Naar inhoud springen

Gebruiker:Der Belsj/Adriosaurus

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Adriosaurus
Status: Uitgestorven
Fossiel voorkomen: Laat-Krijt
Fossiel van Adriosaurus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata
Infraorde:Anguimorpha
Geslacht
Adriosaurus
Seeley, 1881
Typesoort
Adriosaurus suessi
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Adriosaurus is een geslacht van uitgestorven squamaten dat leefde in wat nu Slovenië is en in andere delen van Europa tijdens het Laat-Krijt. Het was een klein, slangachtig reptiel, met soorten die tot dertig centimeter lang waren. Dit is het eerste fossiele bewijs van rudimentaire ledematen bij hagedissen. Het dier raakte zijn ledematen volledig kwijt ter verlenging van zijn axiale skelet. Deze unieke anatomische kenmerken leidden tot discussies over de evolutionaire patronen van ledemaatreductie bij de Squamata.

Adriosaurus omvat de drie soorten Adriosaurus microbrachis ('micro', wat klein betekent, en 'brachis', wat arm betekent, verwijzend naar de rudimentaire voorpoot die alleen uit het opperarmbeen bestaat), Adriosaurus skrbinensis (benoemd naar de plaats Skrbina waar ze het fossiel hebben gevonden, het noordwesten van Komen, Slovenië) en Adriosaurus suessi. Adriosaurus microbrachis mist echter veel cruciale kenmerken om in aanmerking te komen voor cladistische analysen, en is daarom niet opgenomen in de lijst van uiteindelijke taxa.

Geschiedenis en ontdekking[bewerken | brontekst bewerken]

Adriosaurus werd voor het eerst beschreven door Seeley (1881) op basis van een enkel exemplaar uit de buurt van Comen, Slovenië. Dit fossiel bestaat uit de achterste helft van de wervelkolom, het bekken en de achterpoten. Later beschreef Nopcsa (1908, 1923) een bijna compleet skelet uit Hvar, Kroatië. Op dat moment waren de systematische conclusies van Nopsca echter niet juist. Michael S. Y. Lee en Michael W. Caldwell herschreven het exemplaar NHMR2867 van Adriosaurus suessi.

In 2004 evalueerden Michael S. Y. Lee en Michael W. Caldwell de status van Acteosaurus crassico opnieuw, die was gebaseerd op een klein hagedisfossiel, gevonden in Comen, Slovenië. Ze classificeerden dit als Adriosaurus suessi in plaats van een nieuwe soort.

In 2007 beschreven Michael W. Caldwell en Alessandro Palci een nieuwe soort van Adriosaurus. Het enige exemplaar dat ze hadden voor Adriosaurus microbranchis (MCSNT 7792) was een gearticuleerd exemplaar dat de schedel en een deel van het cervicale en caudale skelet miste.

In 2010 beschreven Michael W. Caldwell en Alessandro Palci Adriosaurus skrbinensis. Deze nieuwe soort was ongeveer zestig procent groter dan de andere twee bekende soorten binnen Adriosaurus. Het exemplaar SMNH 2158 werd gevonden in een klein dorpje in Komen, Slovenië. Het is een relatief goed bewaard gebleven exemplaar in zijn natuurlijke vorm met het grootste deel van de schedel, delen van de wervels, delen van ledematen en de bekkengordel.

Geologische en paleomilieu-informatie[bewerken | brontekst bewerken]

Adriosaurus zou zowel in zee als in terrestrische omgevingen hebben geleefd. Gezien de plaatsing van zijn ledematen leefde hij waarschijnlijk langs de kustlijn. De meeste fossielen van Adriosaurus zijn gevonden in Slovenië en geconserveerd in kalksteen.

Beschrijving[bewerken | brontekst bewerken]

Adriosaurus was een kleine mariene squamaat met een langwerpige nek en lichaam, waarvan de typesoort Adriosaurus suessi 30 centimeter lang was en 280 gram woog. De soort had 10 halswervels, 29 ruggenwervels en ten minste 65 staartwervels. Het dier had een unieke eigenschap, genaamd pachyostose, een anatomisch kenmerk dat het periosteale bot verdikt door de osteogene activiteit van het beenvlies te vergroten. Zowel zijn voorpoten als achterpoten waren verkleind, wat erop wijst dat hij in een mariene omgeving leefde.

Adriosaurus skrbinensis was een kleine mariene squamaat met 30 ruggenwervels. In tegenstelling tot Adriosaurus suessi had Adriosaurus skrbinesis voorpoten die veel kleiner waren dan de achterpoten. Het had een verhouding tussen opperarmbeen en dijbeen van 0,40, vergeleken met 0,61 bij Adriosaurus suessi en 0,62 bij Adriosaurus microbrachis. In de maaginhoud zaten fosfaten, waarschijnlijk de overblijfselen van kleine vissen. Dit suggereert dat Adriosaurus skrbinensis waarschijnlijk een piscivoor was.

