Aziatische blauwe ekster

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Aziatische blauwe ekster
IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2016)
Aziatische blauwe ekster
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Passeriformes (Zangvogels)
Familie:Corvidae (Kraaiachtigen)
Geslacht:Cyanopica (Blauwe eksters)
Soort
Cyanopica cyanus
(Pallas, 1776)[2]
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Aziatische blauwe ekster op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De Aziatische blauwe ekster (Cyanopica cyanus) is een vogel uit de familie van de kraaiachtigen (Corvidae). De vogel werd in 1776 door de Pruisische natuuronderzoeker Peter Simon Pallas geldig beschreven. Lange tijd werd de blauwe ekster van het Iberisch Schiereiland als ondersoort van deze soort beschouwd. De soort komt voor in Mongolië, Oost-Rusland, China, Korea en Japan.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De Aziatische blauwe ekster lijkt uiterlijk op de ekster. De vogel is echter minder lang: 36 tot 38 cm (gewone ekster: 40-51 cm). Verder valt de Aziatische blauwe ekster op door de blauwe vleugelpunten en staart die terugkomen in zijn naam. De vogel is iets groter dan de Iberische blauwe ekster, heeft een relatief lange snavel en witte stippels op de staart.[3]

Leefwijze[bewerken | brontekst bewerken]

De soort trekt meestal rond in groepen van tot 30 dieren. Het dieet bestaat uit zaden, fruit en als bijvoer ongewervelden en menselijk afval.

Voortplanting[bewerken | brontekst bewerken]

De blauwe ekster legt per nest 6 tot 8 eieren, die 15 dagen worden bebroed.

Verspreiding en leefgebied[bewerken | brontekst bewerken]

Er zijn zeven ondersoorten:[4]

  • C.c. cyanus (Noordwest-Mongolië, Zuidoost-Rusland en Noordoost-China)
  • C.c. stegmanni (Mantsjoerije)
  • C.c. koreensis (Korea)
  • C.c. japonica (Japan)
  • C.c. kansuensis (Noord- Midden-China)
  • C.c. interposita (Oost- en Midden-China)
  • C.c. swinhoei (Oost- en Midden-China)

De habitat is vooral gemengd bos met wilg (Salix) en Prunus opslag en grote loofbomen, rivierbegeleided bos, parken in steden (tot in het centrum), grote verwilderde tuinen, bosrijk agrisch gebied met boomgaarden. De vogel vermijdt dicht oerwoud en berghellingen.[3]

Taxonomie[bewerken | brontekst bewerken]

Tot in de 21ste eeuw werd deze soort en de blauwe ekster die geïsoleerd op het Iberisch schiereiland voorkomt, beschouwd als één soort. Soms werd zelfs verondersteld dat de blauwe ekster in Spanje in de 16e eeuw of 17e eeuw daar vanuit Azië zou zijn overgebracht. Maar door ornithologen is deze veronderstelling altijd betwijfeld.[5][3] De Iberische en Aziatische blauwe ekster (Cyanopica cooki) zijn nu aparte soorten.[6][7]

Status[bewerken | brontekst bewerken]

De Aziatische blauwe ekster heeft een groot verspreidingsgebied en daardoor is de kans op de status kwetsbaar (voor uitsterven) gering. De grootte van de populatie is onbekend. Alleen al in Japan en Korea zijn tientallen duizenden broedparen. Er is aanleiding te veronderstellen dat de soort in aantal vooruit gaat. Om deze redenen staat de Aziatische blauwe ekster als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.[1]