2,6-difenylfenol
2,6-difenylfenol | ||||
---|---|---|---|---|
Structuurformule en molecuulmodel | ||||
Structuurformule van 2,6-difenylfenol
| ||||
Algemeen | ||||
Molecuulformule | C18H14O | |||
Andere namen | 2'-hydroxy-m-terfenyl | |||
Molmassa | 246,30 g/mol | |||
SMILES | C1=CC=C(C=C1)C2=C(C(=CC=C2)C3=CC=CC=C3)O
| |||
InChI | 1S/C18H14O/c19-18-16(14-8-3-1-4-9-14)12-7-13-17(18)15-10-5-2-6-11-15/h1-13,19H
| |||
CAS-nummer | 2432-11-3 | |||
EG-nummer | 219-401-9 | |||
PubChem | 75512 | |||
Wikidata | Q20898365 | |||
Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen | ||||
H-zinnen | H315 - H319 - H335 | |||
EUH-zinnen | geen | |||
P-zinnen | P261 - P305+P351+P338 | |||
Fysische eigenschappen | ||||
Aggregatietoestand | vast | |||
Kleur | wit | |||
Smeltpunt | 101-103 °C | |||
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar). | ||||
|
2,6-difenylfenol is een organische aromatische verbinding met als brutoformule C18H14O. Men kan ze beschouwen als meta-terfenyl met een hydroxylgroep aan de centrale fenylgroep tussen de twee buitenste fenylgroepen.
Synthese[1][bewerken | brontekst bewerken]
De synthese gaat uit van de autocondensatie van cyclohexanon met als katalysator waterig kaliumhydroxide of natriumhydroxide. Dit geeft een mengsel van bi- en tricyclische ketonen. Bij deze condensatiereactie wordt tevens water gevormd. Na destillatie voor de afscheiding van water en bicyclische ketonen (die gerecycleerd worden in het proces), worden de tricyclische keton-isomeren gedehydrogeneerd door ze op hoge temperatuur over een katalysatorbed, bestaande uit platinum of palladium op een substraat, te sturen. Daarbij ontstaat een mengsel van 2,6-difenylfenol en andere partieel gedehydrogeneerde nevenproducten. 2,6-Difenylfenol kan hieruit afgescheiden worden door fractionele kristallisatie.
Toepassingen[bewerken | brontekst bewerken]
2,6-Difenylfenol is een bouwsteen voor de productie van diverse stoffen, waaronder kleurstoffen, insecticiden, narcotica en speciale plastics.
Het is meer bepaald het monomeer van poly(2,6-difenylfenyleenoxide), dit is een polyfenyleenetherhars oorspronkelijk ontwikkeld door General Electric.[2] Het is een poreus polymeerhars met een hoge thermische stabiliteit (tot 350°C). Het wordt onder meer gebruikt als kolommateriaal in gaschromatografie en als adsorptiemateriaal voor het opvangen van vluchtige luchtverontreinigende stoffen; voor deze toepassingen is het bekend onder de merknaam Tenax.[3]
Het wordt gebruikt als ligand voor de synthese van mangaan-zuurstofclusters[4] en het kan solventvrije metaalcomplexen vormen met alkalimetalen.[5]
Bronnen, noten en/of referenties
|