Wervels[bewerken | brontekst bewerken]

Er zijn tien halswervels aanwezig bij Adriosaurus suessi en geen van hen is pachyostotisch. De schoudergordel bevindt zich na de tiende presacrale wervel en de daaropvolgende wervels sluiten aan op grote, pachyostotische ribben. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het onderscheid tussen de hals- en ruggenwervels tussen wervel tien en elf lag. De wervelboog is breed met zowel anterieure als posterieure laterale uitsteeksels. De wervelkolom strekt zich verticaal uit langs de lengte van de wervelboog.

Er zijn 29 ruggenwervels met grote ribben. In vergelijking met de halswervels is de wervelboog van de ruggenwervels veel breder en meer opgezet. De meeste ribben zijn zwaar verbeend en pachyostotisch. Ze zijn het meest verbeend en verdikt in het midden van het dorsale gebied, terwijl het voorste en achterste deel van het dorsale gebied normaal lijken. En de pachyostose is het meest prominent in de proximale helft, waarbij de distale helft van de schacht minder verbeend is.

Er zijn twee sacrale wervels. Ze zijn vergelijkbaar met de ruggenwervels, behalve de ribben. De sacrale wervels zijn vergroeid met de centra.

Er zijn 65 staartwervels met smalle wervelbogen. Transversale uitsteeksels zijn aanwezig op de anterieure caudalen en nemen geleidelijk in grootte af naar achteren en verdwijnen rond de 27ste wervel. Caudale autotomie-septa zijn afwezig.

Adriosaurus skrbinensis heeft 10 halswervels, 30 ruggenwervels en 2 sacrale wervels.

Paleobiologie[bewerken | brontekst bewerken]

Voortbeweging[bewerken | brontekst bewerken]

De vlakke distale delen van de ledematen konden worden gebruikt als peddels voor zeer langzaam zwemmen en manoeuvreren. Als er snellere bewegingen nodig waren, werd laterale golving toegepast met de ledematen tegen de zijkanten gedrukt. Het dier kon zich ook voortbewegen op het land, maar met zijn kleine ledematen ging dat slechts moeizaam.

Vergeleken met andere zwemmende voortbewegingen, zoals carangiforme axiale voortbeweging (tonijnachtig zwemmen), zwom Adriosaurus voornamelijk door laterale golving vanwege zijn lateraal samengedrukte lichaam, afgeplatte staart en kleine ledematen. Het verdikte skelet van het middelste dorsale gebied verminderde de zwemsnelheid en manoeuvreerbaarheid. Adriosaurus was dus een relatief langzame zwemmer. De leefomgeving was waarschijnlijk dicht bij de kust en in rustige omgevingen.

Eetpatroon[bewerken | brontekst bewerken]

Adriosaurus had scherpe, teruggebogen tanden en een relatief grote schedel in verhouding tot zijn lichaamslengte. Deze kenmerken geven aan dat het een roofdier was. Zijn zwemcapaciteiten waren echter niet uitstekend. Het viel dus hoogstwaarschijnlijk onverwachts een prooi aan. Zijn lichaam was niet groot, dus zijn prooien zouden kleine vissen en ongewervelde dieren kunnen zijn geweest.

Oorsprong van slangen[bewerken | brontekst bewerken]

Over de oorsprong van slangen verschilden paleontologen en zoölogen van mening. Na de ontdekking van slangachtige hagedissen uit het Midden-Krijt, bracht paleontologisch onderzoek slangen in verband met mosasauroïde hagedissen die ooit in het mariene milieu leefden, terwijl zoölogen slangen koppelden aan squamaten met gereduceerde ledematen die een terrestrische oorsprong impliceerden. Maar tot nu toe, met cladistische analysen van squamate interrelatie, kunnen wetenschappers het nog steeds niet eens worden over de oorsprong van slangen.

Classificatie en soorten[bewerken | brontekst bewerken]

Adriosaurus wordt onderverdeeld in drie soorten: Adriosaurus microbrachis, Adriosaurus skrbinensis en Adriosaurus suessi. Adriosaurus skrbinensis en Adriosaurus suessi zijn aanwezig op het cladogram.

Cladogram gebaseerd op Palci en Caldwell (2010a), Caldwell en Palci (2010b):

Anguimorpha

Anguidae





Xenosaurus



Shinisaurus





Heloderma





Lanthanotus



Varanus



Pythonomorpha


Aigialosauridae



Mosasauridae



Ophidiomorpha
Dolichosauridae

Coniasaurus



Dolichosaurus






Pontosaurus lesinensis



Pontosaurus kornhuberi





Aphanizocnemus





Adriosaurus skrbinensis



Adriosaurus suessi





Acteosaurus



Ophidia













Categorie:Uitgestorven reptielen