief bevonden bij het voorkomen en oplossen van pesten op basisscholen.<ref>{{Citeer web |url=https://www.nji.nl/interventies/kiva |titel=KiVa {{!}} Nederlands Jeugdinstituut |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=www.nji.nl}}</ref> KiVa benadrukt de rol van de hele groep bij pesten.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Veenstra |voornaam=René |medeauteurs=Huitsing, Gijs; Koens, René; Munniksma, Femke; Oldenburg, Beau; Van der Ploeg, Rozemarijn; Sentse, Miranda & Velthausz, Freek |titel=Het kiva antipestprograma |url=https://doi.org/10.1007/s12454-013-0023-1 |jaargang=12 |tijdschrift=Kind & Adolescent Praktijk |datum=2013-06-01 |taal=nl |nummer=2 |doi=10.1007/s12454-013-0023-1 |issn=1875-7065 |pagina's=76–84}}</ref> Leraren zijn belangrijk voor het geven van lessen aan leerlingen en het doorbreken van de macht die pesters over hun klasgenoten hebben.<ref>{{Citeer web |url=https://psycnet.apa.org/record/2014-06799-001 |titel=The role of teachers in bullying: The relation between antibullying attitudes, efficacy, and efforts to reduce bullying |achternaam=Veenstra |voornaam=René |medeauteurs=Lindenberg, Siegwart, Huitsing, Gijs, Sainio, Miia, & Salmivalli, Christina |datum=2014 |bezochtdatum=2023-03-05 |werk=Journal of Educational Psychology, 106(4), 1135–1143. |taal=en}}</ref> KiVa NL bevat data van in totaal ongeveer 10.000 leerlingen van 98 scholen. De gegevensverzameling begon in 2012 met een voormeting in klas 2-5. De leerlingen werden gedurende twee jaar elke zes maanden gevolgd, wat resulteerde in vijf metingen. Longitudinale sociale-netwerkstudies met KiVa NL richtten zich op de ontwikkeling van enerzijds daderschap en slachtofferschap van pesten en anderzijds antipathieën<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Kisfalusi |voornaam=Dorottya |titel=How dislike and bullying co‐develop: A longitudinal study of negative relationships among children |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/sode.12582 |jaargang=31 |tijdschrift=Social Development |datum=2022 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1111/sode.12582 |issn=0961-205X |pagina's=797–810 |last2=Hooijsma |first2=Marianne |last3=Huitsing |first3=Gijs |last4=Veenstra |first4=René}}</ref>, verdedigingsrelaties<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Huitsing |voornaam=Gijs |titel=Victims, bullies, and their defenders: A longitudinal study of the coevolution of positive and negative networks |url=https://www.cambridge.org/core/journals/development-and-psychopathology/article/abs/victims-bullies-and-their-defenders-a-longitudinal-study-of-the-coevolution-of-positive-and-negative-networks/75F8810AF9F929945EE36A7627D12269 |jaargang=26 |tijdschrift=Development and Psychopathology |datum=2014 |taal=en |nummer=3 |doi=10.1017/S0954579414000297 |issn=0954-5794 |pagina's=645–659 |last2=Snijders |first2=Tom A. B. |last3=Duijn |first3=Marijtje A. J. Van |last4=Veenstra |first4=René}}</ref>, vriendschappen<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=Rambaran |voornaam=J. Ashwin |titel=Bullying as a Group Process in Childhood: A Longitudinal Social Network Analysis |url=https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/cdev.13298 |jaargang=91 |tijdschrift=Child Development |datum=2020 |taal=en |nummer=4 |doi=10.1111/cdev.13298 |issn=0009-3920 |pmid=31429084 |pmc=PMC7496633 |pagina's=1336–1352 |last2=Dijkstra |first2=Jan Kornelis |last3=Veenstra |first3=René}}</ref> en populariteit.<ref>{{Citeer tijdschrift |achternaam=van der Ploeg |voornaam=Rozemarijn |titel=The way bullying works: How new ties facilitate the mutual reinforcement of status and bullying in elementary schools |url=https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0378873317300746 |jaargang=60 |tijdschrift=Social Networks |datum=2020 |taal=en |doi=10.1016/j.socnet.2018.12.006 |issn=0378-8733 |pagina's=71–82 |last2=Steglich |first2=Christian |last3=Veenstra |first3=René}}</ref>


== Publicaties (selectie) ==
== Publicaties (selectie) ==

Versie van 5 mrt 2023 16:31

René Veenstra
René Veenstra
Persoonlijke gegevens
Volledige naam David René Veenstra
Geboren Groningen, 16 oktober 1969
Nationaliteit Vlag van Nederland Nederland
Werkzaamheden
Vakgebied Sociologie
Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
Promotor Jules Peschar en Tom Snijders
Beroep Hoogleraar
[rene-veenstra.nl Website]
Portaal  Portaalicoon   Onderwijs

René Veenstra (Groningen, 16 oktober 1969) is een Nederlands hoogleraar sociologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij is wetenschappelijk directeur van het Interuniversitair Centrum voor Sociaal-Wetenschappelijke Theorie en Methodologie (ICS).[1] Het ICS is een gezamenlijke graduate school van de sociologie-afdelingen van de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Utrecht, de Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit van Amsterdam. In 2011 werd hij benoemd tot hoogleraar sociologie. Zijn oratie gaf hij in 2013.[2] In 2022 hield hij een lezing in de Martinikerk bij de opening van het Academisch Jaar in Groningen.[3]

