Naar inhoud springen

Levantijnse adder

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Wikiklaas (overleg | bijdragen) op 9 okt 2017 om 00:05. (M.v. schweizeri is geen ondersoort van M. lebetina; ondersoorten zijn geen mogendheden die men "erkent", ze worden al dan niet onderscheiden; plaatsing in een ander geslacht gebewurt niet op basis van lengte)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Levantijnse adder
IUCN-status: Niet geëvalueerd (2008)
Macrovipera lebetina obtusa
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata (Schubreptielen)
Onderorde:Serpentes (Slangen)
Superfamilie:Colubroidea
Familie:Viperidae (Adders)
Onderfamilie:Viperinae (Echte adders)
Geslacht:Macrovipera
Soort
Macrovipera lebetina
(Linnaeus, 1758)
Originele combinatie
Coluber lebetinus
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Levantijnse adder op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

De Levantijnse adder[1] (Macrovipera lebetina) is een ongeveer 150 centimeter lange slang uit de familie adders (Viperidae). In exceptionele gevallen komen exemplaren voor van langer dan 2 meter en meer dan 5 kilo, waarmee het de grootste Europese addersoort is. De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1758 als Coluber lebetinus gepubliceerd door Carl Linnaeus.[2] De soort werd in 1908 door Frank Wall in het geslacht Vipera geplaatst. In 1999 plaatsten McDiarmid, Campbell en Touré de soort in het geslacht Macrovipera, een keuze die daarna door meerdere auteurs werd gevolgd.[3]

Uiterlijke kenmerken

De kleur is meestal zandbruin tot grijs met op de rug een zigzagtekening opgebouwd uit een smalle donkere rugstreep, en aan weerszijden verschuivende donkere vlekken met soms een rode kleur in het midden van iedere vlek. Er zijn zes ondersoorten en hiernaast is het verspreidingsgebied groot, waardoor er aardig wat variatie is, maar aan de lengte zijn met name volwassen exemplaren makkelijk te herkennen.

Verspreiding en leefgebied

De Levantijnse adder komt in Europa alleen voor op het Griekse eiland Melos en enkele kleinere eilanden eromheen, in zuidelijk Rusland en Cyprus, en verder in noordelijk Afrika tot in Centraal-Azië.[3] Deze soort houdt van zonnige en stenige omgevingen zoals hellingen met enkele vegetatie waarin hij kan schuilen, maar waarin hij ook klimt om te jagen.

Leefwijze

Het voedsel bestaat uit kleine zoogdieren en vogels, maar soms ook wel andere slangen, jonge dieren eten veelal hagedissen.

Gif

Deze soort heeft een zogenaamd cytotoxisch gif dat de cellen aantast en zo beschadigingen veroorzaakt aan weefsels. In tegenstelling tot de meeste adders, die snel bijten en weer terugtrekken, is de Levantijnse adder vasthoudender. Door kauwbewegingen te maken wordt relatief veel gif ingebracht, wat deze soort veel gevaarlijker maakt dan andere soorten giftige slangen. Uit laboratoriumproeven blijkt dat een bepaalde verbinding in het gif, Lebectine genaamd naar de soortnaam, mogelijk in de oncologie gebruikt kan worden om tumoren te bestrijden.

Ondersoorten

Er worden zes ondersoorten onderscheiden; ze verschillen onderling in uiterlijk en verspreidingsgebied.

Afbeeldingen

Bronvermelding