Resolutie 607 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Resolutie 607
Van de	Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum	5 januari 1988
Nr. vergadering	2780
Code	S/RES/607
Stemming	voor; 15 onth.; 0 tegen; 0
Onderwerp	Arabisch-Israëlisch conflict
Beslissing	Vraag aan Israël om geen Palestijnen te deporteren.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1988
	Permanente leden
	China · Frankrijk · Sovjet-Unie · Verenigd Koninkrijk · Verenigde Staten
	Niet-permanente leden
	Algerije · Argentinië · Brazilië · Bondsrepubliek Duitsland · Italië · Japan · Nepal · Senegal · Joegoslavië · Zambia
	Een dorp in de Westelijke Jordaanoever.

Resolutie 607 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties was de eerste resolutie van de VN-Veiligheidsraad uit 1988 en werd unaniem aangenomen op 5 januari.

Achtergrond

Tijdens de Zesdaagse Oorlog bezette Israël verschillende stukken grondgebied van zijn tegenstanders waarvan het een deel annexeerde. Rond de jaarwisseling van 1988 brak geweld uit in de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever. Israël kondigde aan negen Palestijnen die hiervoor verantwoordelijk werden gehouden te deporteren, wat in strijd was met de internationale wet en de Vierde Geneefse Conventie in het bijzonder^[1].

De Veiligheidsraad:

Herinnert aan resolutie 605.
Is erg bezorgd over de situatie in de Palestijnse bezette gebieden.
Is ingelicht over de Israëlische beslissing om de deportatie van Palestijnse burgers in de bezette gebieden voort te zetten.
Herinnert aan de Geneefse Conventie betreffende de bescherming van burgers in oorlogstijd.

Bevestigt dat de Geneefse Conventie in de bezette gebieden van toepassing is.
Roept Israël op om geen Palestijnse burgers te deporteren in de bezette gebieden.
Verzoekt Israël met klem om de Vierde Geneefse Conventie na te leven.
Besluit de situatie in de Palestijnse en andere Arabische bezette gebieden, waaronder Jeruzalem, op de voet te volgen.

Bronnen, noten en/of referenties