Biografie

Veenstra studeerde in 1994 af in de Onderwijskunde en Algemene Pedagogiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 1999 promoveerde hij bij Jules Peschar en Tom Snijders op het proefschrift Leerlingen – klassen – scholen: Prestaties en vorderingen van leerlingen in het voortgezet onderwijs.[4] Van 2000 tot en met 2004 werkte hij als postdoc en datamanager bij TRAILS (TRacking Adolescents’ Individual Lives Survey). TRAILS is een onderzoek dat sinds 2001 een groep Noord Nederlandse jongeren volgt in hun ontwikkeling. Ruim 2500 jongeren krijgen elke twee jaar vragenlijsten, interviews en andere tests. Zo onderzoekt TRAILS zowel hun lichamelijke als geestelijke ontwikkeling.[5]

In 2010 voerde Tinka Veldhuis, onder begeleiding van Siegwart Lindenberg, Ernestine Gordijn en René Veenstra, in opdracht van het Ministerie van Justitie een onderzoek uit naar de effectiviteit van de penitentiare inrichtingen van Vught en De Schie.[6] In 2015 ontving hij van NWO een Vici Beurs voor het onderzoek Anti-bullying programs 2.0: Tailored interventions to minimize bullying. Sinds 2016 gaf hij onder de titel "De pest aan pesten" geregeld een kindercollege over zijn onderzoek.[7]

Veenstra is lid van de stuurgroep van het onderzoeksprogramma GUTS[8] (Growing Up Together in Society), gefinancierd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met 22 miljoen euro. Dit 10-jarige programma (2023-2032), onder leiding van Eveline Crone, heeft de ambitie om de optimale kansen voor jongeren te onderzoeken, zowel voor zichzelf als voor de huidige en toekomstige samenleving. In GUTS wordt sociaal-netwerkonderzoek gecombineerd met hersenonderzoek.[9]

Erkenning

In de periode 2007-2011 was Veenstra gasthoogleraar bij de vakgroep psychologie aan de Universiteit van Turku, Finland. Hij was van 2010 tot 2016 redacteur van het Journal of Research on Adolescence. In 2015 werd hij genomineerd voor de Huibregtsenprijs voor vernieuwend wetenschappelijk onderzoek.[10] In 2019 werd hij gekozen als lid van de Koninklijke Hollandse Maatschappij der Wetenschappen (KHMW). In 2021 werd hij gekozen als lid van de International Society for the Study of Behavioral Development.

Onderzoek

Veenstra onderzoekt en geeft leiding aan onderzoek naar de sociale ontwikkeling van adolescenten. Deze onderzoekslijn verklaart het menselijk gedrag vanuit een goal-framing benadering[11] en bestudeert sociale normen[12], sociale invloed[13] en de fijne-schoolparadox[14]. Zijn onderzoeklijn maakt gebruik van verschillende analysetechnieken, inclusief sociale-netwerkanalyse technieken zoals Siena, een programma ontwikkeld door Tom Snijders, de promotor van Veenstra.[15][16] Om meer inzicht in de ontwikkeling van gedrag te krijgen, worden longitudinale datasets gebruikt, zoals SNARE[17], KiVa NL[18] en PRIMS.[19]

Sinds 2005 doet Veenstra onderzoek naar pesten.[20] In 2011 pleitte hij voor het stoppen van de wildgroei van anti-pestprogramma's in scholen, omdat de meeste programma's niet werken of zelfs een averechts effect hebben.[21] In 2018 werkte Veenstra mee aan een onderzoek naar de effectiviteit van tien veelgebruikte anti-pestprogramma's. Daaruit bleek dat PRIMA, KiVa, Taakspel en Alles Kidzzz goed werken. De eerste twee zijn universele programma's waarbij de hele school wordt betrokken. Taakspel is een programma gericht op moeilijke klassen. Alles Kidzzz is een individueel programma voor kinderen met een agressieprobleem. Het onderzoek 'Wat werkt tegen pesten?' werd in een kennisclip uitgelegd.[22] In 2021 pleitte hij, in navolging van de kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer, om scholen te dwingen om pesten aan te pakken.[23]

SNARE

SNARE (Social Network Analysis of Risk behavior in Early adolescence) is een Nederlandse sociale-netwerkdataset met ongeveer 1800 leerlingen van twee scholen: één in het midden en één in het noorden van Nederland.[24] Longitudinale sociale netwerkstudies met SNARE waren gericht op hoe vrienden elkaar selecteren en beinvloeden op bijvoorbeeld schoolprestaties[25], agressie[26][27] en hulpgedrag.[28][29]

KiVa NL

KiVa NL is een dataset verzameld om het anti-pestprogramma KiVa in Nederland te evalueren.[30] KiVa is oorspronkelijk een Fins programma en werd ontwikkeld door Christina Salmivalli.[31] De interventie is door het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) effectief bevonden bij het voorkomen en oplossen van pesten op basisscholen.[32] KiVa benadrukt de rol van de hele groep bij pesten.[33] Leraren zijn belangrijk voor het geven van lessen aan leerlingen en het doorbreken van de macht die pesters over hun klasgenoten hebben.[34] KiVa NL bevat data van in totaal ongeveer 10.000 leerlingen van 98 scholen. De gegevensverzameling begon in 2012 met een voormeting in klas 2-5. De leerlingen werden gedurende twee jaar elke zes maanden gevolgd, wat resulteerde in vijf metingen. Longitudinale sociale-netwerkstudies met KiVa NL richtten zich op de ontwikkeling van enerzijds daderschap en slachtofferschap van pesten en anderzijds antipathieën[35], verdedigingsrelaties[36], vriendschappen[37] en populariteit.[38]

Publicaties (selectie)

Overgenomen van "https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=René_Veenstra&oldid=63925114"