Naar inhoud springen

Aeonium sedifolium

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Wimpus (overleg | bijdragen) op 19 mei 2017 om 14:11. (→‎Naamgeving en etymologie: En natuurlijk folium)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Aeonium sedifolium
Aeonium sedifolium
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Angiospermae (Bedektzadigen)
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Orde:Saxifragales
Familie:Crassulaceae (Vetplantenfamilie)
Geslacht:Aeonium
Soort
Aeonium sedifolium
(Webb ex Bolle) Pit. & Proust (1909)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Aeonium sedifolium op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Aeonium sedifolium is een overblijvende plant uit de vetplantenfamilie (Crassulaceae). De plant is endemisch voor de westelijke Canarische Eilanden.

Naamgeving en etymologie

  • Synoniemen: Sempervivum sedifolium (Webb et Bolle) Christ, Aichryson sedifolium Webb ex Bolle, Sempervivum masferreri Hillebr.
  • Spaans: Bejequillo menudo

De botanische naam Aeonium is afgeleid uit het Oudgriekse αἰώνιος, aiōnios (eeuwig), naar de overblijvende bladeren. De soortaanduiding sedifolium verwijst naar het zustergeslacht Sedum (vetkruid) en naar het Latijnse folium (blad), naar de gelijkenis met dat geslacht.

Kenmerken

Aeonium sedifolium is een overblijvende, kruidachtige plant of kleine struik met vertakte stengels. De ronde bladrozetten zijn in verhouding tot de meeste Aeoniums klein en bestaan uit dikke, vlezige ei- tot spatelvormige bladeren die eerder aan het geslacht Sedum doen denken. De bladeren voelen kleverig aan en zijn aanvankelijk groen maar vertonen al snel rode strepen.

De bloeiwijze is een korte tros met kleine, goudgele bloemen.

De plant bloeit van april tot mei.

Aeonium sedifolium, detail bloemscherm

Habitat en verspreiding

Aeonium sedifolium groeit op zonnige of licht beschaduwde plaatsen op verweerde vulkanische bodem.

De plant is endemisch voor de westelijke Canarische Eilanden Tenerife, La Palma en La Gomera.